31 jan 2001
Persinformatie-logo
Nummer 11 30 januari 2001
Periode 8 t/m 14 februari
Russische literatuur tussen 1850 en 1935 steeds kinderlijker
ONDERZOEK
Russische literatuur tussen 1850 en 1935 steeds kinderlijker
AGENDA
De wereld van inheemse volken
Quantummechanica: elektromagnetisme
De vrije wil
Politieke en economische ontwikkelingen in Japan
100 jaar wetenschapsfilosofie: De Wiener Kreis
Vrijheid bij het kiezen van een statistische methode
Russische literatuur tussen 1850 en 1935 steeds kinderlijker
De Russische literatuur is een kinderrijke literatuur. De meeste
schrijvers hebben wel een verhaal, novelle of roman gewijd aan het
kind en/of de kinderjaren. Slavist drs. Ben Wiegers constateert dat
het kinderlijk perspectief in de Russische literatuur in de periode
tussen 1850 en 1935 alsmaar kinderlijker is geworden. Hij
bestudeerde de evolutie van het kinderlijk perspectief in Russisch
verhalend proza uit die periode. Op 8 februari 2001 promoveert hij
aan de Rijksuniversiteit Groningen.
"Je ziet dat rond 1850 het perspectief van het kinderlijk personage
nog ondergeschikt is aan het dominante perspectief van de volwassen
verteller", zegt Wiegers, "Maar in de loop der jaren treedt de
verteller steeds meer naar de achtergrond en gaat het perspectief
van de kinderlijke held het verhaal steeds meer bepalen. Vanaf het
eind van de jaren twintig zien we dat ook de verteller, en daarmee
de vertelling zelf, kinderlijk wordt." Wiegers stelt dat deze
algehele 'infantilisering' gezien moet worden als een uiting van
angst en pessimisme over het maatschappelijke en artistieke klimaat
in stalinistisch Rusland.
De promovendus beschrijft de evolutie van het kinderlijk
perspectief aan de hand van verhalen van de schrijvers Leo Tolstoj,
Anton Tsjechov, Boris Pasternak, Daniil Charms en Andrej Platonov.
De vijf verhalen zijn representatief voor de verschillende
stijlperioden. Op deze manier bracht de promovendus de evolutie van
het kinderlijk perspectief in kaart: terwijl in Tolstojs
'Kinderjaren' (1852) de volwassen verteller een dominante rol
speelt, zijn in Platonovs 'Semjon' (1927/1936) zowel de verteller
als de personages -ook de volwassenen- kinderlijk. Wiegers keek
naar de functie en betekenis van het kind en van het kinderlijk
perspectief in de betreffende tekst, naar de relatie tussen het
kinderlijk perspectief en de vertelinstantie en naar de mate waarin
het kinderlijk perspectief ook daadwerkelijk kinderlijk is. Om dat
laatste te bepalen, maakte hij onder meer gebruik van de theorieën
van kinderpsycholoog Jean Piaget en van voorbeelden uit de
Russische kinderfolklore. Met een speciaal voor zijn onderzoek
aangepast model, wist Wiegers vast te stellen hoe de kinderlijke
held in elk van de vijf verhalen tijd en ruimte beleeft, hoe hij
tegen zijn wereld aankijkt en wat zijn kennis en taalgebruik zijn.
/ImK
Wiegers (Groningen, 1965) studeerde Slavische taal- en letterkunde
aan de RUG. Hij verrichtte zijn promotieonderzoek bij de afdeling
Slavische taal- en letterkunde, in opdracht van de onderzoeksschool
Rudolf Agricola (tegenwoordig Instituut voor
Cultuurwetenschappelijk Onderzoek Groningen, ICOG). Momenteel is
hij werkzaam als revisor en vertaler bij Wilkens c.s. in
Leiderdorp.
Meer informatie over deze promotie
Onderzoek
Promotie
Russische literatuur tussen 1850 en 1935 steeds kinderlijker
Zie voorpagina.
Datum en tijd
donderdag 8 februari 2001, 16.00 uur
Promovendus
H.B.M. Wiegers, tel. (071)581 12 11 (werk)
Proefschrift Handelsuitgave
The child and the childlike in Russian narrative literature
(1850-1935)
Shaker Publishing, ISBN 90-423-0138-4. Prijs: f 79,-.
