12 miljoen extra voor re-integratie (ex-)gevangenen

Het kabinet gaat extra investeren om (ex-)gedetineerden te helpen bij een goede terugkeer buiten de gevangenismuren na hun straf. Vanaf dit jaar wordt hiervoor een extra bedrag oplopend tot (in totaal) 12 miljoen euro uitgetrokken. Dat heeft minister Franc Weerwind voor Rechtsbescherming aan de Tweede Kamer laten weten.

Voor om- en bijscholing van gevangenen wordt 5 miljoen euro uitgetrokken. Hiermee wordt de samenwerking tussen de Dienst Justitiële Inrichtingen en arbeidsbedrijven extra vergroot en het aanbod van onderwijs aan gevangenen verbeterd. Daarnaast wordt 5 miljoen euro besteed aan de samenwerking tussen verschillende partijen. Dit geld kan bijvoorbeeld worden ingezet om de kennisuitwisseling tussen medewerkers van de gevangenissen, de reclassering, gemeenten en zorg & veiligheidshuizen te verbeteren. Ook wordt er 2 miljoen euro extra uitgetrokken voor gemeenten in hun begeleiding van gevangenen naar werk of een woning. Gemeenten kunnen hiermee ook hulp geven op de andere basisvoorwaarden, zoals het regelen van een identiteitsbewijs, een zorg(verzekering), schuldhulp en te werken aan een goed sociaal netwerk.

‘Na een misstap verdient iedereen een tweede kans. De extra investeringen gaat gedetineerden helpen op een goede manier terug te laten keren buiten de muren van een gevangenis. Zo voorkomen we dat ze minder vaak terugvallen in de criminaliteit en bieden we ze perspectief om hun leven weer op een goede en eerlijke manier in te richten’,

stelt minister Weerwind.  

ID-bewijs

Per 1 september kunnen gedetineerden vanuit de gevangenis een Nederlandse identiteitskaart aanvragen, ook al staan ze ingeschreven in een andere gemeente. Gemeenten waarin een gevangenis is gevestigd krijgen hiertoe de bevoegdheid. Voor een succesvolle re-integratie is het belangrijk dat gedetineerden al tijdens het uitzitten van hun gevangenisstraf beschikken over een identiteitsbewijs.. Zonder ID is het bijvoorbeeld niet mogelijk om werk of onderdak te vinden. Deze nieuwe werkwijze voorkomt dat gedetineerden zonder geldig ID-bewijs de gevangenis verlaten. Dit is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.