Schippers wil perspectief voor onvruchtbare mensen

Mensen die op jonge leeftijd zijn behandeld voor kanker krijgen vaak te maken met onvruchtbaarheid. Ook zijn er mensen die helemaal niet beschikken over gezonde geslachtscellen. Om deze en andere mensen perspectief te bieden op het krijgen van (gezonde) kinderen wil minister Edith Schippers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport voor zeer specifiek wetenschappelijk onderzoek - onder strikte voorwaarden - toestaan dat embryo’s tot stand worden gebracht. Het gaat dan om onderzoek naar: onvruchtbaarheid, kunstmatige voortplantingstechnieken en erfelijke of aangeboren aandoeningen. Schippers kiest hiermee voor een “nee, tenzij”-beleid onder strikte voorwaarden en condities, hiervoor zal de Embryowet worden gewijzigd.

Embryowet

Momenteel is het alleen mogelijk onder strikte voorwaarden  onderzoek te doen met embryo’s die zijn overgebleven na een IVF-traject, uiteraard na toestemming van het donorpaar. Het speciaal tot stand brengen van embryo’s voor onderzoek mag niet. Onder de huidige wet is al veel wetenschappelijk onderzoek mogelijk met bestaande embryonale stamcellen, stamcellen gecreëerd uit volwassen cellen en overgebleven embryo’s na ivf-behandeling. Het onderzoek daarmee kan leiden tot nieuwe  therapieën voor diabetes type I, dwarslaesie en de ziekte van Parkinson en naar het verbeteren van de kwaliteit en technieken bij vruchtbaarheidsbehandelingen.

Gezondheidswinst

Tegelijkertijd blijken er nu ook onderzoeken belemmerd te worden door het verbod, die kunnen leiden tot behandeling of het voorkomen van ziektes op korte of middellange termijn. De onderzoeken waar nu ruimte voor wordt geboden zijn gericht op gezondheidswinst en op het bieden van perspectief op het krijgen van gezonde kinderen. Bijvoorbeeld het voorkómen van erfelijke energiestofwisselingsziekten (mitochondiale erfelijke aandoeningen van moeder op kind). Dat betreft ongeveer 85 stofwisselingsziekten die meestal ernstig en soms levensbedreigend zijn en waar op dit moment weinig of geen behandelingen voor zijn.

Toetsing en voorlichting

Voorstellen voor onderzoek met embryo’s, die al zijn toegestaan binnen de huidige wetgeving, worden ook nu al beoordeeld door de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek. Dat blijft zo en daarbij wordt onder andere getoetst of het gebruik of tot stand brengen van embryo’s noodzakelijk is of dat er alternatieve mogelijkheden zijn. Ook blijft de strikte voorwaarde dat embryo’s niet langer dan 14 dagen buiten het lichaam mogen worden ontwikkeld. Tot slot moet er sprake zijn van goede begeleiding en voorlichting aan (potentiële) donoren die expliciet toestemming moeten geven.