Haalbaarheidsonderzoek: Randweg is waardig alternatief
wo 21 februari 2001
Volgens het college van burgemeester en wethouders is de aanleg van de
Randweg, als alternatief voor de geplande Zuidweststructuur, op basis
van inhoudelijke en juridische afwegingen haalbaar. Ook kan het
alternatief rekenen op een breed maatschappelijk draagvlak. Dat is de
algemene conclusie na een periode van intensief overleg met milieu- en
natuurorganisaties, de waterschappen, Rijkswaterstaat, gemeente Vught
en alle belanghebbenden die aan het Randwegtracé gevestigd zijn of die
daaraan wonen. Ook aanvullende onderzoeken hebben de haalbaarheid
aangetoond. Wel zijn op basis van de binnengekomen reacties diverse
wijzigingen aan het ontwerp aangebracht. De basisstructuur van de
Randweg blijft daarbij echter intact. Het Randwegtracé is gepland
tussen de Vlijmenseweg en de Vughterweg, parallel aan de spoorbaan
Eindhoven s-Hertogenbosch, en tussen het Drongelens kanaal en het
spoor.
Wijzigingen
Op basis van de reacties van betrokken partijen zijn vijftien
wijzigingen in het ontwerp doorgevoerd. Daartoe behoort onder meer een
verschuiving van het tracé nabij het Willem-Alexanderziekenhuis en het
Koning Willem 1 College. Daardoor wordt het landschap meer ontzien.
Uit nader onderzoek naar de effecten voor het leefmilieu is gebleken
dat in de omgeving Willem van Oranjelaan een geluidscherm moet worden
aangelegd.
In het kader van een studie naar ecologische verbindingszones is
geconcludeerd dat er nut en noodzaak is voor een ecologische
verbindingszone tussen de Gement en May enerzijds en de Bossche Broek
anderzijds. Vastgesteld is dat er zowel een droge als een natte
verbindingszone nodig is om de uitwisseling van de zogenaamde
gidssoorten (das en ree) mogelijk te maken. Het college wil de komende
periode gebruiken om na te gaan of de aanleg van deze verbindingszone
ter hoogte van de Vughterbrug langs de Dommel / Drongelenskanaal tot
de mogelijkheden behoort.
Nulplusvariant
Tijdens het communicatietraject hebben belanghebbenden aangegeven
behoefte te hebben aan een gewogen (eind)beoordeling van de Randweg
ten opzichte van de door hen ingebrachte Nulplusvariant. Aan deze wens
is tegemoet gekomen. Het college van burgemeester en wethouders is van
mening - gebaseerd op deze gewogen beoordeling - dat de Nulplusvariant
op het terrein van verkeersprestatie (hoofddoel-stelling van het
project) en de doelmatigheid van de investeringen onvoldoende scoort.
Het oorspronkelijke plan Zuid-Weststructuur kan wel aan de beoogde
verkeersprestatie en veiligheidseisen voldoen, maar levert voor
natuur- en landschap, cultuurhistorie en het ruimtelijk visueel beeld
aanzienlijk meer nadelen op dan het alternatief Randweg.
Vervolgstappen
Het rapport met bevindingen wordt aangeboden aan Gedeputeerde Staten
van de provincie Noord-Brabant. Het college doet daarbij het verzoek
om zo spoedig mogelijk over te gaan tot nader onderzoek en uitwer-king
van de Randweg. Daartoe behoort onder meer de opstelling van een MER
(Milieu Effecten Rapportage).
In overleg met de gemeente Vught wordt bekeken welke
ontsluitings-structuur voor Vught-noord wordt opgenomen in de MER. Ook
vindt overleg plaats met de gezamenlijke milieuverenigingen over het
al dan niet betrekken van een "deelalternatief" in de MER. Het betreft
het deelalternatief dat door de milieuverenigingen is ingebracht. In
mei 2001 wil het college een zogenaamde startnotitie MER door
het bevoegd gezag laten vaststellen. Het bevoegd gezag zijn de
gemeenteraden van Vught en s-Hertogenbosch en Provinciale Staten van
Noord-Brabant. Als de MER gereed is, wordt het definitieve oordeel
bepaald over de Randweg.
Kosten
Over de verdeling van de kosten onder de projectpartners worden nadere
afspraken gemaakt. Dat gebeurt in het vervolgtraject, waarbij aan de
hand van de uitwerking en de aanpassingen nadere berekeningen zullen
worden gemaakt. Voor het nader onderzoek en de uitwerking van de
Randweg wordt aan de gemeenteraad een budget gevraagd van 800.000,- (
363.024,17).