Toespraak staatssecretaris Van Veldhoven bij 65-jarige Herdenking Watersnoodramp 1953

“Hoe koud moet mevrouw Bolijn het hebben gehad, toen ze zich in die bewuste nacht moest vastbinden aan een lantaarnpaal om niet te verdrinken? Ze werd gered, en ze leefde. Hoe koud moet Teun Biemont het hebben gehad, een 3 dagen oude baby die tijdens de ramp in een rieten koffertje werd geëvacueerd? Hij werd gered en hij leefde. 1836 mensen overleefden de ramp niet. En nog vele tienduizenden mensen méér werden voor hun leven getekend.”

Dat zegt staatssecretaris Van Veldhoven op donderdag 1 februari 2018 bij de 65-jarige herdenking van de Watersnoodramp uit 1953.

Dames en heren,

1 februari. 65 jaar later. Het was koud, vanmorgen op de dijk. We stonden er slechts 3 kwartier, goed voorbereid, warm aangekleed. En toch had ik het koud. Hoe koud moet mevrouw Bolijn het hebben gehad, toen ze zich in die bewuste nacht moest vastbinden aan een lantaarnpaal om niet te verdrinken? Ze werd gered. En ze leefde. Hoe koud moet Teun Biemont het hebben gehad, een 3 dagen oude baby die tijdens de ramp in een rieten koffertje werd geëvacueerd? Hij werd gered. En hij leefde.

1836 mensen overleefden de ramp niet. En nog vele tienduizenden mensen méér werden voor hun leven getekend.

De lijst met overledenen is indringend. Niet alleen omdat hij zo lang is. Maar ook omdat het hele families zijn. Families in Zeeland, maar ook in West-Brabant en Zuid-Holland. Bij de B van De Boet uit Oude-Tonge staan 28 namen. Als ik dat op mij laat inwerken, word ik daar heel stil van. De heer Jos de Boet overleefde, maar heeft een litteken dat nooit heelt.

Graag wil ik vanaf deze plek een dankwoord richten aan de heer Peter Hossfeld. Meneer Hossfeld, u was degene die die maandagochtend na de ramp vanuit Schouwen-Duiveland het eerste contact met de buitenwereld legde. Een nacht, een dag en nog een nacht, nadat u zelf slachtoffer werd van die verwoestende noordwester. Met de weinige radio-onderdelen die u kon vinden, wist u een noodzender te bouwen en een noodkreet naar het land te doen uitgaan. Uw zender staat hier dan ook in het museum. De hulp die toen op gang kwam, is aan u te danken. De hulp die voor velen ook niet te laat kwam. Ik en velen met mij zijn u daarvoor zeer erkentelijk.

Dames en heren,

Wij herdenken vandaag de overledenen. Wij herdenken de vele slachtoffers en de hulpverleners. Wij herdenken om niet te vergeten. Om toekomstige slachtoffers te voorkomen. Want het gevaar is niet geweken.

Nederland heeft zich gewapend. We zijn de veiligste delta van de wereld. Met het Hoogwaterbeschermingsprogramma en het nieuwe Deltaprogramma zouden we u heel enthousiast kunnen beloven: nooit meer een overstroming! Maar we moeten ons goed realiseren dat het gevaar niet is geweken. Onze ligging is vergelijkbaar met die van Bangladesh. Ons land kan voor 60% overstromen. En een stijgende zeespiegel en extremer weer maken die uitdaging nóg groter.

Een dag als vandaag helpt Nederland herinneren waar we het voor doen. Waaróm we jaarlijks ruim een miljard euro belastinggeld besteden om ons land te beveiligen tegen overstromingen. Waaróm onze dijken eens in de 12 jaar een Apk-keuring krijgen. Waaróm we een Deltawet hebben, een Deltacommissaris en sinds 2013 ook een Deltafonds.

We hebben het in Nederland goed geregeld. Als kind fietste ik dagelijks over de Waalbandijk naar de lagere school. Op sommige dagen kon ik het water met mijn hand aanraken. Toch voelde ik geen angst, want ik vertrouwde op de krachtige dijk onder mijn voeten. Het is fijn dat de angst weg is, maar het bewustzijn mogen we nooit kwijtraken.

Hier in Zeeland, omringd door het water, zit het vast wel goed. Als hier de Oosterscheldekering sluit, krijgt Rijkswaterstaat steevast telefoon van mensen die ons bedanken. Mooi! Maar elders sijpelt ons waterbewustzijn langzaam weg. Slechts 1 op de 10 Nederlanders kan zich nog voorstellen dat hier een overstroming plaatsvindt.

En het klopt, het is vandaag 65 jaar geleden dat er in Nederland mensen omkwamen door een overstroming. Mensen die het hebben meegemaakt zijn met pensioen. Maar onze strijd tegen het water kan niet met pensioen! Het werken aan water is in Nederland nooit klaar.

Dames en heren,

Het jaar 2018 is alweer twee grote stormen rijk. Op 3 januari was het raak en op 18 januari weer. Op 3 januari ging de storm gepaard met hoog water. Voor het eerst in de geschiedenis hebben we die dag alle vijf de stormvloedkeringen tegelijk gesloten. En ook vandaag, op de dag van deze herdenking is de Hollandse IJsselkering gesloten vanwege het hoge water.

We wonen in een land waar we iedere dag hard moeten werken om het water buiten te houden. Dat kunnen we, daar zijn we goed in – mede door het trauma van 1953. Laat ons nooit de les vergeten die we die dag hebben geleerd.

Dank u wel.