Uitbreiding mogelijkheden ouderschapsverlof

LAD-bericht van 21 mei 2001

Om het gebruik van ouderschapsverlof te stimuleren werd de wettelijke regeling ouderschapsverlof onlangs op een tweetal punten verruimd. Aangezien ook steeds meer artsen de mogelijkheden van ouderschapsverlof aanwenden om werk en zorgtaken beter te combineren, praat de LAD u bij...

Zo werd het ouderschapsverlof voor meerlingen onlangs uitgebreid. Per
1 februari 2001 hebben (adoptie)ouders van meerlingen recht op ouderschapsverlof voor ieder kind dat de leeftijd van acht jaar nog niet heeft bereikt. Ouders van meerlingen die tussen 1 januari 2000 en
1 februari 2002 acht jaar (zijn ge)worden, kunnen door een overgangsregeling tot 1 februari 2002 extra ouderschapsverlof opnemen.

Fiscale stimuleringsregeling
Een ander nieuw aspect is de fiscale stimuleringsregeling ouderschapsverlof die vanaf 1 januari geldt. Als onderdeel van het Belastingplan 2001 biedt deze regeling werkgevers compensatie als zij het loon van een werknemer doorbetalen tijdens het ouderschapsverlof. Hierdoor kan de werkgever op grond van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premievolksverzekeringen (WVA) een afdrachtvermindering toepassen van 50% van het doorbetaalde loon. De afdrachtsvermindering bedraagt ten hoogste 70% van het wettelijk minimumloon dat voor de betreffende werknemer geldt. Daarbij gelden twee voorwaarden:

1. De werknemer krijgt ten minste 70% van het wettelijk minimumloon doorbetaald.

2. De werkgever moet loondoorbetaling geregeld hebben in een CAO of in een regeling door of namens een bevoegd bestuursorgaan. Zo niet, dan geldt als voorwaarde dat de mogelijkheid tot doorbetaling openstaat voor ten minste driekwart van de werknemers.
Het is de bedoeling dat werkgevers en werknemers in de collectieve arbeidsovereenkomst afspraken maken over loondoorbetaling tijdens ouderschapsverlof. Hierdoor krijgen meer werkende ouders de mogelijkheid betaald verlof op te nemen om voor kortere of langere tijd voor hun kinderen te zorgen. De LAD zet het in ieder geval op de agenda voor de komende onderhandelingen.

De regeling beknopt
Ouderschapsverlof mag voor ieder kind onder de 8 jaar worden opgenomen indien de werknemer ten minste 1 jaar in dienst is bij de huidige werkgever. Het verlofrecht is gekoppeld aan de geboorte of in geval van adoptie aan het moment waarop het kind in het gezin komt. Ouders van twee- of meerlingen hebben per 1 februari 2001 recht op ouderschapsverlof voor ieder kind.
De werknemer meldt zijn werkgever schriftelijk en minstens twee maanden voor de ingangsdatum dat hij gebruik maakt van zijn recht op ouderschapsverlof.
De omvang van het recht op ouderschapsverlof is afhankelijk van de omvang van het dienstverband en bedraagt 13 keer het aantal arbeidsuren per week. Het aantal uren verlof per week bedraagt maximaal de helft van de normale arbeidsduur per week gedurende een verlofperiode van maximaal zes maanden. De werknemer kan zijn werkgever vragen om minder of meer uren verlof per week. Het verlof moet altijd in één keer en ononderbroken worden opgenomen. Standaard is het verlof onbetaald, maar sommige arbeidsvoorwaardenregelingen voorzien in een (gedeeltelijk) betaalde ouderschapsverlofregeling. Het tijdelijk lagere inkomen heeft geen gevolgen voor de ziektekosten- of ziekenfondsverzekering.

Advies of ondersteuning nodig?
Vragen over de mogelijkheden van ouderschapsverlof? LAD-leden kunnen tijdens werk- dagen terecht op het telefonisch spreekuur van de LAD-juristen individuele rechtshulp. Zij zijn op werkdagen van 09.30 tot 12.15 uur bereikbaar op (030) 282 33 44 / 282 33 48 / 282 33 52.