Toespraak minister Ploumen bij de Cannerberglezing 2017

Toespraak door minister Lilianne Ploumen, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, bij de Cannerberglezing 2017.

Dames en heren,

Ik ben vereerd maar ook licht melancholisch om hier vanavond de Cannerberg-lezing voor u te mogen verzorgen. Ik ben vooral vereerd omdat ik deze lezing zo’n mooi initiatief vind; Kiwanis is een organisatie naar mijn hart met doelen waar ik, vanuit m’n eigen rol, zelf ook iedere dag mee bezig ben.

De lichte melancholie heeft te maken met deze plek. Ik ben hier ongeveer vijfhonderd meter vandaan geboren. Mijn vader was melkboer en we hielpen allemaal mee. Ik heb hier bijvoorbeeld nog op de Apostelhoeve de melk gebracht; ik ken hier iedere steen. Dit is thuis.

Aan de andere kant van dit prachtige Château Neercanne ligt België. Dat ken ik net zo goed. In mijn jeugd waren de fysieke grenzen met de slagbomen en de douanekantoren al weg. Maar toch; het was buitenland. Ik kwam er wekelijks, maar ik wist altijd: ik ga nu de grens over.

Het is met die grens eigenlijk net als met de gelijke behandeling van vrouwen op de arbeidsmarkt; formeel gezien is het geregeld, maar ondertussen bestaat er nog wel degelijk een plafond dat je niet ziet. Het glazen plafond. Zo ongeveer is het ook met de grenzen hier. Je kan ze niet meer zien, maar ze zijn er wel degelijk: glazen grenzen, als het ware.

Nederlanders zijn geen Belgen en geen Duitsers en dat moeten we ook niet willen. In die zin is er niets mis met die grenzen, ze benadrukken onze onderscheiden identiteit. Maar ze moeten ons niet in de weg zitten en dat doen ze wel. Nog steeds. We kunnen veel meer met z’n allen!

Juist vandaag presenteert het Actieteam Grensoverschrijdende Economie en Arbeid, dat was ingesteld door mijn collega’s Plasterk en Kamp, een rapport waar dat glashelder uit blijkt. En daarover, over al die kansen die we nog kunnen pakken, wil ik het vanavond met u hebben.

Het Centraal Planbureau berekende eind vorig jaar wat het wegvallen van alle grenzen zou kunnen betekenen voor de Nederlandse grensregio’s. De werkgelegenheid zou per saldo met ongeveer zevenduizend banen stijgen en het bruto regionaal product met 0,8 miljard euro. En de grootste winst is te halen in Limburg.

U heeft waarschijnlijk veel hogere getallen gehoord, maar ik hou me bewust aan de laagste schattingen. Niet omdat het mij aan ambitie ontbreekt. Maar omdat de mensen in deze regio al te vaak voorspellingen hebben gehoord die achteraf bleken tegen te vallen. Ik vind dat we met zijn allen, de politiek voorop, moeten zorgen dat deze prognoses nu ook werkelijkheid worden. Ik zelf wil daar de komende jaren, in welke rol dan ook, mijn uiterste best voor gaan doen. 

Die glazen grenzen, dames en heren, moeten weg!

Voor een groot gedeelte bestaan die grenzen in ons hoofd. Bedrijven in Aken bijvoorbeeld die zitten te springen om personeel en dan vergeten over de grens te kijken. Terwijl hier in Limburg genoeg gekwalificeerd personeel te vinden is. Omgekeerd betalen de Duitsers teveel voor hun woningen of kunnen moeilijk iets vinden. Terwijl Limburg betaalbare woonruimte genoeg in de aanbieding heeft.

Of neem het tweetalig onderwijs: ongeveer 130 scholen bieden dat nu aan. In hoeveel gevallen is die tweede taal Duits, denkt u, de taal van onze grootste handelspartner? Twee! Frans dan, ook handig gezien onze grens met Wallonië? Nee hoor, op bijna alle scholen is de vreemde taal Engels. Ik geef toe: ook ik voel me meer op mijn gemak in het Engels. Maar na de Brexit begin ik toch bijscholing te overwegen. Ik hoop dat meer Limburgers dat doen.

Er zijn hoopgevende initiatieven. Vier Limburgse schoolbesturen zijn begonnen met Euregioscholen. Daarin leren kinderen tussen acht en vijftien jaar oud de buurtaal door intensief contact met hun leeftijdsgenoten van over de grens. Of het project Spreek je buurtaal – Sprich deine Nachbarsprache dat afgelopen oktober van start ging in de Achterhoek en Twente. Ongeveer vijfduizend leerlingen van veertig Duitse en Nederlandse basisscholen leren daarin spelenderwijs de taal van de ander.

