PERSBERICHT
Utrecht, 22 februari 2001
Rechter verbiedt belangrijk landbouwgif chloorthalonil
Met ingang van zaterdag 24 februari 2001 mag de landbouw het bestrijdingsmiddel chloorthalonil niet langer gebruiken. Dit heeft de rechter uitgesproken in een spoedprocedure die de Zuid-Hollandse Milieufederatie en Stichting Natuur en Milieu hebben aangespannen bij het College van Beroep voor het Bedrijfsleven. Chloorthalonil is nummer 5 in de ranglijst van meest gebruikte middelen in Nederland. Jaarlijks gaat circa 400.000 kilo over de Nederlandse akkers en tuinen. De stof is zeer giftig voor waterleven en omzettingsproducten worden tot in het diepe grondwater gevonden. Vrijwel alle teelten maken gebruik van dit middel, dat dient om schimmels te bestrijden in onder andere aardappelen, bloembollen en kasproducten. Het middel prijkte aanvankelijk op de lijst van onmisbare stoffen, toen in 1999 een verbod dreigde. Het Meerjarenplan Gewasbescherming uit 1991 kondigde al de sanering aan van de toepassingen van chloorthalonil.
Hoewel de milieucriteria voor bestrijdingsmiddelen al vanaf 1995 van kracht zijn, is chloorthalonil lange tijd niet definitief beoordeeld door het College voor de Toelating van Bestrijdingsmiddelen (CTB). Aanvankelijk viel de stof onder de zogenaamde kanalisatie, een gedoogregime tot het jaar 2000, dat al eerder door de rechter onrechtmatig is verklaard. Vervolgens wilde het CTB in 1999 de stof verbieden met een zogenoemd 'voornemen tot beëindiging', maar besliste toch tot verlenging tot 31 oktober 2000, toen de fabrikant met nieuwe informatie op de proppen kwam. Ook deze verlenging leidde tot een zitting bij de President van het College van Beroep, waarin het CTB aangaf uiterlijk 31 oktober 2000 een definitief besluit te zullen nemen. Desondanks heeft het CTB chloorthalonil opnieuw toegestaan tot 1 april 2001 om de toelatingshouders Zeneca en Aventis gelegenheid te geven tot commentaar. De President heeft met de uitspraak van deze week in één pennenstreek een eind gemaakt aan deze klucht en de toelating van het bestrijdingsmiddel definitief beëindigd.
De uitspraak betekent een grote stap vooruit voor het milieu. De land- en tuinbouw zal nu veel meer resistente rassen moeten gebruiken en betere technieken om schimmels te voorkomen. De milieuorganisaties zullen met deze uitspraak in de hand ook de recente 'planningslijst' van het CTB aanvechten. Volgens deze lijst zullen vele milieuschadelijke middelen vanwege capaciteitsproblemen pas na jaren beoordeeld worden.
Nadere inlichtingen:
Zuid-Hollandse Milieufederatie, 010 4765355.
Stichting Natuur en Milieu 030-2331328.