UvA investeert méér geld in strategisch toponderzoek
Extra geld uit nieuw onderzoeksfonds voor o.a. klinische en
fundamentele genetica, cognitieve neurowetenschappen en Gouden
Eeuw-studies
28 februari 2001
In de periode 2001-2004 reserveert de Universiteit van Amsterdam circa 10% van haar onderzoeksbudget voor nieuw onderzoek. Met dit nieuwe Centrale Onderzoeksfonds, dat in vier jaar uitkomt op bijna f 48 miljoen, wil de UvA haar toponderzoek stimuleren en nieuwe, grensoverschrijdende wetenschapsgebieden tot ontwikkeling brengen. Ook zal de UvA het fonds inzetten voor het meebetalen aan extern gefinancierde projecten en voor het ontwikkelen van onderzoek aan (nieuwe) studierichtingen met veel studenten.
Het Centrale Onderzoeksfonds is een flexibel stimuleringsfonds, waarmee de UvA kan investeren in belangrijk nieuw onderzoek dat al voldoende inbedding heeft in de faculteiten en onderzoeksinstituten. Bij het toekennen van gelden uit dit fonds kiest de UvA voor een beperkt aantal, strategische speerpunten - bij voorkeur interdisciplinair toponderzoek - waarmee de UvA haar positie als vooraanstaande onderzoeksuniversiteit kan versterken. Het onderzoeksfonds groeit van bijna f 7 miljoen in 2001 aan tot f 16 á 17 miljoen in 2004, en komt over vier jaar uit op in totaal bijna f 48 miljoen. De faculteiten kunnen bij het College van Bestuur (CvB) aanvragen indienen voor het financieren van nieuwe onderzoeksprogramma's. Een belangrijk criterium voor het honoreren van deze aanvragen is de kans om dankzij een bijdrage uit het onderzoeksfonds extra externe gelden te verwerven (o.a. van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek, NWO). In de eerste ronde is extra geld toegewezen aan nieuwe wetenschapsgebieden, excellente onderzoeksgroepen en onderzoek voor nieuwe en snelgroeiende studierichtingen. De tweede toekenningsronde is voor het begrotingsjaar 2003.
Nieuwe wetenschapsgebieden
In de periode 2001-2004 investeert de UvA in veelbelovend interdisciplinair onderzoek in onder meer de volgende wetenschapsgebieden:
* klinische en fundamentele genetica (ruim f 6 miljoen)
* cognitieve neurowetenschappen (f 2 miljoen)
* Gouden Eeuw-studies (f 1,8 miljoen)
* arbeidsstudies (f 1,7 miljoen)
* micro-economie/kwantitatieve economie (f 2 miljoen)
* complexe informatiesystemen (f 1,8 miljoen).
Excellente onderzoeksgroepen Voor de periode 2001-2004 zijn extra gelden toegewezen aan het Sterrenkundig Instituut Anton Pannekoek (f 800.000) en twee onderzoeksgroepen van het onderzoeksinstituut Psychologie: de groep Social cognition, emotions and identity en de groep Clinical psychology (beide groepen f 600.000). Deze drie groepen zullen het extra geld vooral besteden aan het aantrekken van stafpersoneel, onderzoeksassistenten en het verbeteren van de (laboratorium)faciliteiten.
Onderzoek voor nieuwe en snelgroeiende studierichtingen Voor de opleiding Communicatiewetenschap stelt het CvB in 2001 in principe f 500.000 beschikbaar. De studierichting Film- en televisiewetenschap, die de afgelopen jaren explosief is gegroeid, krijgt in totaal f 1,8 miljoen om het wetenschappelijk karakter van de opleiding extra impulsen te geven. Ook voor Bedrijfseconomie is geld beschikbaar (in totaal f 1,7 miljoen).