Partij van de Arbeid

Den Haag, 1 februari 2001

BIJDRAGE VAN STAF DEPLA (PVDA) AAN HET ALGEMEEN OVERLEG OVER MILIEUSCHADELIJKE SUBSIDIES

"Elk nadeel heb zijn voordeel"


- Een verstandig overheidsbeleid munt uit door coherentie. Er is dus geen plaats voor subsidies die als ongewenst neveneffect hebben dat de milieuschade toeneemt. Alleen als andere maatschappelijke belangen zwaarder moeten wegen, zijn dit soort subsidies acceptabel.


- Aanleiding: de nota Milieu en economie en de motie Feenstra bij de begrotingsbehandeling van VROM 2000. Voor de bestemming van de besparingen van de afbraak van milieuschadelijke subsidies was in deze motie ook voorzien. Het moet beschikbaar komen voor het zogenaamde dematerialisatiebeleid.


- Het nadeel is dat afschaffing van milieuschadelijke subsidies geen geld oplevert voor het dematerialisatiebeleid. Het voordeel is dat, als we de indirecte subsidiëring via belastingen en prijzen buiten beschouwing laten, we kunnen concluderen dat de milieuschadelijkheid van vele miljarden nationale subsidies beperkt lijkt te zijn.
Net als Cruyff laten we het bij de nabeschouwing van het onderzoek naar milieuschadelijke subsidies niet bij deze constatering. We willen de volgende opmerkingen plaatsen.


- Het onderzoek heeft zich beperkt tot directe subsidies van het rijk. Het risico van milieuschadelijkheid blijkt uit OESO-onderzoek juist te zitten bij indirecte subsidies via belastingen en prijzen (bijv. lage gasprijzen voor grootverbruikers, belastingsubsidie voor grootverbruikers, btw-teruggave voor wegvervoerders, kerosinevrijstelling, etc. Uit onderzoek van het OESO (ESB, 26 januari jl.) blijkt dat hier op wereldschaal nog veel milieuwinst te halen is. De PvdA vindt dat de werkgroep vergroening van het fiscale stelsel II niet alleen moet kijken naar mogelijke verhogingen van belastingtarieven op milieuschadelijke stoffen, maar ook kijken naar de mogelijke afschaffing van vanuit milieuoogpunt schadelijke bestaande fiscale subsidies. Een concreet voorbeeld: stoppen met subsidie op de binnenluchtvaart door tickets onder te brengen in het lage btw-tarief. Ik wil de staatssecretaris vragen of dit in de opdracht van de werkgroep is meegenomen. Gezien de inspanning van de staatssecretaris om de uitzonderingsituatie voor de luchtvaart, te beginnen in Nederland, te beëindigen ga ik er vanuit dat dit in de opdracht zit dan wel wordt meegenomen. Hoe krijgt dit een plek in rapportage in de zomer van 2001? En welke plek krijgt de motie Hofstra/Crone over vergroening van de autobelasting? We verwachten veel van dit traject.


- In hetzelfde ESB-artikel wordt op basis van datzelfde OESO-onderzoek gesuggereerd dat onderzoek in Nederland naar milieuschadelijke subsidies verbreed zou moeten worden naar indirecte subsidiëring via prijzen. Is de minister dit met ons eens? En wil hij dit aan doen?


- De minister concludeert dat verder onderzoek naar milieuschadelijke directe subsidies niet zinvol is. Ik ben hiervan nog niet overtuigd. Bij de gehanteerde definitie zijn een paar vraagtekens te zetten. Milieueffecten door volumegroei t.g.v. subsidies worden buiten beschouwing gelaten. In het rapport van het Centrum Energiebesparing (CE) lees ik dat de onderzoekers een andere onderzoeksmethode hadden voorgesteld. Wat was die en waarom is daarvan afgeweken? En in rapport van CE staat (pagina 39) dat er bij een aantal subsidies door de opdrachtgever besloten is van de criteria af te wijken en de subsidieregeling niet nader te onderzoeken. Bij hoeveel regelingen is dat gebeurd? En weet u welke dat waren en waarom?


- Er is een aantal milieuschadelijke subsidies gevonden. Er is geen helder traject afgesproken om deze subsidies aan te passen. We willen een heldere procedure voor de aanpassing van deze subsidies. We willen periodiek geïnformeerd worden over de voortgang van de aanpassing door andere departementen. En over de vraag hoe de aanbevelingen van het CE zijn verwerkt.


- De zoektocht naar milieuschadelijke subsidies is voor de PvdA dan ook nog niet af. Wij steunen dan ook de wens van minister Pronk om ook de Europese subsidies van de Commissie en subsidies die voortvloeien uit EU-richtlijnen te onderzoeken. Uit de brief van 6 oktober jl. begrijp ik dat de Europese Commissie stelt dat EU-subsidies allemaal onderzocht zijn op milieuschadelijkheid. Deelt de minister die conclusie? En gaat u iets ondernemen om onderzoek naar de milieueffecten van EU-richtlijnen als b.v. vrijstellingen op scheeps- en luchtvaarbrandstoffen en landbouwsubsidies op de Europese agenda te krijgen? In het verlengde daarvan is het ook de moeite waard om te onderzoeken of de nationale invulling van het Europese landbouwbeleid voldoende vergroend is. Nederland heeft pas een paar kleine stapjes gezet op dit terrein gezet. Is de minister voornemens om zo'n onderzoek te starten naar uitbreiding van de mogelijkheden van Cross Compliance en de zogenaamde modulatie?


- De minister heeft gisteren de Vijfde nota ruimtelijke ordening gepresenteerd. Zuinig ruimtegebruik is daarbij een belangrijke opdracht. De PvdA wil in dat kader het begrip milieuschadelijkheid ook uitbreiden met "subsidies die ruimtegebruik stimuleren". Deelt de minister die opvatting en gaat hij initiatieven op dat punt ondernemen? Een mooie eerste stap zou zijn om de aangepaste Stimuleringsregeling ruimte voor economische activiteit, die omgevormd is tot TIPP, door te lichten. Wat ons betreft zou deze subsidie alleen ingezet moeten worden voor herstructurering van bestaande industrieterreinen. En tenminste zou de regeling niet van toepassing mogen zijn in restrictieve gebieden. Uit de notie van ruimte blijkt dat het restrictieve beleid het minst geslaagd is voor bedrijfsterreinen.


- Gemeenten en provincies: het Rijk kan geld beschikbaar stellen voor onderzoek naar subsidies voor andere overheden om hen te verleiden provinciale en lokale subsidies door te lichten op milieuschadelijkheid.


- Enkele opmerkingen bij een aantal onderzochte milieuschadelijke subsidieregelingen. Het milieueffect van de Subsidieregeling regionale infrastructuur is volgens uw brief groot. Een integrale kosten-batenanalyse zou de oplossing zijn, waaraan V&W ook werkt. De PvdA zou aan deze subsidieregeling inpassingcriteria willen verbinden. Deelt u onze mening?


- De minister heeft bestaande subsidieregelingen onderzocht. Hoe gaat het kabinet om met nieuwe subsidies? Worden deze ook getoetst op de mogelijke milieuschadelijke effecten?


- Voor het dematerialisatiebeleid komt dus geen geld vrij. Urgentie van dit beleid blijft onverkort groot. Hoe gaat de minister dit nu vormgeven en middelen hiervoor vrij spelen?