Toespraak van minister Bruins bij de huldiging van de Olympische en Paralympische sporters

Op 23 maart sprak minister Bruins de Olympische en Paralympische sporters toe, tijdens hun huldiging in de Grote Kerk in Den Haag.

Beste mensen, 
beste topsporters,
en alle mensen die om je heen staan:
wat geweldig dat jullie er zijn!

Als ik jullie gezichten zie, ben ik in gedachten weer terug in Zuid-Korea, aan het stralende maar ijskoude strand van Gangneung, en in de sneeuw van PyeongChang. Tussen de oranje jassen, de oranje tassen, de oranje klompen, en de oranje fietsen.

Jullie vrienden en familieleden in het oranje. De Zuid-Koreanen die je een hand kwamen geven omdat je een oranje jas aan hebt. Maakte niet uit wie je was. Je kreeg succes toegewenst. En zo nodig werd je thuisgebracht door de politie als je geen taxi meer kon krijgen. Nietwaar, vader en moeder Vos?

Bovenal zie ik weer voor me hoe jullie – ónze topsporters – álles gaven.

Ik viel trouwens meteen met mijn neus in de boter met Jorien ter Mors, Suzanne Schulting, Lara van Ruijven en Yara van Kerkhof. Jullie reden die legendarische B-finale relay; waarmee jullie tegen alle verwachting in brons binnensleepten.

Anouk van der Weijden, die gemeen viel tijdens de massastart, weer opstond, haar pijn verbeet, iedereen voorbijging en je plaatste je voor de finale.

Bibian Mentel, die tijdens een training op een ijzige piste een klap maakte. Iedereen om je heen hield z’n hart vast. Jij stond gewoon weer op en haalde daarna nog maar eens een gouden plak.

Wat een reclame voor ons land. Jullie zijn niet alleen fantastische sporters. Jullie zijn ook onze ambassadeurs.

En niet alleen op de piste of op het ijs, hè. Ook daarbuiten. Ik memoreer maar even de actie van Wim Noorman, voorzitter van de Bob en Slee Bond, om een octopus te bevrijden uit zijn veel te krappe aquarium in een restaurant. Is het gelukt Wim? Of is dat arme dier intussen toch opgegeten?

Jeroen Bijl en Esther Vergeer, chefs de mission, onvergetelijk om te zien met hoeveel toewijding en liefde jullie je teams hebben begeleid. Hoe warm de sfeer was in beide teams. Juichen voor elkaar. Of elkaar troosten als het tegenviel.

Bijvoorbeeld Anna Jochemsen die in de regen stond te klappen en te juichen voor haar teamgenoten op Medal Plaza. Terwijl je zelf nog aan de bak moest. Wat een teamspirit. Die teamspirit is ook te danken aan jullie, Jeroen en Esther. Jullie wisten precies op welk moment iemand even een knuffel nodig had of een klap op de schouder. Niet alleen na het winnen van een medaille. Ook als dat net niet gelukt was.

Beste topsporters, natuurlijk draaien de Spelen hellemaal om jullie. Maar het was ook prachtig om te zien hoe jullie achterban meeleefde. Lieve vaders en moeders: jullie kinderen zijn onze helden. Lieve opa’s en oma’s, zussen, broers, partners, kinderen en andere familieleden. Lieve vrienden, ik heb velen van jullie ontmoet. Op de tribune bijvoorbeeld of in de Paralympische Huiskamer en het Holland Heineken Huis.

Door jullie weten we: winnen doe je niet alleen. Winnen doe je samen. En trouwens: treuren ook. Baalmomenten waren er op de piste, op het ijs, en op de tribune, soms heel even.

Nu is de traditie dat wie uitzonderlijke prestaties verricht, door de Koning kan worden geëerd. Maar dezelfde traditie wil, dat de Koning dat niet zelf doet. Dat besteedt de Koning uit – in dit geval - aan de minister van Sport. En tot mijn grote vreugde mag ik die rol nu op mij nemen.

Het is vandaag voor het eerst dat Olympische en Paralympische sporters samen op het podium staan. Dat staat voor mij symbool voor hoe we met sport om willen gaan, namelijk voor iedereen. En voor de kansen en mogelijkheden die er in Nederland zijn om dezelfde droom na te jagen: presteren op het hoogst mogelijke podium. En dat is precies wat jullie hebben gedaan.

Gouden winnaars in het zonnetje gezet

Beste gouden winnaars van de Olympische en Paralympische Spelen in PyeongChang 2018, ik mag jullie even persoonlijk in het zonnetje zetten. Dat doe ik op alfabetische volgorde en in groepjes van 3.

Alfabetisch, dus daarom begin ik met Carlijn Achtereekte, Jeroen Kampschreur en Sven Kramer. Komen jullie erbij?

