Politiebericht Utrecht: Utrecht 7-05-2001
Onderzoek Utrechtse serieverkrachter afgesloten
Persconferentie over afsluiten onderzoek
Tijdens een gezamenlijke persconferentie van de Politie Regio Utrecht en het
Openbaar Ministerie werd vandaag bekendgemaakt, dat het actieve
onderzoek naar de `Utrechtse serieverkrachter` is afgesloten, zonder
dat de verdachte is aangehouden.
De persconferentie werd voorgezeten door het Hoofd Recherche
Ondersteuning van de Politie Regio Utrecht mevr. M. van Leuken, met
aan haar zijde de persofficier van justitie van het arrondissement
Utrecht dhr. B. Steensma en het Hoofd Communicatie van de Politie
Regio Utrecht dhr. W. Dekker.
RBT, DNA-onderzoek
Het DNA-profiel van de dader is evenwel bekend en opgenomen in de
landelijke profielenbank. In geval van een eventuele `hit` wordt het
onderzoek voortgezet.
In het groene gebied tussen de plaatsen Utrecht, Groenekan, Zeist, De
Bilt en Bunnik zijn tussen augustus 1995 en december 1996 een zestal
verkrachtingen en twaalf pogingen gepleegd die worden toegeschreven
aan de serieverkrachter. Een recherche bijstandsteam heeft lange tijd
onderzoek gedaan naar de serieverkrachter. Ondanks het natrekken van
onder meer enkele duizenden tips, het verhoren van honderden mannen en
een vrijwillig DNA-onderzoek onder 119 mannen is de dader niet gepakt.
Aan alle personen die in 1999 vrijwillig hun medewerking verleenden
aan het DNA-onderzoek is vorig jaar een brief gestuurd door de
officier van justitie. Daarin werd hen meegedeeld dat het door hen
afgestane DNA-materiaal is vernietigd.
Hernieuwd onderzoek
Ook het opnieuw onderzoeken van een aantal dossiers in 2000 heeft niet
tot de aanhouding van een verdachte geleid. Alle beschikbare
onderzoeksmogelijkheden zijn benut.
Hoewel de Politie Regio Utrecht niet meer actief rechercheert naar de
serieverkrachter betekent dit niet dat het dossier gesloten wordt.
Alle zedenzaken worden op een centraal punt nader bekeken op mogelijke
overeenkomsten met de zaken van de serieverkrachter. Omwille van het
onderzoek zullen politie en justitie dan ook niet alle informatie naar
buiten brengen.
Spin off
Tijdens het onderzoek naar de serieverkrachter zijn ongeveer 1.500
DNA-profielen in opdracht van de rechter-commissaris of officier van
justitie onderzocht door het Nederlands Forensisch Instituut (voorheen
gerechtelijk laboratorium genoemd). Het betreft DNA-profielen, die
zijn uit sporenmateriaal zijn gehaald. Het gaat daarbij om sporen
afkomstig van zedenzaken uit het hele land. Al deze profielen zijn
opgenomen in de landelijke DNA-databank bij het NFI.
Zie voor meer informatie de bijlage bij dit bericht.