| De Duurzaamsite / Nieuws 2001 |
Geen gunsten voor ontwikkelingslanden maar rechten!
Persbericht
INZET - Vereniging voor Noord-Zuid campagnes
Amsterdam, 20 mei - INZET is teleurgesteld over de afloop van de
VN-conferentie over de Minst Ontwikkelde Landen (MOLs) die deze
week in Brussel plaatsvond. In Brussel hadden er duidelijke
afspraken moeten komen om de 49 Minst ontwikkelde landen een
stevige steun in de rug te geven. De initiatieven die de laatste
tijd genomen zijn om de producten uit de MOLs-landen betere
toegang tot de westerse markten te geven (het Europese "Everything
but Arms" voorstel) moeten een mondiaal basisrecht worden. Toegang
tot de markt mag geen gunst zijn. Afschaffing van tarieven is eens
te meer belangrijk omdat de rijke landen steeds meer andere
belemmeringen gaan opwerpen. Er worden bijvoorbeeld steeds weer
nieuwe eisen gesteld aan voedselimport. De regels zijn
onvoorspelbaar en daardoor blijft het voor de minst ontwikkelde
landen moeilijk een voet tussen de deur te krijgen.
Met het saneren van de schulden van de allerarmste landen is in
Brussel te weinig vooruitgang geboekt. Alleen de criteria om voor
schuldverlichting in aanmerking te komen zijn hier en daar
versoepeld.
"Meest teleurstellend is het gesprek aan solidariteit", aldus Derk
Segaar en Natasja van der Geest, die namens INZET de
VN-conferentie van nabij volgden. "De minst ontwikkelde landen
werden gemangeld tussen de G77 (de groep van rijkere
ontwikkelingslanden) en de OECD-landen. Deze landen zijn allemaal
'development partner' maar het is allemaal wel erg vrijblijvend.
Geen bindende afspraken en geen extra toezeggingen over geld"
In de aanloop van de VN-conferentie waren er wel een aantal
belangrijke doorbraken. "Het initiatief van de EU om vrije
markttoegang voor producten uit MOLs-landen te garanderen is een
positieve ontwikkeling. We moeten er voor zorgen dat dit onderwerp
bij de komende WTO-conferentie (Qatar, november 2001) opnieuw
volop op de agenda staat", aldus Segaar. Positief is ook de
toezegging van westerse landen om aan ontwikkelingshulp niet
langer de voorwaarde te verbinden dat bedrijven uit de donorlanden
ingeschakeld moeten worden. Segaar: "VN-conferenties zijn
belangrijk om verbetering van de levensomstandigheden van
miljoenen mensen af te dwingen. Er is een aantal kleine, maar
belangrijke stappen gezet. We moeten we er nu voor zorgen dat alle
landen hun verantwoordelijkheid nemen. De OECD-landen, de G77 en
de MOLs hebben allemaal een eigen verantwoordelijkheid. Het
uiteindelijke succes van deze conferentie hangt af van de mate
waarin de aanbevelingen worden opgenomen in het beleid van
nationale overheden en internationale instellingen. Het uitblijven
van bindende afspraken tijdens een conferentie waar de
ontwikkeling van minst ontwikkelde landen centraal staat, doet
echter het ergste vrezen voor de follow-up hiervan in andere
internationale fora, waar steun aan de armsten niet boven aan de
agenda staat".
Meer informatie:
INZET: 020 - 627 3339
Derk Segaar (projectmanager) mobiel: 06 24 55 66 24 Dorette Corbey (voorzitter) mobiel: 06 26 168 372
_____
menu | dDH