Promotor
prof.dr. J.J. van Baak
Faculteit
letteren
Plaats
Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Agenda
Tentoonstelling
De wereld van inheemse volken
Inheemse volken, zoals de Indianen uit het Amazonegebied, de
Aborigines uit Australië, de Inuit uit Canada of de Papua's van West
Nieuw Guinea, merken steeds meer dat de kleiner wordende wereld
invloed op hun leven heeft. Op de tentoonstelling 'De wereld van
inheemse volken' wordt aan de hand van onderwerpen als mijnbouw,
energie, toerisme, identiteit en beeldvorming deze invloed in beeld
gebracht.
De tentoonstelling is ontwikkeld door het Nederlands Centrum voor
Inheemse Volken te Amsterdam, naar een concept van de kunstenaar Bart
Corduwener. Daarnaast wordt met foto's van de Stichting 'Artic Peoples
Alert' te Den Haag speciale aandacht besteed aan de Nenets, een
rendiervolk uit Noord-Rusland.
Data
8 februari t/m 25 maart 2001
Titel
De wereld van inheemse volken
Plaats
Volkenkundig Museum Gerardus van der Leeuw, Nieuwe Kijk in 't
Jatstraat 104, Groningen
Openingstijden
di t/m vr 10.00 - 16.00 uur; za en zo 13.00 - 17.00 uur
Informatie
tel. (050)363 57 91
Lezingenserie
Quantummechanica: elektromagnetisme
Elektrische en magnetische verschijnselen waren al bekend bij de
Grieken, maar ook op dit gebied kwam serieus onderzoek pas omstreeks
1600 op gang; het duurde tot het eind van de 19de eeuw voor men deze
uiterst gecompliceerde verschijnselen onder de knie had. Het resultaat
wordt samengevat in de beroemde vergelijkingen van Maxwell. De grote
ontdekking was dat elektromagnetische trillingen zich als golven door
de lege ruimte kunnen voortplanten en dat licht zo'n
elektromagnetische trilling is. De theoretische (om nog maar niet te
spreken van de praktische) betekenis van het elektromagnetisme is
enorm. Rond de eeuwwisseling was het fysische wereldbeeld dat van
elektrisch geladen atomaire materie-deeltjes, in onderlinge
wisselwerking via elektromagnetische velden, in een verder lege
ruimte, en dit alles volgens de wetten van Newton en Maxwell. De
fysica leek af te zijn!
Prof.dr. Jan Hilgevoord studeerde theoretische natuurkunde aan de
Universiteit van Amsterdam. Hij promoveerde op een proefschrift over
causaliteit in de relativistische quantumveldentheorie.
Datum en tijd
donderdag 8 februari 2001, 20.00 - 21.30 uur
Spreker
Prof.dr. Jan Hilgevoord
Titel
Serie
Elektromagnetisme
Quantummechanica - Van Aristoteles tot de schildpad
Plaats
Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Informatie
Studium Generale Groningen, tel. (050)363 54 63, www.rug.nl/studium
Lezing
De vrije wil
De serie van acht 'Paradisolezingen' staat dit jaar in het teken van
de vrije wil. Op zondag 11 februari houdt professor Den Boer van de
RUG binnen dit kader een lezing over biologische psychiatrie.
Hoe vrij is de mens bij het bepalen van wat hij wel of niet wil doen? Bestaat vrije wil, of wordt ieders bestaan in grote mate bepaald door de sociale omgeving en door wetmatigheden van de natuur, de evolutie en de genen die onze erfelijke bepaaldheden overdragen? Na de lezing volgt een debat over de inhoud en de implicaties van de voordracht.
Datum en tijd
zondag 11 februari 2001, 11.00 uur
Spreker
prof.dr. J.A. den Boer, hoogleraar Biologische psychiatrie, RUG
Titel
Serie
Biologische psychiatrie
Paradiosolezingen 2001
Plaats
Paradiso, Weteringschans 6, Amsterdam
Organisatie
Informatie
NWO i.s.m. de K.L. Poll Stichting voor Onderwijs Kunst & Wetenschap en
de VPRO
K.L. Poll Stichting, tel. (020)623 54 51
Symposium
Politieke en economische ontwikkelingen in Japan
Persbericht volgt.
