Brieven aan de Kamer
Vervanging F-16
29-03-2001
In het basisdocument 'vervanging F-16' en in de beantwoording van de vragen daarover zijn de voorbereidingen op een besluit over het al dan niet deelnemen aan de 'Engineering and Manufacturing Development' (EMD) van de JSF uiteengezet en toegelicht. Belangrijke onderdelen daarvan zijn de militair-operationele kandidatenevaluatie en een onderzoek naar de mogelijkheden tot overheidsparticipatie in de ontwikkeling van de JSF en van andere toestellen. De kandidatenevaluatie verkeert in een gevorderd stadium en het participatie-onderzoek is nog gaande. Over geen van beide aspecten kunnen al conclusies worden geformuleerd. Ik bericht u in deze brief over de voortgang van een en ander.
Kandidatenevaluatie
In het basisdocument zijn de toestellen genoemd die bij de kandidatenevaluatie zijn betrokken. Een grondig en zorgvuldig onderzoek van de kandidaten moet leiden tot een zo volledig mogelijk beeld van de bemande jachtvliegtuigen die omstreeks 2010 beschikbaar zijn als vervanger van de F-16 jachtvliegtuigen. Op grond van de antwoorden die de kandidaat-aanbieders en de Amerikaanse overheid hebben gegeven op een groot aantal vragen uit het 'request for information', worden de kandidaten onder meer onderworpen aan een multicriteria-analyse die inzicht moet bieden in de systeemeffectiviteit van de toestellen. In combinatie met de ontvangen informatie over de levensduurkosten wordt een beoordeling van de kosteneffectiviteit van de kandidaten gemaakt.
Participatievoorstellen
De Amerikaanse overheid heeft Nederland op 19 november 1999 uitgenodigd te participeren in de EMD-fase van de JSF. Sindsdien worden met de Amerikaanse overheid besprekingen gevoerd over de voorwaarden waaronder zo'n participatie op 'level-2' kan plaatsvinden. Die besprekingen zullen duidelijkheid moeten bieden over de vraag of participatie in een EMD voor Defensie en voor Nederland als geheel gunstig is.
De financiering van een eventuele EMD-participatie is nog een belangrijk punt van aandacht. In de beantwoording van de Kamervragen naar aanleiding van het basisdocument is gemeld dat de gevraagde bijdrage ruim boven het bedrag ligt dat daarvoor in de Defensieplannen is gereserveerd. Hoewel de vraagprijs voor Nederland inmiddels belangrijk is gedaald, kan en wil Defensie de participatie niet alleen bekostigen. Omdat er ook aanzienlijke industriële belangen in het spel zijn - getuige het regeringsbeleid ten aanzien van het Nederlandse luchtvaartcluster - zullen in overleg met de ministeries van Financiën en Economische Zaken de mogelijkheden voor cofinanciering worden bezien. Het ministerie van Economische Zaken onderzoekt welk aandeel de Nederlandse industrie kan krijgen in de EMD.
Eind vorig jaar zijn ook voorstellen ontvangen voor participatie in
doorontwikkelingsprogramma's voor de Eurofighter, de Rafale en de
Gripen. De mogelijkheden die deze voorstellen de Nederlandse industrie
bieden worden ook beoordeeld. Er worden besprekingen gevoerd met de
betrokken industrieën en overheden. Verdere bestudering van alle
participatievoorstellen is nodig om tot een zorgvuldige conclusie te
kunnen komen. Ook hierbij is het ministerie van Economische Zaken nauw
betrokken.
De politieke afweging
Finale besluitvorming over eventuele deelneming aan de EMD is
waarschijnlijk in het najaar aan de orde, als de resultaten bekend
zijn van de 'quadrennial defense review' en de gevolgen daarvan voor
de Amerikaanse behoefte aan jachtvliegtuigen en voor het
JSF-programma. Behalve de militair-operationele kwaliteiten en de
kosten van de kandidaat-vervangers en de industriële en budgettaire
gevolgen van participatie zullen dan ook andere aspecten in de brede
politieke afweging worden betrokken. Dat betreft in het bijzonder de
Europees-transatlantische dimensie en de vraag hoe een
participatiebesluit zich verhoudt tot de wens een zekere mate van
flexibiliteit te behouden, om rekening te kunnen houden met nieuwe
ontwikkelingen, bijvoorbeeld met betrekking tot onbemande vliegtuigen.
Uiteindelijk zal deze brede politieke afweging moeten leiden tot
besluitvorming.
Overleg
Om in het kader van de voorbereiding van de besluitvorming de
informatiestromen en activiteiten in goede banen te leiden, is er
periodiek interdepartementaal overleg, in het bijzonder met de
ministeries van Economische Zaken en van Financiën, maar ook met de
ministeries van Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken, Sociale Zaken en
Werkgelegenheid, alsmede Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer.
Vervolgtraject
Eerder heb ik u toegezegd in het kader van de procedureregeling Grote
Projecten in februari 2001 de jaarlijkse voortgangsrapportage aan te
bieden. Ik verzoek u deze brief te beschouwen als voortgangsrapportage
(omdat hij niet voldoet aan de vormvereisten van de procedureregeling,
ontbreekt de accountantsverklaring). Het vervolgtraject voor de
besluitvorming staat nog niet vast. Het Amerikaanse besluit over de
EMD is nu voorzien voor het najaar van 2001, maar dat kan nog
verschuiven omdat de nieuwe Amerikaanse regering mogelijk meer tijd
nodig heeft. Overigens vergen nieuwe voorstellen van producenten ook
nog nadere studie. Afhankelijk daarvan zal ik u informeren over de
resultaten van de kandidatenevaluatie en over de verdere voortgang van
het proces.
DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE,
H.A.L. van Hoof