Partij van de Arbeid

Den Haag, 1 februari 2001

VRAGEN VAN DE LEDEN HINDRIKS (PVDA) EN RAVESTEIN (D66) AAN DE MINISTERS VAN JUSTITIE EN VAN VERKEER EN WATERSTAAT

1. Is het u bekend dat in de nacht van woensdag 31 januari op donderdag 1 februari jl. teleurgestelde supporters door NS vervoerd werden van Heerenveen naar Rotterdam?

2. Vindt u het terecht dat in de laatste trein van Utrecht naar Rotterdam de conducteurs zich gezamenlijk in het voorste treinstel bevonden en geen controle uitvoerden?

3. Bent u van oordeel dat deze wijze van begeleiding het gevoel van veiligheid van treinreizigers bevordert?

4. Vindt u het niet met ons merkwaardig dat vanaf Utrecht de verlichting in de trein uit was?

5. Past het rijden met onverlichte treinstellen in uw opvattingen over veiligheid in het openbaar vervoer?

6. Acht u het juist dat NS-personeel pas reageert nadat reizigers op station Woerden op niet mis te verstane Rotterdamse wijze met hen hebben gecommuniceerd?

7. Bent u bereid na te denken over mogelijkheden om de dienstverlening van het openbaar vervoer aan supporters te verbeteren en daarmee de veiligheid te bevorderen?