Beste Carlijn,
10 februari, de startdag van de Spelen. Als eerste Nederlandse vrouw kwam jij in actie. Op de 3000 meter. Je reed een optimale race, deed wat je had afgesproken, met jezelf en met je coach. En toen begon het grote wachten. Naast je vader, druk bezig hèm gerust te stellen, want hij barstte van de zenuwen.
Logisch, want wat zaten jullie dicht bij elkaar. Je versloeg de kampioen Ireen op zeven honderdste van een seconde. Het leverde je niet alleen goud op, maar ook een knuffel van de Koning.
Terecht. Want jouw carrière verloopt misschien wat grillig. Je kwakkelde veel, zei je zelf, je had nog nooit een grote prijs gewonnen. Maar je ging door. En je laat ons zien wat pieken op het juiste moment is.
En dan ook nog in zo’n mooie clean sweep, samen met Ireen Wüst en Antoinette de Jong, op deze afstand. Net zoals tijdens het Olympisch Kwalificatietoernooi, alleen was jij nu degene die in het midden mocht staan. Het podium was oranje en jij het stralende middelpunt. Wat een fantastisch Olympisch debuut.
Carlijn, ik hoop dat er nog meer pieken volgen en ik wil je graag laten weten dat het Zijne Majesteit de Koning heeft behaagd je te benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. En ik vind het een eer om jou nu de versierselen te mogen opspelden.

Beste Jeroen,
Mocht er ergens in Nederland een kind zijn dat denkt: ik kan niet sporten. Dan hoop ik dat hij vorige week naar jou heeft gekeken. Niet alleen naar jouw prestaties – fantastisch dat je als eerste Nederlandse paralympische alpineskiër goud hebt binnengehaald. Maar ook naar het enorme plezier dat je uitstraalt.
Je zat toevallig bij ons in de auto van een dagje met je familie terug naar het Paralympisch dorp. Het was een feest om te zien hoe je genoot van deze Spelen. En niet alleen jij. Je hele familie was erbij – zelfs je opa van dik in de 80!
Van jongs af aan heb jij je niet neergelegd bij het idee dat je iets NIET zou kunnen doen. Wat een enorm voorbeeld ben je. Niet alleen voor mensen met een beperking. Voor iedereen.
Jeroen, we hielden allemaal onze adem in toen jij op het nippertje derde werd op het super G parcours. En hoe je vervolgens, nota bene met een loszittend klittenband, iedereen het nakijken gaf bij de slalom. Jij weet waar je kracht zit. En je weet wat je wilt. Na drie gouden plakken bij het WK in 2017 had je één droom, één doel: Paralympisch goud! Die droom is uitgekomen. Niet door geluk of toeval, maar door jouw eigen pure wilskracht en doorzettingsvermogen. Mooi dat jij bij de sluiting de vlag mocht dragen.
Jeroen, heeft het Zijne Majesteit de Koning behaagd om ook jou te benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.

Beste Sven,
Voor de derde Olympische Spelen op rij won jij goud op de 5000 meter.  De ploegenachtervolging ging niet als gehoopt, het werd wel een tweede tijd, maar jullie verloren van Noorwegen. Het was die veer… we weten het allemaal. Maar toen het materiaal weer op orde was wonnen jullie brons.
Dat was voor jou misschien teleurstellend, net als je 10.000 meter. En dat kan ik me voorstellen. Want je bent een gedreven man. Bevlogen. Je wilt altijd winnen.
Dat zagen ze destijds al bij de junioren van voetbalvereniging Milden. Gelukkig ben je verder gegaan met schaatsen.
Er zijn mensen die zeggen, dat je aan het proces moet denken, niet aan de uitslag. Maar voegde jij daar aan toe: “Flikker op man. Je moet gewoon winnen.”
Zo leerde Nederland jou kennen als man met een totale focus op de sport. Op de winst. En winnen deed je.
Al 15 jaar lang genieten we van jouw prestaties. Prestaties die sportgeschiedenis schreven. Prestaties die heel veel Nederlanders inspireren. Olympische spelen, WK’s en EK’s: je won duizelingwekkend veel medailles: brons, zilver en goud. Prestaties die heel veel mensen inspireren om nooit op te geven. Om doelen na te jagen. Om te winnen.
Beste Sven, ik was heel trots dat ik je mocht huldigen in het Holland Heineken huis in Gangneung. Je bent een van de grootste sportmensen van Nederland. Dan word je een beetje nationaal bezit. Dat heeft voor- en nadelen.
Je bent al eerder geridderd. Dat was na Vancouver, inmiddels 8 jaar geleden. Maar met lege handen het podium af, dat vinden we ook een beetje kaal. We willen onze waardering voor jouw succes laten zien. Daarom deze Chapeau. Het is wel duidelijk: we nemen ons petje voor je af.
Dit speciaal door VWS uitgezochte beeldje is inmiddels een traditie. Dus ja, ook die heb je al want in Sotsji presteerde je ook fantastisch. Dus met deze erbij kun je ze eigenlijk gewoon gaan sparen. Namens heel Nederland: Ontzettend bedankt!

