ELEKTRICITEITSMARKT IN NEDERLAND ROBUUST
- Geen enkele reden voor Californische paniek -
Er is de laatste weken een ware hype in de media ontstaan over de
crisis in de elektriciteitsvoorziening in Californië en met name over
de mogelijkheid dat een dergelijke crisis zich ook in Nederland zal
voordoen. Opmerkelijk daarbij is, dat de discussie zich veel minder
voordoet in de ons omringende landen, waar al jaren ervaring bestaat
met geliberaliseerde stroommarkten.
De algemene strekking van de berichtgeving in Nederland is, dat het
probleem zich hier weliswaar op korte termijn niet zal voordoen, maar
dat er zich op langere termijn wel degelijk een crisis in de
elektriciteitsvoorziening kan aandienen. Met name het gebrek aan
coördinatie van investeringen en desinvesteringen in
productiecapaciteit en het ontbreken van middelen en macht aan de
zijde van de overheid om investeringen in productiecapaciteit af te
dwingen, suggereren een crisisachtige sfeer. Deze is onterecht en
schadelijk, aangezien de zuiverheid in het debat over de
liberalisering en privatisering van de Nederlandse stroommarkt
hieronder lijdt. Ten onrechte. Privatisering heeft hoegenaamd niets
van doen met wat er op dit moment aan de hand is in Californië.
Wat is er nu echt aan de hand in Californië? Californië bevindt zich
in een diepe stroomcrisis die een combinatie is van een financiële,
een fysieke (tekort aan elektriciteitsproductievermogen) en een
regulatorische crisis. De malaise heeft zo ernstige proporties
aangenomen, dat ze effect kan hebben op de groei van de Californische
economie als geheel en op de financiële markten. Dat maakt de zaak
politiek explosief en bestuurlijk uiterst moeilijk te beheersen. De
achtergrond van de crisis is echter vrij simpel. Paul Friese gaf
hiervan in NRC van 26 januari jl. een adequate weergave. Californië
kent op dit moment een tekortschietend eigen productievermogen en
acute tekorten in de stroomimport. Dit leidt tot torenhoge prijzen op
de dagmarkt en torenhoge winsten voor leveranciers. De levering door
leveranciers van buiten de staat Californië is om verschillende
redenen niet voldoende om het stroomtekort op te heffen en het
bijbouwen van productiecapaciteit is in Californië een tijdrovende
(een vergunningaanvraag duurt gemiddeld vijf jaar) en schier
onmogelijke opdracht (extreem hoge milieu-eisen). Er is in de laatste
tien jaar, ondanks de booming IT-industrie en de bevolkingstoename,
geen productiecapaciteit meer bijgebouwd. Door de hoge
spotmarktprijzen leiden de distributiebedrijven enorme verliezen. Want
deze distributiebedrijven zijn voor het grootste deel van hun inkoop
aangewezen op de dagmarkt. Ze kunnen hun klanten slechts tegen vooraf
door de overheid vastgestelde vaste prijzen beleveren en in die
afzetprijzen mogen de hoge schaarsteprijzen van de inkoop niet worden
verdisconteerd. Daardoor reageert de vraag vanuit het bedrijfsleven en
van gezinnen niet op schaarstesignalen. Tegelijk heeft diezelfde
overheid het erg moeilijk gemaakt voor de distributiebedrijven om zich
tegen mogelijke korte termijn inkoopprijsrisico's in te dekken door
middel van lange termijn contracten met leveranciers. Het gevolg is
dat de distributiebedrijven inmiddels door al hun financiële reserves
heen. Zij krijgen daardoor geen krediet meer van geldschieters of
leveranciers om eventuele alternatieve contracten te sluiten buiten de
staat Californië. En dan is de cirkel rond: bestaande aanbieders
vinden het wel goed zo, nieuwe toetreders wordt het leven erg moeilijk
gemaakt, leveranciers van buiten de staat durven geen
leveringscontracten aan te gaan met Californische partners omdat deze
distributiebedrijven inmiddels de financiële status van een 'junk
bond' hebben. Afnemers tot slot laten de airconditioning gewoon aan
staan omdat de schaarstesituatie niet in de eindprijzen wordt
gereflecteerd. En dan draait het systeem dol.
De aandacht in Californië gaat op dit moment terecht uit naar
maatregelen om allereerst het financiële vertrouwen in de
distributiesector te herstellen. De staat Californië neemt daarin
zelfs het voortouw.
Structureel is er echter meer nodig. Recent heeft een groep
wereldvermaarde deskundigen ("Manifesto on the California electricity
crisis" - Haas School of Business/Univ. Of California Berkeley) een
viertal voorwaarden geformuleerd voor een structurele aanpak van de
huidige malaise. Deze zijn: (1) de vrijheid om lange-termijn
contracten aan te gaan, (2) eindprijsflexibiliteit, (3) concurrentie
zowel bij de productie als de levering van elektriciteit aan
eindgebruikers, en (4) samenwerking tussen de regulerings- en de
concurrentie-autoriteit.
Hoe groot is nu de kans dat een onbeheersbare calamiteit als in
Californië zich in Nederland voordoet? Als we afgaan op de vier eerder
genoemde voorwaarden is die kans niet aanwezig. Immers, aan die
voorwaarden wordt in Nederland al voldaan. Bedrijven in Nederland
wordt geen strobreed in de weg gelegd om zich in lange termijn
contracten in te dekken tegen prijs- en capaciteitsrisico's (1). De
eindprijzen worden door de toezichthouder DTe zodanig gereguleerd dat
de distributiebedrijven weliswaar gestimuleerd worden om zo goedkoop
mogelijk in te kopen (door middel van een zogenaamd 'yardstick'
mechanisme), maar ook zo dat marktbrede prijsbewegingen als gevolg van
schaarste integraal, zij het met een vertraging, kunnen worden
doorberekend aan de eindverbruiker (2). Productie en import van
elektriciteit is in Nederland veel competitiever dan in Californië en
op dit moment telt Nederland tussen de 20 en 30 bedrijven die
zakelijke eindgebruikers in concurrentie met elkaar beleveren (3). En
ten slotte vindt er niet alleen een goede samenwerking plaats tussen
de toezichthouder DTe en de mededingingsautoriteit NMa. DTe is als
toezichthouder op de elektriciteits- en gassector zelfs onderdeel -
een zogenaamde 'kamer' in het Haagse jargon - van de
mededingingsautoriteit.
De huidige crisis ronde de elektriciteitsvoorziening in Californië is
voor Nederland dus nauwelijks relevant. De mediahype hierover is
derhalve onnodig en zelfs schadelijk voor een zakelijk debat over
liberaliserings- en privatiseringszaken. Het zou goed zijn als we ons
zouden kunnen beperken tot relevante argumenten. De onderwerpen waar
het hier om gaat zijn daarvoor belangrijk en complex genoeg.
Cees van Gent,
plaatsvervangend directeur Dienst uitvoering en Toezicht energie, DTe.
terug
Aan de inhoud van deze pagina's kunt u geen rechten ontlenen.