Gemeente Amsterdam


|
Amsterdamse Cito-scores opnieuw verbeterd

Zie ook

Cito-scores 2001
openbare scholen
(PDF bestand)

Cito-scores 2001
bijzondere scholen
(PDF bestand)

Cito-scores 2001
rapportage
(PDF bestand)

Acrobat reader
downloaden
Dit hebt u nodig om documenten in PDF te lezen

Amsterdamse Cito-scores opnieuw verbeterd

Amsterdamse schoolkinderen hebben bij de jaarlijkse Cito-toets opnieuw betere resultaten behaald dan de leerlingen van het vorig jaar. Met de gemiddelde score van 533,3 is de score ten opzicht van vorig jaar met
1,5 punten gestegen. Landelijk steeg de score -met 0,9 punten- tot 534,9. Het maximum aantal punten dat leerlingen kunnen behalen, bedraagt 550. In 1996 was de score van Amsterdam nog 529,4 (landelijk 534,4).

Sinds 1998 hebben de gemeente, de stadsdelen en de besturen van scholen voor bijzonder onderwijs afspraken gemaakt om de prestaties van het Amsterdamse onderwijs te verbeteren (project Naar Betere Resultaten). Een van de instrumenten om de vorderingen te meten is deelname aan (en publicatie van) de eindtoets voor het Basisonderwijs, de Cito-toets.

De prestatie van de Amsterdamse scholen is sinds de start van het project Naar Betere Resultaten gestegen van 530,8 naar 533,3. De afstand tot het landelijk gemiddelde is in die periode teruggebracht van 3,6 naar 1,6 punten. Het landelijk gemiddelde is in die periode gestegen met 0,5 punt. Voor Amsterdam is deze stijging 2,5 punten. De lagere scores voor Amsterdam zijn te verklaren omdat er relatief veel scholen met leerlingen met een onderwijsachterstand zijn.

De scholen zijn in gedeeld in zeven scoregroepen. Bepalend voor de indeling in een scoregroep is de aanwezigheid van zogenaamde 'onderwijsachterstandleerlingen'.

Ruim de helft van de Amsterdamse scholen zit in de groepen met veel kinderen met onderwijsachterstand, de scoregroepen 6 en 7. Landelijk gezien is dat slechts circa 9 procent.

Marga Kuperus.
Naar boven


-

© gemeente Amsterdam - 23-05-2001