Ministerie van Middenstand en Landbouw België


01/03/2001


PERSBERICHT

DE DOOR DE BELGISCHE OVERHEDEN GENOMEN INITIATIEVEN IN HET KADER VAN HET ROUNDUP READY SOJABOON DOSSIER

De Roundup Ready transgene soja (die tolerant aan glyfosaat is) is de eerste transgene plant die sinds april 1996 op de Europese markt toegelaten is.

Naar aanleiding van de recent uitgebrachte alarmerende informatie omtrent de invoer van deze Amerikaanse soja oordeelt het Ministerie van Middenstand en Landbouw dat het nuttig is het volgende persbericht te verspreiden.

In mei 2000 ontdekte het laboratorium van Plantengenetica en
-veredeling van het Centrum voor Landbouwkundig onderzoek (CLO) te Gent, één van de vier Belgische laboratoria belast met de routine GGO-analyses, als eerste onregelmatigheden in het Roundup Ready sojaboon dossier. Het ging om de aanwezigheid van twee DNA-fragmenten die in het oorspronkelijk dossier van 1994 van Monsanto niet genotificeerd werden. De Europese Commissie en de Britse overheid, die als lidstaat-rapporteur belast was met de eerste evaluatie van het dossier, werden onmiddellijk door het Belgische Ministerie van Middenstand en Landbouw van de vaststellingen op de hoogte gebracht. Tegelijkertijd heeft de Britse bevoegde overheid gelijkaardige gegevens van Monsanto gekregen.

Bovendien heeft het Ministerie van Middenstand en Landbouw de Europese Commissie op 26 juni 2000 uitgenodigd gezamenlijk de twee reglementaire comités samen te roepen die bij het op de markt brengen van transgene sojabonen betrokken zijn. Meer bepaald gaat het hier om de comités van de richtlijn 90/220/EEG en van de Novel Food' regelgeving.

De Inspectie-generaal Grondstoffen en Verwerkte producten heeft deze maand nog monsters van ingevoerde soja bemonsterd. De analyseresultaten van het CLO bevestigen de eerder bereikte resultaten.

De door het laboratorium van Gent op punt gestelde analytische techniek laat toe de junctie- gebieden van het ingebouwde DNA-fragment te identificeren en dit onafhankelijk van de informatie die wordt verstrekt door de bedrijven. Deze universele methode laat niet enkel de controle van het DNA-fragment toe maar eveneens de analyse van de locusinsertie binnen het genoom. Dit onderzoek werd financieel ondersteund door de dienst Onderzoek en Ontwikkeling' van het Ministerie voor Middenstand en Landbouw, door de DWTC en door het 5de Kaderprogramma van de EU. Het heeft o.a. geleid tot een herziening van de genetische kaart van RoundupReady soja. Maar veel belangrijker naast de technologische ontwikkeling is dat de resultaten van dit onderzoek de opsporing van GGO's in de menselijke en dierlijke voeding en de controle van hun etikettering efficienter maken.

In tegenstelling met wat Greenpeace zegt, is de efficiëntie van de controles van transgene planten door de bevoegde overheden dus niet op losse schroeven gezet. Het is wel degelijk een overheidsinstelling, met name het CLO, die het probleem ontdekt heeft en de nieuwe moleculaire gegevens aan het licht heeft gebracht. Dit bewijst dat de bevoegde overheden wel in staat zijn de overeenkomst tussen de moleculaire gegevens die in de GGO dossiers genotificeerd zijn en de werkelijkheid na te gaan, onafhankelijk van de druk die Greenpeace uitoefent. Het gaat hier om een zeer belangrijke stap, want de moleculaire beschrijving van een GGO is het beginpunt van de ganse bioveiligheidsevaluatie.

Bovendien hebben de drie Britse wetenschappelijke comités (Advisory Committee on Novel Foods and Processes', 'Advisory Committee on Animal Feedingstuffs' et Advisory Committee on releases to the Environment') hun advies verleend op bijkomende gegevens die door Monsanto ter beschikking gesteld werden. Deze drie comités hebben beslist dat de bioveiligheid van deze transgene sojaboon niet op losse schroeven wordt gezet door deze nieuwe situatie.

Om bijkomende informatie te bereiken, neem contact op met:
* Dr. M. De Loose (CLO-Gent - 09 272 28 76) over de analytische aspecten,

* Mevrouw S. Mestdagh (DG 4 - 02 208 38 57) over de reglementering.