Consumptie groeit met 3,7%
Het volume van de binnenlandse consumptie in 2000 is 3,7% groter dan in 1999. Dit is al het vierde jaar op rij met een stijging van drieënhalf procent of meer, zo blijkt uit cijfers van het CBS. Bij de diensten, de grootste consumptiecategorie, versnelt de groei in 2000 naar 4,4%. De volumetoename van de bestedingen aan duurzame goederen (3,8%) valt echter fors lager uit dan in 1999 (7,4%).
Groei bij diensten hoger dan bij goederen
De volumegroei van de bestedingen aan diensten in 2000 (4,4%) is sterker dan die bij goederen (2,8%). Over geheel 1999 werd bij de diensten nog een stijging van 3,5% gemeten. Met dubbele groeicijfers doet de grootste toename zich in 2000 voor bij de bestedingen aan financiële en zakelijke diensten en bij de uitgaven aan vervoer en communicatie. De totale binnenlandse individuele consumptie heeft in 2000 een waarde van 538 miljard gulden. Bijna zestig procent hiervan heeft betrekking op uitgaven aan diensten.
Bij de bestedingen aan goederen lopen de groeicijfers in 2000 uiteen. De stijging van de uitgaven aan voedings- en genotmiddelen is gering (1,0%) en lag in dezelfde orde van grootte als in 1999. De aankopen van duurzame goederen nemen in 2000 minder sterk toe dan een jaar eerder. Dit hangt mede samen met de ontwikkeling van de auto-aankopen, die vooral in het tweede en derde kwartaal achter bleven bij het hoge niveau van 1999. Per saldo is vorig jaar aan vervoermiddelen slechts een half procent meer besteed dan een jaar eerder.
Groei aankopen duurzame goederen trekt aan
Het volume van de bestedingen aan duurzame goederen in het vierde kwartaal van 2000 ligt 5,0% boven het niveau van dezelfde periode een jaar eerder. Na een tweede (1,1%) en derde (2,8%) kwartaal met relatief lage groeicijfers trekken de aankopen in het vierde kwartaal weer aan. Vooral de aankoop van nieuwe personenauto's laat aan het eind van het jaar een opmerkelijk herstel zien. Mogelijk heeft een aantal
consumenten bij de aankoop van duurzame goederen tegen het einde van het jaar geanticipeerd op de BTW-verhoging die op 1 januari 2001 van kracht werd.
Technische toelichting
De macro-economische consumptiecijfers sluiten aan op de uitkomsten van de Nationale rekeningen 1999 en de reguliere Kwartaalrekeningen. De uitkomsten voldoen daarmee aan de internationale richtlijnen voor het samenstellen van Nationale rekeningen (ESR'95). Het persbericht beschrijft de ontwikkeling van de binnenlandse werkelijke individuele consumptie. Dit begrip omvat alle bestedingen die rechtstreeks ten goede komen aan individuele consumenten, ongeacht of deze daarvoor zelf betalen of dat de overheid of een derde (b.v. een verzekeraar) dit doet. Het gaat om de uitgaven op Nederlands grondgebied: dus ook de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland. De uitgaven van Nederlandse ingezetenen in het buitenland zijn niet in dit cijfer opgenomen. De binnenlandse consumptieve bestedingen zijn verdeeld in vier hoofdcategorieën.
Het in de tabel opgenomen begrip 'nationale consumptie' bevat in tegenstelling tot de term 'binnenlandse consumptie' wel de bestedingen van Nederlandse ingezetenen in het buitenland, maar niet de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland.
De groeicijfers zijn steeds gebaseerd op een vergelijking met de overeenkomstige periode van voorgaand jaar. De ontwikkelingen (volumemutaties) zijn voor prijsveranderingen gecorrigeerd. Weersomstandigheden en de samenstelling van de koopdagen kunnen van invloed zijn op de uitkomsten van de maandcijfers. Zo wordt op een vrijdag of zaterdag meer uitgegeven dan op een maandag of dinsdag. Voor deze effecten is niet gecorrigeerd.