Bescheiden consumptiegroei februari
De consumptiegroei in februari is bescheiden. Uit cijfers van het CBS blijkt dat de volumegroei van de totale binnenlandse consumptie in deze maand uit komt op 0,8%. Het feit dat februari dit jaar een koopdag minder telde dan vorig jaar heeft een remmend effect gehad op de bestedingen. Vergeleken met februari vorig jaar zijn met name de bestedingen aan duurzame goederen fors lager. Deze ontwikkeling laat zich deels verklaren uit anticipatie-aankopen in de laatste maanden van vorig jaar. Ook aan voedings- en genotmiddelen is minder besteed.
Bestedingen aan duurzame goederen fors lager
Bij de duurzame goederen is het volume van de bestedingen fors lager (-7,0%). Evenals in januari zijn er ook in februari veel minder nieuwe vervoermiddelen gekocht dan een jaar eerder. Dit hangt samen met de BTW-verhoging begin dit jaar. Een aantal consumenten anticipeerde hier in de laatste maanden van 2000 op door deze aankopen te vervroegen. Ook bij andere duurzame goederen, zoals huishoudelijke artikelen, schoenen, lederwaren en woninginrichting, blijven de aankopen in februari achter.
Het volume van de bestedingen aan voedings- en genotmiddelen is 1,6% kleiner dan in februari 2000. Gecorrigeerd voor prijsverandering is aan goederen 3,0% minder uitgegeven. Zo'n veertig procent van de binnenlandse consumptieve bestedingen gaat op aan goederen, de overige zestig procent aan diensten.
Consumptie diensten groeit met 3,4%
Het volume van de bestedingen aan diensten is 3,4% groter dan in februari 2000. Deze consumptiecategorie laat een gematigde groei zien bij de uitgaven voor cultuur en recreatie, huisvesting en medische en maatschappelijke diensten. De hoogste groeicijfers noteren vervoer, communicatie en de financiële en zakelijke diensten.
Technische toelichting
De macro-economische consumptiecijfers sluiten aan op de uitkomsten van de Nationale rekeningen 1999 en de Kwartaalrekeningen 2000. De uitkomsten voldoen daarmee aan de internationale richtlijnen voor het samenstellen van Nationale rekeningen (ESR'95). Het persbericht beschrijft de ontwikkeling van de binnenlandse werkelijke individuele consumptie. Dit begrip omvat alle bestedingen die rechtstreeks ten goede komen aan individuele consumenten, ongeacht of deze daarvoor zelf betalen of dat de overheid of een derde (b.v. een verzekeraar) dit doet. Het gaat om de uitgaven op Nederlands grondgebied: dus ook de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland. De uitgaven van Nederlandse ingezetenen in het buitenland zijn niet in dit cijfer opgenomen. De binnenlandse consumptieve bestedingen zijn verdeeld in vier hoofdcategorieën.
Het in de tabel opgenomen begrip 'nationale consumptie' bevat in tegenstelling tot de term 'binnenlandse consumptie' wel de bestedingen van Nederlandse ingezetenen in het buitenland, maar niet de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland.
De groeicijfers zijn steeds gebaseerd op een vergelijking met de overeenkomstige periode van voorgaand jaar. De ontwikkelingen (volumemutaties) zijn voor prijsveranderingen gecorrigeerd. Weersomstandigheden en de samenstelling van de koopdagen kunnen van invloed zijn op de uitkomsten van de maandcijfers. Zo wordt op een vrijdag of zaterdag meer uitgegeven dan op een maandag of dinsdag. Voor deze effecten is niet gecorrigeerd.