Eindhoven - 12 februari 2001 - "Om maximaal rendement te halen uit investeringen in informatietechnologie (IT) is het van essentieel belang dat IT breed wordt geaccepteerd en gebruikt door senior executives, zeg maar de topmanagers van een bedrijf. Gebrek aan persoonlijke betrokkenheid en een lage gebruiksgraad zijn een teken dat veel managers zich nog steeds niet hebben toegelegd op IT. Dit betekent dat zij niet uit de eerste hand ervaren hoe informatietechnologie volledig benut kan worden". Deze conclusie trekt drs.ir. Guus Pijpers uit Riethoven in zijn proefschrift "Senior Executives' Use of Information Technology". Hij doet in zijn dissertatie aanbevelingen om IT-gedrag van managers in de goede richting te sturen.
Pijpers brengt in zijn proefschrift de belangrijkste factoren en relaties in
kaart die van invloed zijn op IT-gebruik door managers. Hij 'onderzocht' 87
senior executives van 21 multinationals die Europa als thuisbasis hebben. De
promovendus verdedigt zijn dissertatie donderdag 22 februari aan de
Technische Universiteit Eindhoven (TU/e). Promotoren zijn prof.dr. T.M.A.
Bemelmans, hoogleraar bestuurlijke informatiesystemen en automatisering bij
de faculteit Technologie Management van de TU/e en prof.dr.ir. F.J.
Heemstra, hoogleraar bedrijfskunde en informatica aan de Open Universiteit.
Guus Pijpers slaagde in 1984 voor de hbo-opleiding hogere informatica. Hij
werkte bij Philips en KPMG en van 1993 tot maart 2001 bij Akzo Nobel. Hij
voltooide onder andere twee studies bij de Open Universiteit: drs.
bedrijfskunde en ir. informatica.
Sleutel tot succes
"Senior executives krijgen voortdurend te horen dat informatietechnologie
(IT) de sleutel is tot zakelijk succes. Grote sommen geld worden
geïnvesteerd in IT, echter zonder dat dit een evenredige verhoging van de
productiviteit oplevert", aldus promovendus Pijpers. Voor zijn onderzoek
gebruikte hij het Technology Acceptance Model (TAM), een model waarvan
voldoende bewezen is dat het IT-gebruik kan meten. Guus Pijpers hierover:
"Tot op heden heeft het meeste TAM-gebaseerde onderzoek zich hoofdzakelijk
geconcentreerd op het kernmodel in plaats van op de belangrijkste externe
variabelen die een directe en indirecte invloed hebben op de intermediërende
en afhankelijke variabelen. Deze externe variabelen vertegenwoordigen de
instrumenten waarmee de gewenste acties kunnen worden uitgevoerd. Uitgaande
van TAM werd een theoretisch onderzoeksmodel ontwikkeld om een groot aantal
externe variabelen te onderzoeken dat mogelijk ten grondslag kan liggen aan
de mening en houding van managers ten aanzien van hun IT-gebruik. Een
specifiek systeem ter ondersteuning van de taak van senior executives, een
Executive Information System (EIS), werd geselecteerd als het te beoordelen
IT-hulpmiddel."
IT-gebruik belemmeren of stimuleren
De resultaten van het onderzoek zijn gebaseerd op de interpretatie van de
antwoorden die de onderzochte topmanagers op de enquêtevragen gaven. Voor de
analyse van de resultaten heeft Pijpers Structural Equation Modeling (SEM)
gebruikt.
"De resultaten ondersteunden in belangrijke mate de externe, merendeels
individuele, variabelen in de categorieën demografie, management- en
IT-kennis, persoonlijkheid van de manager, bedrijfskenmerken en
eigenschappen van het IT-hulpmiddel. In tegenstelling tot wat men zou
verwachten, hadden drie categorieën, te weten sociale factoren,
omgevingsmerken en taakgerelateerde eigenschappen, geen variabele met een
significante relatie", aldus onderzoeker Pijpers.
Dit onderzoek verschaft empirisch bewijs dat suggereert dat slechts een
beperkt aantal door het management te beheersen factoren, mening, houding en
gebruik van topmanagers beïnvloeden. Een beter begrip van de verscheidene
factoren die een effectief gebruik van informatietechnologie kunnen
belemmeren of stimuleren, kan het ontwerp van organisatorische ingrepen of
managementinterventies die deze kwesties aanpakken, vergemakkelijken.
Nieuw model
Op basis van de resultaten van het theoretische onderzoeksmodel heeft
Pijpers een nieuw model ontwikkeld, het zgn. IT Usage Model. In dit model
wordt verondersteld dat IT-gebruik direct en indirect wordt beïnvloed door
zeven externe variabelen verdeeld over de volgende drie categorieën:
demografie, persoonlijkheid en bedrijfskenmerken. Drie van deze variabelen,
twee individueel bepaalde, computer zelfredzaamheid en zichtbaar plezier, en
een organisatorische factor, namelijk organisatorische steun, zijn direct
door het management te beïnvloeden. Guus Pijpers zegt ten slotte: "Met
behulp van het door mij ontwikkelde 'IT Usage Model' kan effectief en meer
gebruik van IT-hulpmiddelen voor het topmanagement worden gestimuleerd.
Informatietechnologie dient beter ingeburgerd te raken bij het management.
Dan kunnen managers sneller toegang krijgen tot betere informatie, wat op
zijn beurt zal leiden tot een effectievere besluitvorming".
Enkele stellingen behorende bij het proefschrift
"Acceptatie en gebruik van IT hangt voornamelijk af van individuele
factoren, niet in de laatste plaats van de mening en de houding van de
senior executive."
"Een manager is nog steeds meer gebaat met een gewaardeerde collega die hem
helpt zijn IT problemen op te lossen, dan met cursussen of trainingen."