Titel: VOORTGANG BTW-COMPENSATIEFONDS
Persberichtnr.
01/032
Den Haag
01 februari 2001
Voortgang btw-compensatiefonds
Minister Zalm heeft vandaag een brief over het BTW-compensatiefonds naar de Tweede Kamer gestuurd. Hierin bericht hij de Kamer over onderwerpen die zijn besproken tijdens het bestuurlijk overleg van 31 januari j.l. Bijgaand volgt de integrale tekst van de brief:
Op 31 januari 2001 heeft bestuurlijk overleg plaats gevonden, waarbij
de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de
bewindslieden van Financiën met vertegenwoordigers van de Vereniging
van Nederlandse Gemeenten en het Interprovinciaal Overleg hebben
gesproken over het wetsvoorstel voor de Wet op het
BTW-compensatiefonds.
Uiteraard zullen de onderwerpen die tijdens dit bestuurlijk overleg
zijn besproken, worden betrokken bij de nota naar aanleiding van het
verslag bij het wetsvoorstel. Nu wil ik u reeds het volgende melden.
Wat betreft de budgettaire aspecten is door mij benadrukt dat een
evenwichtige benadering voorop staat. Dat wil zeggen dat de rekening
voor budgettaire onzekerheden die voor provincies en gemeenten
samenhangen met de invoering van het BTW-compensatiefonds niet
eenzijdig bij het Rijk kan worden gelegd.
Mede gelet op de inspanningen die gemeenten nog moeten verrichten voor
een goede invoering van de euro en de voorbereidingstijd die nodig is
voor een goede invoering van het BTW-compensatiefonds door provincies
en gemeenten, is afgesproken dat de datum van inwerkingtreding van het
wetsvoorstel voor zowel gemeenten als provincies wordt uitgesteld tot
1 januari 2003.
In het overleg met gemeenten en provincies is uitvoerig aan de orde
geweest dat deze vertraging er mede toe leidt dat wij nu een jaar
langer niet in staat zullen zijn een oplossing te bieden voor sommige
BTW-problemen waar met name gemeenten mee kampen. Hier valt
bijvoorbeeld te denken aan de BTW-verplichtingen rond het organiseren
van culturele evenementen en festivals.
Overigens is het wenselijk om gewoon door te gaan met het
wetgevingstraject voor het BTW-compensatiefonds, zodat na afronding
van de parlementaire behandeling voor de provincies en gemeenten
voldoende voorbereidingstijd resteert.
Woordvoerder: drs. S.A.E. Schrover