Homepage: Ministerie van Buitenlandse Zaken Subject was: BZ Parlementaire brief: KV Van Ardenne-van der Hoeven over Afzender is: noreplyminbuza@nieuwsbank.nl nbcode: nb101 Homepage: Ministerie van Buitenlandse Zaken

Ministerie van Buitenlandse Zaken

http://www.minbuza.nl/content.asp?Key=410399



Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG directie Azië en Oceanië afdeling Zuidoost-Azië Bezuidenhoutseweg 67 Postbus 20061 2500 EB Den Haag

Datum februari 2001 Behandeld mr. J. Roodenburg

Kenmerk DAO-0180-01 Telefoon (070) 348 56 55

Blad Fax (070) 348 53 23

Betreft Vragen van het lid Van Ardenne-van der Hoeven over gedwongen overgang tot de islam op de Molukken E-mail j.roodenburg@dao.minbuza.nl

Zeer geachte Voorzitter,

Onder verwijzing naar de brief van de Griffier Uwer Kamer van 16 februari 2001, kenmerk 2000106510, waarbij gevoegd waren de door het lid Van Ardenne-van der Hoeven overeenkomstig artikel 134 van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer bij U ingediende vragen, heb ik de eer U in bijlage dezes het antwoord op de gestelde vragen aan te bieden.

De Minister van Buitenlandse Zaken

Antwoord van de heer Van Aartsen, Minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Van Ardenne-van der Hoeven.

Vraag 1

Heeft u kennis genomen van de berichten dat christenen op de Molukken gedwongen worden over te gaan tot de islam en gedwongen worden zich te laten besnijden?

Antwoord

Ja.

Vraag 2

Hoe beoordeelt u deze berichten?

Vraag 3

Bent u bereid de Indonesische ambassadeur te ontbieden en hem zorg over de ontwikkelingen op de Molukken over te brengen en er bij de Indonesische regering op aan te dringen dat zij alles in het werk stelt om de godsdientsvrijheid daar te garanderen en een einde te maken aan deze praktijken?

Antwoord 2 en 3

Eind november bereikten mij de eerste, verontrustende berichten over gedwongen bekeringen en besnijdenissen op de Molukse eilanden Gorong, Kesui en Teor. Naar aanleiding van deze berichten en in reactie op de toen aangekondigde - maar uiteindelijk niet geëffectueerde - aanval op het eiland Nusalaut, vond op mijn ministerie reeds op 11 december 2000 een gesprek plaats tussen de directeur-generaal Politieke Zaken en de Indonesische ambassadeur.

In dit gesprek is de Indonesische ambassadeur gevraagd zijn autoriteiten de grote zorg van de Nederlandse regering over te brengen over de voortdurende spanningen in de provincie Molukken, in het bijzonder de berichten over gedwongen bekeringen en besnijdenissen. Daarnaast is aangedrongen op effectief optreden van de Indonesische autoriteiten om herhaling van geweld te voorkomen.

Op gezag van de gouverneur van de provincie Molukken, de heer Latuconsina, heeft in de maand januari een aantal onderzoeksmissies plaatsgevonden. Deze missies, waarvan de laatste onder leiding van de gouverneur zelf, hebben vastgesteld dat zich inderdaad gedwongen bekeringen hebben voorgedaan op de eilanden Kesui en Teor. Met een marine-schip zouden ruim 150 bewoners zijn geëvacueerd naar Ambon en inmiddels weer het christendom hebben aangenomen.

Voorts zal Nederland zich ervoor inzetten dat de EU in haar verklaring over Indonesië tijdens de komende zitting van de VN-Mensenrechtencommissie ook voor deze vorm van religieuze intolerantie nadrukkelijk de aandacht zal vragen.


1 Netwerk, 12 februari jl.






===