Consumptie in november groeit met 4,7%
Het volume van de binnenlandse individuele consumptie in november 2000 is 4,7% groter dan in dezelfde maand een jaar eerder. Dit is een relatief hoog groeicijfer, mede door een gunstig koopdagenpatroon. Bij de duurzame goederen ligt het volume in november 8,3% hoger dan een jaar eerder. Binnen deze categorie zijn vooral elektronica en vervoermiddelen in trek. Dit blijkt uit cijfers van het CBS.
Consumptiegroei gestabiliseerd op iets lager niveau Over de eerste elf maanden van 2000 gemeten, bedraagt de toename van het consumptievolume 3,6%. Onder invloed van de schrikkeldag was de stijging in het eerste kwartaal het hoogst. Daarna was de groei iets minder sterk. Over de maanden oktober en november samen bedraagt de consumptiegroei 3,3%. Dit is in lijn met de groei van de binnenlandse consumptie in het tweede en derde kwartaal. De groei van de bestedingen aan duurzame goederen is afgevlakt. In de eerste elf maanden van dit jaar blijft de stijging daarvan beperkt tot 3,5%. Over geheel 1999 was deze toename nog 7,4%.
Auto-aankopen bepalen beeld bij duurzame goederen
De uitgaven aan duurzame goederen in november zijn 8,3% hoger dan in dezelfde maand een jaar eerder. Hierbij is het aantrekken van de bestedingen aan vervoermiddelen het meest opvallend. De auto-aankopen bleven in de loop van 2000 juist sterk achter bij het hoge niveau van 1999. Mogelijk heeft een aantal consumenten bij de aankoop van duurzame goederen tegen het einde van het jaar geanticipeerd op de BTW-verhoging die op 1 januari 2001 van kracht werd.
Consumptiegroei bij diensten blijft hoog
Vergeleken met een jaar eerder is het volume van de bestedingen aan diensten in november 4,3% groter. In de eerste elf maanden van 2000 zijn vooral de uitgaven aan financiële en zakelijke diensten en aan vervoer en communicatie sterk toegenomen. De uitgaven aan cultuur en recreatie, huisvesting, medische zorg en bij de horeca kennen in deze periode een gematigder groei van twee á drie procent.
Technische toelichting
De macro-economische consumptiecijfers sluiten aan op de uitkomsten van de Nationale rekeningen 1999 en de reguliere Kwartaalrekeningen. De uitkomsten voldoen daarmee aan de internationale richtlijnen voor het samenstellen van Nationale rekeningen (ESR'95). Het persbericht beschrijft de ontwikkeling van de binnenlandse werkelijke individuele consumptie. Dit begrip omvat alle bestedingen die rechtstreeks ten goede komen aan individuele consumenten, ongeacht of deze daarvoor zelf betalen of dat de overheid of een derde (b.v. een verzekeraar) dit doet. Het gaat om de uitgaven op Nederlands grondgebied: dus ook de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland. De uitgaven van Nederlandse ingezetenen in het buitenland zijn niet in dit cijfer opgenomen. De binnenlandse consumptieve bestedingen zijn verdeeld in vier hoofdcategorieën.
Het in de tabel opgenomen begrip 'nationale consumptie' bevat in tegenstelling tot de term 'binnenlandse consumptie' wel de bestedingen van Nederlandse ingezetenen in het buitenland, maar niet de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland.
De groeicijfers zijn steeds gebaseerd op een vergelijking met de overeenkomstige periode van voorgaand jaar. De ontwikkelingen (volumemutaties) zijn voor prijsveranderingen gecorrigeerd. Weersomstandigheden en de samenstelling van de koopdagen kunnen van invloed zijn op de uitkomsten van de maandcijfers. Zo wordt op een vrijdag of zaterdag meer uitgegeven dan op een maandag of dinsdag. Voor deze effecten is niet gecorrigeerd.