LTO Nederland

LTO waarschuwt Tweede Kamer voor onuitvoerbaar mestbeleid

Donderdag 1 februari 2001 - 'De Nederlandse boeren lopen niet weg voor een aanpak van het mestoverschot, nadat daar de afgelopen jaren flinke vorderingen mee zijn gemaakt. De milieunormen, uitgedrukt in stikstofverliezen, worden dit jaar en in 2002 opnieuw aangescherpt. Als de ministers Brinkhorst (LNV) en Pronk (VROM) er in 2003 nog een flinke schep bovenop doen, zal het mestbeleid muurvast lopen'. Deze waarschuwing liet LTO-bestuurder Antoon Vermeer vanmiddag horen in Den Haag tijdens een hoorzitting van de Vaste Commissie voor LNV van de Tweede Kamer.
Als het mestbeleid vastloopt is dit weliswaar ook een probleem van de politiek, maar zullen vooral de samenleving én de boeren zelf daarvan de dupe zijn, stelde Vermeer, die voorzitter is van de LTO-werkgroep Mestbeleid. De oplossing zal volgens hem dan veel langer uitblijven, terwijl veel ondernemers juist nu in de gewenste richting voortgang maken. 'Niemand zit verlegen om een herhaling van een onding als de Herstructureringswet Varkenshouderij, waarvan ook kamerleden later moesten toegeven dat ze die beter niet hadden kunnen aannemen', aldus Vermeer.
Van doorslaggevend belang noemt LTO de in aantocht zijnde mestafzetcontracten, die de productie van mest gaan koppelen aan de afzet ervan. De landbouworganisatie is ervan overtuigd dat een dergelijk systeem alleen maar kan slagen als er een evenwicht op de mestmarkt is. Het uitzicht daarop is alleen reëel als er op meerdere fronten voortgang wordt geboekt.
Vermeer noemde in dit verband de acceptatie van dierlijke mest door akkerbouwers, minder strenge verliesnormen in 2003, maximale inzet bij mestverwerking, de opkoop van mestproductierechten en vaststelling van werkelijke gehaltes van mineralen in de mest. Hij pleitte verder voor een proef in de niet-concentratiegebieden met een gecombineerd Minas-systeem tussen akkerbouwers en varkenshouders, die vaste afspraken maken over de mestafzet.

Onderbouwing
LTO is niet gerust op de eerder met de ministers afgesproken evaluatie van het mestbeleid in 2002. Er zijn te weinig cijfers beschikbaar over zowel de uitstoot van fosfaat en stikstof uit de landbouw als gehaltes van die mineralen in het grond- en oppervlaktewater. LTO dringt er al jaren op aan, dat het mestbeleid onderbouwd moet worden. Vorig jaar oktober moest VROM toegeven dat er met een netwerk van metingen te weinig was gedaan. LTO wil meetcijfers uit de praktijk en over meerdere jaren als basis voor de voortzetting van het mestbeleid. Als het mestbeleid niet goed kan worden onderbouwd, kan een aanscherping van de normen niet aan de orde zijn, vindt LTO. Een onafhankelijke commissie moet volgens LTO de regie bij deze monitoring overnemen anders komt dit niet goed.
Vermeer ging ook in op het verzoek van de Nederlandse regering aan Brussel om in het kader van de EU-nitraatrichtlijn voor ons land minder strakke regels toe te passen waar het gaat om de aanvoer van dierlijke mest (derogatie). Onlangs kwam hiervoor steun uit onverwachte hoek: het Europees Parlement heeft aangegeven dat niet het middel (maximaal 170 kg stikstof/ha), maar het milieudoel centraal hoort te staan. Vermeer: 'LTO staat vierkant achter die benadering. Het gaat er om het milieudoel te halen en dat gaan we ook doen'. LTO is ervan overtuigd dat agrarisch Nederland het mestprobleem onder de knie krijgt. Het systeem om mineralenstromen op het bedrijf te registeren (MINAS) en daarmee verliezen te berekenen is hierbij onmisbaar. 'Volgens minister Brinkhorst moeten we blij zijn dat de overheid MINAS heeft ingevoerd. De werkelijkheid is dat wij het systeem zelf hebben bedacht en er jaren bij de overheid op moesten aandringen om MINAS over te nemen. Dit geldt ook voor de mestafzetcontracten. De minister schetst onterecht een beeld dat de boeren onvoldoende in beweging komen en alleen hij druk bezig is om het probleem de wereld uit te helpen'.
Volgens Vermeer zal de afzet van kunstmest in de landouw spectaculair gaan dalen: hij becijferde dat het verbruik tussen nu en 2003 met 30 tot 50 % zal dalen. Hij benadrukte ook, dat landbouw in Nederland een grote input aan meststoffen kan hebben door het vochtige klimaat en de vruchtbare bodem. Zo heeft ons land zestig groeidagen meer dan bijvoorbeeld Denemarken. Uit cijfers van het RIVM blijkt dat op grasland aanzienlijk meer dierlijke mest gebruikt kan worden, zonder dat de milieugrens wordt overschreden. Vermeer: 'De minister doet er goed aan om wat het nitraatgehalte betreft de 50 milligram nitraat in het grondwater niet te zien als een dogma, maar daar een marge van 25 tot 75 in te brengen'.

Nadere informatie: Catharinus Wierda (tel. 06-53132797) en Jack Luiten (tel. 070-3382721)

Wilt u hierop reageren? Stuur dan uw e-mail naar: info@lto.nl

(Auteur: LTO-Nederland)