De EU moet niet vluchten in grootse visies maar kiezen voor praktische stappen vooruit

Onderstaande opiniebijdrage van minister van Buitenlandse en Europese Zaken Stef Blok verscheen op 8 mei 2020 in Het Financieele Dagblad

Morgen, op 9 mei, is het Europadag. Juist in deze tijd van crisis is het logisch dé kernvraag over Europese samenwerking te stellen: hoe kan de Europese Unie concrete resultaten boeken voor haar inwoners?

De EU is geboren op de puinhopen van oorlog. Gekozen werd voor praktische samenwerking rond basale goederen: kolen en staal. Gedeelde belangen rond essentiële producten zouden lotsverbondenheid creëren en daarmee het risico op conflicten verminderen. In deze tijd vergeten we snel hoe ongelooflijk succesvol dit is uitgewerkt. Landen of regio's werden ook geholpen hun concurrentievermogen te vergroten door hun economie een impuls te geven en zo een speler te worden in de interne markt.

Wijn, olijven, Franse kaas of Nederlandse snijbloemen waren lang onbetaalbaar voor een gewone Nederlander, Italiaan of Spanjaard. De Middellandse Zee of het Rijksmuseum waren voorbehouden aan een elite met geld en tijd voor buitenlandse reizen, inclusief grenscontrole en valutawissel. Delen van Europa hoorden lange tijd tot een vijandig bondgenootschap. Inmiddels zijn hun inwoners onderdeel van een Europese gemeenschap van vrijheid, mensenrechten en welvaart. De EU is niet perfect, maar in de ogen van veel mensen erbuiten wel zoveel beter dat ze letterlijk hun leven wagen om er te komen.

De stappen naar succes waren vaak traag en moeizaam. De kracht van internationale samenwerking is tegelijk de zwakte. Overeenstemming bereiken tussen landen is een helse klus. In de uitvoering ontstaan vaak weer nationale verschillen. In een crisis komen die zwaktes weer pijnlijk boven.

Willen we in Europa effectiever samenwerken, dan loont het om lessen te trekken uit eerdere successen en mislukkingen. Successen rond handel, vrijheid en mensenrechten zijn makkelijk aan te vullen. Denk aan samenwerking tegen grensoverschrijdende criminaliteit, aanpak van milieuvervuiling en consumentenbescherming. Stappen vooruit, gemaakt in trage, technische onderhandelingen, maar die wel het leven van gewone mensen echt beter hebben gemaakt.

Niet alles gaat goed, zo bleek uit het oorverdovend 'nee' tegen de Europese grondwet in Frankrijk en Nederland in 2005. De grootse ambitie om de 'meest competitieve en dynamische kenniseconomie ter wereld' te worden, werd niet gerealiseerd en zou voor veel Europeanen een te harde competitie in bedrijfsleven en onderwijs gevraagd hebben. En op veel terreinen is ruimte voor verbetering; het functioneren van de eurozone, het asielbeleid en het buitenland- en veiligheidsbeleid. Ook bleek dat de impulsen voor het concurrentievermogen sommigen juist afhankelijk gemaakt hebben van EU-steun. In plaats van afbouwen waar mogelijk, staat dit nu juist een toekomstgerichte EU-begroting in de weg.

De reden voor mislukking was vaak overmoed. Veel mensen steunden de 'ever closer union' niet. Verschil in uitvoering en naleving van gemaakte afspraken vreet aan hun vertrouwen. Daarom is het ook zo belangrijk dat elk land de afspraken naleeft over de rechtsstaat, een fundament van de EU. Dé les van dit alles is dat de EU zich niet moet verstoppen achter grootse visies. De EU is succesvol door stap voor stap vooruitgang te boeken rond praktische onderwerpen met grensoverschrijdend resultaat. Op die onderwerpen waar we samen een stevige vuist kunnen maken.

Nu staan we voor een lastige opgave: de crisis effectief aanpakken en voortbouwen op de successen van Europese samenwerking, om resultaten te boeken en politiek vertrouwen te behouden. Het leed van de coronaslachtoffers, zeker in het zwaar getroffen Italië en Spanje, maant ons tot actie. We moeten niet meer medisch afhankelijk zijn van enkele (verre) leveranciers.

Dit onderstreept het belang van een gezamenlijk internationaal EU-optreden. Net als eerdere financieel-economische crises, vraagt de terugslag om ingrijpen op nationaal niveau, zodat we de eigen economie en overheidsfinanciën versterken. Dit natuurlijk in combinatie met internationaal optreden: het openhouden van handelskanalen en het waarborgen van onze vrijheden en veiligheid.

In tijden van crisis hoort daarbij zeker solidariteit, vaak weer op praktisch niveau. Ik zie lidstaten elkaars patiënten overnemen, elkaar toegang tot medische hulpmiddelen geven en samen gestrande reizigers terughalen.

Maar grote visies over gezamenlijke schulduitgifte wacht hetzelfde lot als eerdere grootse Europese visies: onuitvoerbaar door complexiteit, te grote verschillen en onbedoelde gevolgen. Want wat wordt die pan-Europese pensioenleeftijd? Hoe hoog worden die pan-Europese sociale voorzieningen? Dit roept bovendien onvermijdelijk tegenreacties op van al die EU-inwoners die graag samenwerken, maar mét behoud van nationale soevereiniteit.

Natuurlijk wil Nederland solidair zijn. Ook financieel, op basis van uitgewerkte investeringsplannen en duurzaam houdbare overheidsfinanciën. Nederland blijft inzetten op de route die de EU, en onszelf, veel goeds heeft gebracht: van gezamenlijke klimaatafspraken, een ambitieus innovatiebeleid, het wegnemen van handelsbelemmeringen en versterking van de digitale economie, tot een werkend asielbeleid en een EU die opkomt voor de rechtsstaat en mensenrechten, zo nodig met sancties.

Dit alles vereist in deze tijd een EU die zich geopolitiek niet de kaas van het brood laat eten. Solidariteit vraagt om inspanning van elke lidstaat. De Europese Commissie bevordert zo'n ambitieus Europa door haar cruciale rol te pakken. Enerzijds door gemaakte afspraken te bewaken, zonder aanzien des persoons. Anderzijds door niet te vluchten in grootse visies, maar door te kiezen voor praktische stappen vooruit. Resultaten leveren immers meer op dan vergezichten.

Stef Blok is minister van Buitenlandse en Europese Zaken.