PGGM verruimt OBU-voorwaarde
LAD-bericht van 8 februari 2001
De gezondheidscentra zijn sinds 1991 verplicht aangesloten bij
pensioenfonds PGGM. De huisartsen in die sector bleven echter tot 1994
aangesloten bij Stichting Pensioenfonds voor Huisartsen, SPH. Pas
daarna werd hun deelneming ondergebracht bij PGGM. Gevolg is dat deze
huisartsen formeel nog niet voldoen aan het criterium dat zij
voorafgaand aan vervroegde uittreding door een Overbruggingsuitkering
(afgekort OBU) tien jaar onafgebroken deelnamen aan de
PGGM-pensioenregeling.
Na interventie van de LAD heeft PGGM de interpretatie van deze
voorwaarde veranderd waardoor ook deze huisartsen zonder problemen van
de OBU gebruik kunnen maken.
Tot 1999 konden artsen van 60 jaar en ouder, die tien jaar
onafgebroken deelnamen in de PGGM-pensioenregeling gebruiken maken van
de Overbruggingsuitkering (OBU) als regeling voor vervroegde
uittreding. De OBU is sindsdien vervangen door het FLEX-pensioen, maar
artsen aangesloten bij PGGM en geboren vóór 1949 kunnen nog wel kiezen
voor vervroegde uittreding via de OBU.
Verplichtstelling vervalt
Huisartsen in dienst bij de gezondheidscentra werden op 1 januari 1991
niet aangemeld bij PGGM omdat zij voorlopig nog verplicht bleven
vallen onder de SPH beroepspensioen- regeling. Door aanpassing van
deze regeling op 1 januari 1994 konden huisartsen in een
gezondheidscentrum toen pas ondergebracht worden bij PGGM. Strikt
formeel zou de criteriumtijd van deze huisartsen dus pas in per die
datum in kunnen gaan, terwijl er wel sprake was van een collectieve
overgang van SPH naar PGGM.
LAD-interventie
Aangezien dit voor LAD-leden die vervroegd wilden uittreden problemen
opleverde, nam de LAD contact op met PGGM. Het pensioenfonds stelt
zich gelukkig coulant op en reageerde onlangs per brief met een
definitieve opstelling in deze kwestie. PGGM erkent dat het altijd de
bedoeling was dat de verplichtstelling van het PGGM-pensioen in
verband met de collectieve overgang vanaf 1991 zou gelden voor de
huisartsen in de gezondheidscentra. Op basis daarvan wordt de
diensttijd van huisartsen die op 1 januari 1991 in dienst waren van
een gezondheidscentrum én degenen die daar vanaf die datum tot 1
januari 1994 in dienst zijn getreden, maar die op grond van de
SPH-regeling verplicht waren aangemeld bij SPH, tóch meegeteld in de
criteriumtijd (10-jarentermijn) van de OBU bij PGGM.
Dankzij deze opstelling voldoen ook de huisartsen in de
gezondheidscentra geboren vóór 1949 aan de criteriumtijd waardoor zij
kunnen kiezen voor óf OBU of Flex-pensioen. Bedankt PGGM voor de
getoonde flexibiliteit en klantgerichtheid!
Ga naar : Nieuwspagina van de LAD
Volgend artikel : AMS: De fabel van het uurtarief
© copyright LAD 2001 home . index . email/adres . Artsennet