Maastricht, 4 mei 2001

UITNODIGING PERSCONFERENTIE

De Firma Brueghel
41 versies van 4 schilderijen; een onderzoekstentoonstelling 12 oktober 2001 17 februari 2002

Geachte redactie,

Graag nodigen wij u uit voor de eerste persbijeenkomst over DE FIRMA BRUEGHEL op donderdag 17 mei van 15.30 tot 17.00 uur in Magic Minds, Prins Hendrikkade 20/21 te Amsterdam. Tijdens de persconferentie zal deze onderzoekstentoonstelling aan de hand van een grote hoeveelheid beeldmateriaal uitvoerig worden toegelicht. DE FIRMA BRUEGHEL stelt de kopieerpraktijk van Pieter Brueghel de Jonge centraal. Brueghel de Jonge is vooral bekend vanwege de enorme productie van kopieën naar composities van zijn vader. Dit aspect is tot op de dag van vandaag een onderbelicht fenomeen gebleven.

Voor DE FIRMA BRUEGHEL wordt thans voor het eerst een groot aantal versies bijeengebracht:
· Winterlandschap met vogelknip (11 versies te zien, 125 verschillende versies bekend)
· Aanbidding van de koningen in de sneeuw (9 versies te zien, ongeveer 30 versies bekend)
· Boerenadvocaat (12 versies te zien, ruim 90 versies bekend)
· Volkstelling te Bethlehem (9 versies te zien, 13 versies bekend)
De aanwezigheid van zoveel versies van dezelfde composities biedt de unieke gelegenheid voor uitvoerig kunsthistorisch en natuurwetenschappelijk onderzoek. Dit onderzoek is vorig jaar van start gegaan en zal ook tijdens de tentoonstellingsperiode 'op zaal' worden voortgezet. De opzet van de tentoonstelling biedt het publiek ruimschoots de gelegenheid om over de schouder van de onderzoeker mee te kijken en deelgenoot te worden van de belangrijkste onderzoeksvragen. Bij de tentoonstelling verschijnt in oktober een catalogus over het onderzoek. De Koninklijke Musea voor Schone Kunsten in Brussel neemt de tentoonstelling over van maart juni 2002. Na afloop van deze tentoonstelling zullen de verdere onderzoeksgegevens in een tweede publicatie verschijnen. Tussentijds zullen de media op de hoogte worden gehouden van relevante ontdekkingen.

Tijdens de eerste persbijeenkomst op 17 mei a.s. zullen de onderzoeksvragen (zie bijlage) aan de hand van beeldmateriaal worden toegelicht en zal een aantal eerste hypotheses over de kopieerpraktijk van Pieter Brueghel de Jonge worden besproken. De inleiding wordt gehouden door Alexander van Grevenstein, directeur van het Bonnefantenmuseum. Peter van den Brink, hoofdconservator Oude kunst, zal de inhoudelijke toelichting verzorgen. VVV Maastricht stelt in het kader van de tentoonstelling arrangementen samen, waarover directeur Wilco de Jong meer informatie zal geven.

Met vriendelijke groet,

Monique van Haaster
PR Bonnefanten

P.S. Voor een routebeschrijving zie: www.magicminds.com

BIJLAGE persconferentie DE FIRMA BRUEGHEL 17 mei 2001

Al vanaf de vijftiende eeuw was het kopiëren van populaire werken een algemeen geaccepteerde praktijk. In tegenstelling tot de huidige opvattingen, waar de waardering van de kunstenaar vaak samenhangt met originaliteit, werd toentertijd juist waarde gehecht aan traditie en herkenbaarheid. Daarom is te verklaren dat talrijke herhalingen van en variaties op bekende thema's en composities zijn ontstaan. Het oeuvre dat wordt toegeschreven aan Pieter Brueghel de Jonge geeft een goed beeld van een grootschalige atelierproductie waarin vele composities van Pieter Bruegel de Oude werden gekopieerd. Tijdens de onderzoekstentoonstelling in het Bonnefanten in Maastricht worden van 4 composities 41 versies getoond. Van die composities zijn in elk geval 260 versies bekend.

Er is weinig overgeleverd over de kopieerpraktijk in het atelier van Pieter Brueghel de Jonge in Antwerpen. Natuurwetenschappelijk onderzoek kan meer inzicht verschaffen in hoe panelen werden vervaardigd en geprepareerd, hoe een voorstelling middels een ondertekening op een paneel werd overgebracht en hoe de verschillende verflagen werden ingeschilderd. Voor het eerst zullen de panelen ook op leeftijd worden onderzocht, met behulp van dendrochronologisch onderzoek. De negen versies van de Volkstelling te Bethlehem worden voorafgaand aan de tentoonstelling onderzocht en drie daarvan eveneens gerestaureerd (vanaf medio februari 2001 in Maastricht en Brussel). Ook de andere drie composities worden tijdens de tentoonstelling onderzocht. Bij het kunsthistorisch onderzoek zullen ook economisch-historische aspecten worden betrokken. Onder meer de volgende vragen komen aan bod:
· Hoe is deze enorm grote productie van kopieën naar Bruegel de Oude te verklaren?
· Hoe ging het maken van kopieën in zijn werk? Is er sprake van een gestandaardiseerde productiemethode? En zo ja, zijn er versies die op een andere wijze zijn vervaardigd?
· Wat is de exacte relatie tussen het origineel van Bruegel de Oude en de gekopieerde versies? Is er sprake van een eerste kopie naar het origineel die vervolgens opnieuw werd gekopieerd, of werd er gebruik gemaakt van een modeltekening? En wat was de status van kopieën in relatie met een origineel, zowel in artistiek als commercieel opzicht?
· Functioneerde het atelier van Brueghel de Jonge ook als kunsthandel? Wie kochten dergelijke schilderijen?
· Welke rol speelde de kunsthandel in de 17de eeuw en later in de productie en verhandeling van kopieën?
· Speelden zijn moeder Mayken de dochter van Pieter Coecke van Aelst en zijn grootmoeder, de miniatuurschilderes en aquarelliste Mayken Verhulst, een rol in die productie?
· Kan er iets over de werkverdeling in het atelier Brueghel worden gezegd?
· Kan er een individuele toeschrijving worden gedaan?
· Wat is de chronologie van de vervaardigde schilderijen?

OCÉ NV is hoofdsponsor van de tentoonstelling.
Mede mogelijk gemaakt door de provincie Limburg