Betreft: Congres "Heeft de beleggingsverzekering de toekomst?"
Datum: 16 mei 2001 - 13.30 uur - 17.15 uur
Plaats: Hotel Figi Zeist
Genodigden: vertegenwoordigers van verzekeringsmaatschappijen en pensioenfondsen, accountants, pensioen- en belastingadviseurs.
Totaal aantal aanwezigen: 200.
Embargo: tot 16 mei 2001
Sprekers: drs. Anton Deppe / drs. Willem Jan van Gijzen (Watson Wyatt Brans & Co): De rentabiliteit van beleggingsverzekeringen
Robert Hall (Watson Wyatt Partners UK):
The use of smoothed returns for life insurance products, experiences from the UK
mr. Arjan van de Griend (dagvoorzitter / Watson Wyatt Brans & Co):
De beleggingsverzekering binnen het pensioenrecht
mr Annemiek Vollenbroek (Watson Wyatt Brans & Co):
Fiscale aspecten en informatievoorziening
Pers: Welkom om te komen tijdens het congres: ontvangst 13.00 uur Hotel Figi. Het stellen van vragen aan alle sprekers is mogelijk.
BEGIN PERSBERICHT
Rendement van beleggingsverzekeringen moet omhoog
behoefte aan transparantie en aan beleggingsproducten met verminderde volatiliteit leiden tot innovatie in de verzekeringsbranche
Zeist, 16 mei 2001 - Tijdens het congres "Heeft de beleggingsverzekering de toekomst?", georganiseerd door Watson Wyatt Brans & Co, is aangetoond dat aanbieders van beleggingsverzekeringen in de toekomst efficiënter moeten gaan werken en moeten komen tot (eenvoudiger) producten die beter kunnen concurreren met bancaire beleggingsproducten.
"Het ontstaan van een level playing field voor banken en verzekeraars en volledige transparantie van beleggingsproducten, zal er uiteindelijk toe leiden dat de concurrentie plaatsvindt op de rendement / risicovergelijking van de onderliggende beleggingswaarden", stelt drs. Anton Deppe (insurance consultant). Die efficiency zal mede gezocht moeten worden in de door verzekeraars gebruikte distributiekanalen. Dat betekent dat een tussenpersoon waar voor zijn geld moet leveren: ook de provisie van een tussenpersoon zal voor de cliënt zichtbaar moeten zijn en daarmee onder druk komen te staan. Waarschijnlijk zal de SER, in het op 18 mei aanstaande verwachte advies over een nieuwe Pensioenwet, eveneens aandacht vragen voor transparantie rond beleggingsverzekeringen in de pensioensfeer.
Willem Jan van Gijzen (investment consultant) benadert de behoefte aan informatie en transparantie vanuit de beleggingsoptiek: "De huidige beoordeling van kosten, historisch rendement en risico's van beleggingsproducten is puur kwantitatief, ik vraag mij af of dat op termijn voor de consument voldoende informatie geeft. Met name het beleggingsrendement is voor beleggingsproducten van een groot belang. Van historische rendementen is het moeilijk te bepalen of ze zijn ontstaan door toeval of kunde. Het maken van een reële inschatting van het toekomstige rendement is erg moeilijk. Een oordeel over de kwaliteit van de beleggingsafdeling van een aanbieder van beleggingsproducten zou een goede eerste aanzet zijn. Marketing op basis van de professionele kwaliteit van de beleggingsorganisatie in plaats van het beloven van gouden bergen? Ik zie het niet zomaar gebeuren, maar op termijn wordt dat hét onderscheidende kenmerk van een aanbieder!", concludeert Van Gijzen.
In het Verenigd Koninkrijk bestaat er onder consumenten een sterke behoefte aan producten die belegging in zakelijke waarden mogelijk maken, maar waarin de volatiliteit van de aandelenmarkt gedempt wordt doorgegeven ("reduced volatility / smoothing equity products"). Volgens Robert Hall van Watson Wyatt Partners (UK) kan de risicoaverse consument, die anders weg zou blijven van risicovolle beleggingen, toch profiteren van het op langere termijn hogere rendement op zakelijke waarden. Transparantie is voor zulke producten van essentieel belang. Door ondoorzichtigheid zijn de zogenoemde "smoothed with-profit" producten in het Verenigd Koninkrijk onnodig in een kwaad daglicht komen te staan.
De trend naar het geven van volledige openheid door aanbieders over de aard van financiële producten en de daaraan verbonden risico's is overduidelijk. Niet alleen consumentenorganisaties eisen transparantie, ook de toezichthouders op financieel terrein (DNB, PVK, STE) en de ministeries van sociale zaken en financiën. Op dat punt is dan ook verbetering te signaleren zowel door zelfregulering binnen de financiële sector als door regelgeving. Met ingang van 1 januari 2002 zullen verzekeraars bijvoorbeeld een verbeterd inzicht geven met betrekking tot de kosten en de aard van verzekeringsproducten. Vanaf datzelfde tijdstip zal bij beleggingsproducten een financiële bijsluiter verstrekt moeten worden die op gestandaardiseerde wijze informatie geeft over kosten, rendement, risico, fiscale behandeling en aard van het product (het zogenaamde kernpuntendocument).
Ook financieel adviseurs hebben belang bij deze ontwikkelingen. Financiële producten worden steeds complexer. De adviseur zal de consument moeten kunnen helpen bij het vinden van het product dat bij zijn cliënt past. Tot op heden is de rol van de adviseur bij alle analyses omtrent bescherming van de consument met betrekking tot beleggingsproducten buiten schot gebleven. Annemiek Vollenbroek (verzekeringsjurist) verwacht dat het belang van zorgvuldige advisering de komende tijd steeds meer onder de aandacht zal komen te staan. Niet alleen vanwege de in ontwikkeling zijnde gedragscode voor het intermediair maar met name ook vanwege het toenemende aantal geschillen tussen eindconsument, intermediair en verzekeraar over de aansprakelijkheid voor advisering over een product dat niet blijkt te passen bij de omstandigheden, behoeften en wensen van de consument.
De beleggingsverzekering wordt in de praktijk vaak gebruikt als vehikel voor de uitvoering van pensioenregelingen voor werknemers. "Dat de pensioenwetgeving op het gebied van beleggingsverzekeringen onduidelijk is, is een understatement", zegt Arjan van de Griend (pensioenjurist). "Over de gevolgen voor pensioen van een scheiding bijvoorbeeld zijn in twee verschillende wetten bepalingen opgenomen, die op verschillende punten niet op elkaar aansluiten. Dat is niet alleen de oorzaak van veel onduidelijkheid bij verzekeraars en werknemers, maar leidt ook onnodig tot hoge kosten die het rendement van een pensioenverzekering drukken. Bij de totstandkoming van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding is over de specifieke gang van zaken bij beschikbare premieregelingen geen woord gerept. Het is het beste om alle pensioenaspecten van een scheiding in één wet te regelen, de Wet verevening pensioenrechten, volgens één goed uitvoerbaar systeem. Waar het gaat om de efficiency van een belegde pensioengulden te vergroten, heeft de overheid derhalve ook een taak. Volstrekte helderheid in pensioenwetgeving en eenvoud waar het kan, leidt tot hogere pensioenen".
EINDE PERSBERICHT