Datum en tijd
maandag 12 februari 2001, 15.30 uur
Spreker
prof.dr. Karel van Wolferen, Universiteit van Amsterdam
Titel
The conceptual challenge of 21st century Japan
Plaats
Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Organisatie
Informatie
Center for Japanese Studies, RUG
Marloes van der Weij, tel. (050)363 79 87
Lezingenserie
100 jaar wetenschapsfilosofie: De Wiener Kreis
In de serie '100 Jaar Wetenschapsfilosofie' spreekt een viertal
Groninger filosofen over vragen als Wat kunnen wij weten? Wat is
wetenschap? Hou verhouden zich wetenschap en waarheid? Wat is
wetenschappelijke vooruitgang? Deze week spreekt Jeanne Peijnenburg
over 'De Wiener Kreis'.
In het begin van de twintigste eeuw is Wenen het toneel van een
omvangrijke culturele kentering. Kokoschka veegt de vloer aan met
tradities in de schilderkunst, Adolf Loos zet met het Bauhaus de
architectuur op haar kop, de componist Schönberg introduceert zijn
twaalftoonstelsel, de schrijver Musil zijn Der Mann ohne
Eigenschaften, en de journalist Karl Kraus ontziet niets en niemand in
zijn venijnige eenmansblad Die Fackel. "Musik soll nicht schmücken,
sie soll wahr sein", schrijft Schönberg, en daarmee is de
geesteshouding van al deze revolutionaire kunstenaars getoonzet.
Allemaal verzetten ze zich op hun eigen terrein tegen het extreme
estheticisme van de Weense samenleving, tegen de weelderige ornamenten
en gekunstelde façades die de werkelijkheid van corruptie en
geestelijke armoede aan het oog moeten onttrekken.
In de filosofie is deze rebelse houding uitgedrukt door de Wiener
Kreis, een groep wetenschappers en filosofen die ageren tegen de huns
inziens irrationalistische bewegingen in de speculatieve filosofie.
Volgens de Kreis-leden zijn veel klassiek metafysische problemen
slechts het gevolg van verward taalgebruik. In 1929 treedt de groep
officieel naar buiten met het manifest Wissenschaftliche
Weltauffassung: der Wiener Kreis. Een nieuwe filosofische stroming is
geboren: het Logisch Positivisme. Een nieuw filosofisch vak ziet het
licht: de wetenschapsfilosofie.
Jeanne Peijnenburg is universitair hoofddocent aan de Faculteit der
Wijsbegeerte in Groningen. Zij studeerde Nederlands en filosofie in
Groningen, Nijmegen en Amsterdam. Haar proefschrift, Acting Against
One's Best Judgement, is een wetenschapsfilosofisch onderzoek naar de
aard van irrationele handelingen. Ze is redacteur van het 'Algemeen
Nederlands Tijdschrift voor Wijsbegeerte' en voorzitter van de
'Groninger Stichting voor Wijsbegeerte'.
Datum en tijd
maandag 12 februari 2001, 16.30 - 17.30 uur
Spreker
Jeanne Peijnenburg
Titel
Serie
De Wiener Kreis. Geen opsmuk, maar waarheid
100 jaar wetenschapsfilosofie - in hoofdlijnen en kopstukken
Plaats
Ubbo Emmiuszaal, Oude Boteringestraat 44, Groningen
Informatie
Studium Generale Groningen, tel. (050)363 54 63, www.rug.nl/studium
Oratie
Begin pagina
Vrijheid bij het kiezen van een statistische methode
Een samenvatting van de rede is onder embargo verkrijgbaar bij het
secretariaat van de afdeling Interne en Externe Betrekkingen, tel.
(050)363 54 46.
Datum en tijd
dinsdag 13 februari 2001, 16.30 uur
Spreker
prof.dr. H.A.L. Kiers, leeropdracht psychometrie, in het bijzonder de
analyse van meerweggegevens
Titel
Leven in onzekerheid en eenvoud
Plaats
Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Begin pagina