Dan mag ik nu naar voren roepen: Bibian Mentel, Jorien ter Mors en Kjeld Nuis.

Beste Bibian,
Afgelopen week heb jij met je board geschiedenis geschreven in de sneeuw. Heb je laten zien dat je sterker bent dan 9 keer kanker. Sterker dan 5 longoperaties. Sterker dan 74 bestralingen. Bibian. Je glimlach na jouw eerste overwinning in PyeongChang, was stralender dan goud.
Ik mocht aan jou en aan Lisa Bunschoten de medaille uitreiken. Samen zongen we het Wilhelmus. Kippenvelmoment. Hoewel het lied I will survive ook voor jou lijkt te zijn geschreven.
Wat is het prachtig om te zien hoe jij elke keer weer boven alles uit weet te stijgen. Hoe je opstaat. Doorgaat. Dwars door alles heen. En steeds weer één met je board. Eén met de sneeuw.
En opnieuw schreef je geschiedenis. Met een tweede plak, op de banked slalom. Daarmee eindigt Nederland in de top tien in het medailleklassement.
Bibian, ook jij hebt al een Koninklijke Onderscheiding. Ik wil daarom graag, en met een diepe buiging, dit beeldje aan je overhandigen. Dames en heren, graag een groot applaus!

Beste Jorien,
Ik kwam je tegen buiten het koffietentje tegenover het Olympisch dorp. “Effe uit de drukte”, zei je, want iedereen wilde wat van je. Sorry, dat ik daar ook net langskwam, want ik wilde natuurlijk ook een selfie met de enige echte Jorien ter Mors.
Goud op de 1000 meter, mét een Olympisch record. Jij zei: “Ik zou niet weten wat ik anders had moeten doen. Het was gewoon een perfecte race.” Ja, inderdaad! En daar kwam nog de bronzen medaille bij, na die zinderende relay finale. Jij zei: het is “Gewoon een heel bijzonder team samen”. You are right! Wat een spectaculaire afsluiting van de shorttrack voor jou.
Met jouw prestaties in PyeongChang werd jij de eerste vrouw die op dezelfde Winterspelen medailles verovert in twee verschillende takken van sport. Wat een geweldige prestatie.
Ik denk dat iedereen met je meeleefde, terwijl je op de baan stond, en toen je vertelde hoe de gedachten aan je vader jou er in die laatste meters doorheen sleepten.
Ondanks de tegenslagen – het gemis van je vader, de zorgen om je zus, de blessures aan je rug en je knie – laat jij zien wat voor veerkracht een mens kan hebben.
Jorien, ook jij hebt al een Koninklijke onderscheiding, daarom ook voor jou dit beeldje Chapeau als herinnering aan deze bijzondere Spelen.

Beste Kjeld, een selfie met jou, die mis ik nog. Kunnen we dat straks even doen?
Jouw gouden race op de 1000 meter. Ik was op de terugweg vanuit PyeongChang naar Seoul en zag je dus niet live. Maar we zochten snel een tv op in een restaurant. En zagen je daar winnen, tussen de Koreanen. Wat was het spannend! Die valse start… Achteraf gelukkig maar, want je stond niet goed.
En dan moet je nog een keer. Jij doorstond die mentale test op grootse wijze. Wat een opening! Op de wissel hielden wij onze adem in, en dan die geweldige laatste slagen. Jouw samenvatting: ‘Even aanpoten, en dan gewoon doorpompen.’ Het klinkt zo simpel, maar je hebt er keihard voor gewerkt. Je was voor het eerst op de Spelen en je haalt 2 keer goud. Op de 1500 meter én op de 1000 meter. Liggen ze nog steeds op je kussen?
Het was in ieder geval een legendarische dubbel zoals de NOS het zo mooi noemde. Er zijn maar twee schaatsers die dat ook kunnen zeggen: de Amerikaan Heiden in 1980 en de Canadees Boucher in 1984. Wat moet dat een ongelofelijk gevoel zijn. Onwerkelijk misschien ook.
Kjeld, Ik vind het een eer dat ik je mag vertellen dat het Zijne Majesteit de Koning heeft behaagd je te benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Ook jou speld ik graag de versierselen op.

Dan mag ik nu naar voren vragen: Suzanne Schulting, Esmee Visser en Ireen Wüst.

