Kabinet: meer voorspelbaarheid corona-aanpak, geen generieke coronasteun meer

De corona-aanpak wordt voorspelbaarder door de inzet van vier scenario’s die de samenleving zoveel mogelijk open moeten houden. Dat vergt een gedeelde inspanning van burgers, overheid en bedrijfsleven. Het kabinet verwacht dat werkenden en ondernemers zich aan de meeste coronamaatregelen kunnen aanpassen. Bij mogelijke nieuwe maatregelen tegen corona wil het kabinet daarom niet opnieuw generieke overheidssteun geven. Alleen bij het zwaarste scenario en als bedrijven volledig en langdurig moeten sluiten, krijgen getroffen ondernemers gericht steun. Dat schrijven de ministers van Economische Zaken en Klimaat, Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Financiën en de staatssecretaris Fiscaliteit en Belastingdienst aan de Tweede Kamer.

Met het generieke steun- en herstelpakket heeft het kabinet werkenden en ondernemers de afgelopen twee jaar geholpen om door de coronacrisis heen te komen. Om de verspreiding van corona tegen te gaan moesten bedrijven hun deuren sluiten en lagen delen van de economie zo goed als stil. Met het steunpakket bood de overheid zekerheid aan bedrijven, zelfstandigen en werknemers. Bedrijven ontvingen financiële steun in de betaling van loonkosten en vaste lasten. Daarmee zijn werkgelegenheid, economische activiteiten, inkomens behouden en faillissementen voorkomen.

Lange perioden van overheidssteun zitten economische dynamiek echter in de weg, waardoor de economie minder toegerust is op de toekomst. Ook komt de steun niet altijd op de juiste plek terecht. Daarnaast vergoeden de steunmaatregelen in verschillende gevallen ook de omzetverliezen die niet worden veroorzaakt door contactbeperkende maatregelen. Ten slotte zijn de uitgaven voor het steunpakket (42,4 miljard euro) op langere termijn financieel niet houdbaar. Coronasteun kostte elk huishouden tot nog toe 5.000 euro. Daarom wil het kabinet terugkeren naar een normale balans voor de verdeling van risico’s tussen ondernemers en de samenleving.

Schuldenaanpak

Hoewel de economie aantrekt, staan niet voor elke ondernemer alle seinen weer op groen. Ondanks de steunpakketten zijn er ondernemers en werkenden die zwaar zijn getroffen door de crisis en schulden hebben opgebouwd. Uit onderzoek blijkt dat het lastig is om een goed inzicht te krijgen in de omvang en reden van de schulden van ondernemers. De instroom in de schuldhulpverlening en het aantal faillissementen is nu nog geen reden tot zorg, maar er wordt dit jaar wel een toename verwacht van het aantal faillissementen en bedrijfsbeëindigingen.

De openstaande belastingschuld bedroeg eind februari 2022 ruim 20 miljard euro bij 278.000 bedrijven. Het kabinet ondersteunt deze ondernemers met een gunstige betalingsregeling. Zo kan de opgebouwde belastingschuld in vijf jaar worden terugbetaald. Ook voor terugbetalingen in de NOW, TVL en Tozo gelden ruime betaaltermijnen.

De Kamer van Koophandel (KVK) werkt samen met MKB-NL, VNO/NCW, de ministeries van SZW en EZK aan betere informatievoorziening voor ondernemers met schulden. Voor ondernemers die privé aansprakelijk zijn voor zakelijke schulden zijn er mogelijkheden om schuldhulpverlening te krijgen via de gemeente. Ondernemers worden daarnaast via de Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) geholpen om een akkoord met schuldeisers en aandeelhouders te bereiken waardoor zij een bedrijfsfaillissement kunnen voorkomen. Ondernemers die via de WHOA een doorstart maken, kunnen vervolgens gebruik maken van een zogenoemd TOA-krediet. Verder zet het kabinet in op het kansrijker maken van saneringsakkoorden doordat de Belastingdienst per 1 augustus 2022 tijdelijk genoegen neemt met een lager deel van de schuld.

Het kabinet spant zich in om tot oplossingen te komen voor ondernemingen die in de kern gezond waren, maar door coronaschulden niet vooruitkomen en let daarbij ook op mogelijke toekomstige knelpunten voor deze ondernemers.

Ten eerste gaat het kabinet het effect van de schuldenaanpak monitoren. Dit gebeurt onder andere op basis van de rapportages van de Kamer van Koophandel. Op meer individueel niveau bestaat er de landelijke casuïstiektafel om tot oplossingen voor schrijnende gevallen te komen. Dit zijn ondernemers die bij diverse uitvoeringsorganisaties schulden hebben. Om regie hierover te kunnen voeren, stelt het kabinet een aanjager voor de schuldenaanpak aan. Een internetconsultatie moet verder in beeld brengen hoe ondernemers die door de coronacrisis belastingschulden hebben ondersteund kunnen worden en waar nog knelpunten liggen.