Tweede ronde woningbouwimpuls zorgt voor bijna 45.000 nieuwbouwwoningen

In 28 gemeenten door heel Nederland kunnen binnenkort 44.666 nieuwe woningen worden gebouwd. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties geeft hiervoor een financiële bijdrage van 266 miljoen euro vanuit de woningbouwimpuls. Hiermee draagt het ministerie bij aan projecten die anders moeilijk of traag tot stand komen omdat ze een financieel tekort hebben.

De woningen die worden gebouwd zijn voor het grootste deel bedoeld voor starters en mensen met een middeninkomen. Gemeenten en provincies dragen zelf ruim 340 miljoen euro bij.

Grote interesse

De interesse in een bijdrage uit de woningbouwimpuls is dusdanig groot, dat aanvankelijk niet alle positief beoordeelde aanvragen ook geld konden krijgen. Vanwege het woningtekort is het echter van belang dat woningbouwplannen zo snel mogelijk gerealiseerd worden. Daarom heeft minister Ollongren besloten om de geplande financiële bijdrage van 225 miljoen euro te verhogen naar 266 miljoen euro. Zo krijgen alle positief beoordeelde aanvragen geld en lopen deze projecten geen vertraging op. Samen met de eerste tranche van 51.021 woningen kunnen dankzij de woningbouwimpuls tot nu toe al 95.687 nieuwbouwwoningen worden gebouwd.
 

Minister Ollongren: ‘Het is fantastisch om te zien hoe alle partijen zich inzetten om zo veel mogelijk woningen op te leveren. Meer betaalbare woningen zijn hard nodig om starters en mensen met lagere inkomens meer kansen op de woningmarkt te geven. De woningbouwimpuls is een mooi instrument om op locaties waar de woningnood het grootst is, de bouw te versnellen.’

Woningbouwimpuls

Gemeenten kunnen een beroep doen op de woningbouwimpuls voor het versnellen van de bouw, het vergroten van het aantal nieuwbouwwoningen in een project of het vergroten van het aandeel betaalbare woningen voor mensen met een laag of middeninkomen. Het geld kan ingezet worden voor het betaalbaar maken van woningen of voor het geschikt maken van de locatie voor woningbouw. Zo worden er zeven stationsomgevingen en drie stadscentra aangepakt en worden vier verouderde kantoorgebieden en elf bedrijventerreinen getransformeerd in woningen.  

Betaalbaar en bereikbaar

Van de 44.666 woningen die in deze tranche gebouwd worden, valt 67% in de categorie ‘betaalbaar’. Dit zijn woningen bedoeld voor de sociale huursector, middenhuur en betaalbare koopwoningen. Verder worden 1.100 tijdelijke woningen gebouwd. Daarnaast hebben veel projecten speciale aandacht voor woningen voor starters, senioren, studenten en aandachtsgroepen. De 30 projecten zijn verdeeld over het land, waarbij negentien projecten zich bevinden in de woondealregio’s met projecten in onder andere Amsterdam, Den Haag, Woerden en Nijmegen.

Woningtekort

Er is een groot tekort aan woningen. Tot 2030 moeten er circa 900.000 woningen bijkomen. Het kabinet blijft daarom investeren om die bouwopgave voor elkaar te krijgen. In 2019 heeft het kabinet 1 miljard euro beschikbaar gesteld voor de woningbouwimpuls. De doelstelling van de impuls is om bij te dragen aan de bouw van minimaal 65.000 woningen en die doelstelling is inmiddels ruimschoots gehaald. De woningbouwimpuls is daarmee een succesvolle regeling om de woningbouw aan te jagen.