Beste Suzanne,
Je moest er even inkomen zei je. Je rust vinden. Dat lijkt me voor iemand die ze beschrijven als een stuiterbal, best lastig. Helemaal als je voor het eerst meedoet aan de Olympische Spelen. Dan heb je toch met extra druk te maken en heel veel afleiding. Maar het lukte en met wat mentale steun van Jorien ter Mors, ging je die 3000 meter relay in.
Die dag kwam ik van het vliegveld. In de auto naar Gangneung besloten we: dat hotel komt later wel. Als we opschieten, zijn we nog net op tijd om de race te gaan kijken.
Misschien een domper zo´n B-finale, maar jullie zetten wel een wereldrecord neer. Een bizarre A-finale volgde met twee diskwalificaties, en toen ineens hadden jullie brons! Wat was het geweldig om jullie samen op de boarding te zien springen, te zien juichen en dansen. Wat een ontlading!
En toen kwam nog de 1000 meter. Ik was erbij, ik had tranen in mijn ogen, biecht ik op. Het werd jouw beste race ooit, het werd het allereerste Nederlandse Olympisch shorttrack goud ooit! En dat in shortrackland Zuid-Korea! Je haalde de voorpagina van Korea Harald, zag ik op het vliegveld. Dat belooft wat voor de toekomst.
Suzanne, Ik vind het ontzettend leuk dat ik je mag vertellen dat het Zijne Majesteit de Koning heeft behaagd je te benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.

Beste Esmée,
Ook voor jou waren het je allereerste Olympische Spelen. Je vond jezelf nog best jong om naar de Spelen te gaan, vier jaar later was eigenlijk het doel, zei je toen je je kwalificeerde. En dan ga je er natuurlijk helemaal voor. Op de 5000 meter - jouw afstand - liet jij iedereen zien wie Esmee Visser is. Met jouw eigen sierlijke stijl van schaatsen. Het werd goud. Wat een geweldige verrassing!
Je treedt daarmee in de voetsporen van Yvonne van Gennip. Een schaatsheldin voor Nederland. En de laatste Nederlandse die op dit onderdeel een gouden medaille won. En dat is toch 30 jaar geleden.
Op weg naar medal plaza raakte de bestuurder van de auto de weg nog kwijt. Maar jij liet je niet gek maken. Je zag de humor er wel van in. Die gouden medaille, die wacht wel.
Het waren onvergetelijke Spelen voor jou. Maar ook voor Ivanka Trump. Zij mocht op de tribune naast de Olympisch kampioen zitten en kreeg van jou horen hoe het nou precies zit met schaatsen.
Esmee, Wat hebben we genoten van je prestatie, je onbevangenheid en enthousiasme. Ik vind het ontzettend leuk dat ik je mag vertellen dat het Zijne Majesteit de Koning heeft behaagd je te benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.

Beste Ireen,
Voor en na elke wedstrijd wordt jou gevraagd of je aan je vorige prestaties denkt. ‘Nee’, is het antwoord. Jij hebt wel eens gezegd: “Aan het begin van het seizoen staat de teller op nul. Ik kijk niet wat ik al gehaald heb, ik kijk naar wat ik wil halen.” Zo win jij.
Maar wij zitten steeds op het puntje van de stoel, en vragen ons steeds af: Flikt ze het nog een keer? Ja. Dat deed je.  Ook nu weer. Want jij bent Ireen Wüst. Nederlands Beste Olympiër ooit. Je hebt vijf keer goud gehaald, op vier verschillende Spelen. Dat is voor ons echt een heel indrukwekkende optelsom.
Die 1500 meter in PyeongChang was ‘geen vlekkeloze race’, vond je. Na de valse start zei je tegen jezelf: ‘Kop erbij! Kop erbij!’ En iedereen weet hoe belangrijk dat hoofd van jou bij jouw overwinningen is. Je zette een magistrale tijd neer. Na jouw rit, keken wij allemaal nagelbijtend hoe het met je concurrent ging. En ook bij jou was die spanning zichtbaar. Maar jou konden ze deze keer niet kloppen.
Op de eerste dag van de Spelen stond je voor zilver op de 3000 meter op het podium. Een compleet Oranje podium. Jullie lieten de wereld zien dat Nederland op de schaatsbaan van Gangneung was. En bij de ploegachtervolging, je laatste rit op de Spelen, won je weer zilver.
Je sluit af zoals wij dat graag zien: behangen met medailles: twee zilver en een goud. Je hebt het geweldig gedaan. Wij zijn zo ontzettend trots op jou.
Naast al die sportprijzen heb jij al een Koninklijke onderscheiding. Ook al zo’n beeldje. Maar kun je er ooit genoeg van krijgen? Wij onderstrepen er graag nog een keer jouw succes mee! Chapeau! Namens heel Nederland!