In het hoger onderwijs lijken de grenzen al jarenlang minder relevant. Diploma’s worden over en weer erkend. Bij veel studierichtingen aan de Universiteit van Maastricht zijn Nederlandse studenten in de minderheid en ook Nederlandse academici weten de weg naar buitenlandse universiteiten steeds beter te vinden, bijvoorbeeld met de Erasmus-uitwisselingsprogramma’s.

Op medisch gebied werkt Maastricht University intensief samen met Belgische instituten en universiteiten, bijvoorbeeld in het project REGMED XB, dat nieuwe regeneratieve technologie ontwikkelt. Met de Technische Hogeschool in Aken wordt samengewerkt aan de ontwikkeling van duurzame materialen op basis van groene grondstoffen zoals planten of bacteriën.

Prachtige voorbeelden van samenwerking, maar het is lang niet genoeg. Op MBO-niveau is de uitwisseling nog steeds veel te laag. Daar zijn een paar redenen voor. Ten eerste de glazen grens in het hoofd die ik eerder noemde; het komt gewoon niet in ouders en hun kinderen op om ook over de grens te kijken.

Maar er zijn ook praktische bezwaren. De meeste MBO-diploma’s worden in het buitenland niet erkend en kinderen kunnen moeilijk aan stageplekken komen. Dat is deels omdat Belgische en Duitse werkgevers onbekend zijn met onze systemen en deels omdat wij onze systemen onvoldoende hebben toegesneden op omstandigheden over de grenzen. Dat is enorme verspilling van talent waar iedereen slechter van wordt en daar is winst te halen. De Duitse Altenpflege zit te springen om mensen en tegelijkertijd kunnen onze mensen met het Nederlandse diploma ‘Verzorgende IG’ de de beschikbare vacatures niet altijd vervullen.

Ook voor wie de stap wil zetten om bijvoorbeeld in Duitsland te gaan werken, zijn er vaak veel onzekerheden. Wat doet dat met je aanspraak op sociale zekerheid, hoe werkt het met belastingen? Of neem kinderbijslag; wie in Duitsland woont, heeft recht op Kindergeld . Dat is een stuk hoger dan in Nederland. Maar soms duurt het wel zes maanden voor het allemaal geregeld is. Dat schrikt mensen af.

En dan heb ik het nog niet gehad over ondernemers die kansen laten liggen in de hele Euregio Maas-Rijn, met Hasselt, Luik, Aken en het westelijk deel van Keulen; een van de dichtst bevolkte regio’s van West-Europa.

Dames en heren,

Begrijp me goed, er is al ongelofelijk veel bereikt sinds in 1960 de paspoortcontroles verdwenen. Maar er kan zoveel meer. Het Actieteam Grensoverschrijdende Economie en Arbeid  heeft vandaag veertig acties verspreid over zeven onderwerpen benoemd om de glazen grenzen, de grenzen in ons hoofd én de echte belemmeringen, uit de weg te ruimen.

Er komen bewustwordingscampagnes om zowel hier als in de buurlanden de mogelijkheden tussen de oren te krijgen. Plaatselijke initiatieven die succesvol zijn gebleken, worden in de hele grensstreek uitgerold. Ik noem de Jobroboter, de banenrobot, een online zoekmachine die in het hele grensgebied met Duitsland de vacatures in twee talen beschikbaar maakt; zo kunnen we pas echt ernst maken met arbeidsbemiddeling. Langs de grens met Duitsland is die Jobroboter een succes. In het grensgebied met België zou dat nog makkelijker zijn; er is immers geen taalbarrière.

We gaan nog veel meer diploma’s wederzijds erkennen: een Metallbauer is gewoon een metaalbewerker en een Anlagenmechaniker is niets meer of minder dan een monteur voor sanitair-, verwarmings- en klimaattechniek. We moeten die functies dus ook in de praktijk gewoon gelijk trekken. De succesvolle Grensinfopunten in het grensgebied met Duitsland, waar potentiële pendelaars en werkgevers op maat gesneden informatie krijgen over wet- en regelgeving, worden geperfectioneerd. En we gaan zo’n zelfde netwerk dekkend maken in de grensregio met België.

Dames en heren,

Bij verdere economische integratie in de grensregio’s met België en Duitsland heeft de gehele Nederlandse grensstreek heel veel te winnen. En geen streek wint dan zoveel als Limburg.

Deze streek heeft dat nodig, deze streek verdient dat en deze streek kan dat. Ik weet dat zeker en ik kan het ook weten. Want, zoals gezegd, ik ben hier driehonderd meter vandaan geboren. Juist daarom  gun ik de nieuwe generatie dat de grenzen voor hen nog transparanter worden dan ze voor mij al waren. Ik gun ze dat zij nu werkelijk als eersten door die glazen grenzen heen breken. Zonder die grenzen wacht een betere toekomst, daar ben ik van overtuigd. Ik wil er alles aan doen om dat werkelijkheid te doen worden.

Dank u wel.