Toespraak van staatssecretaris Dekker bij de uitreiking predicaat Excellente Scholen 2014

Toespraak van staatssecretaris Dekker (OCW) bij de uitreiking predicaat Excellente Scholen 2014 op 6 15 in Den Haag.

Dames en heren, jongens en meisjes,

Welkom in de Koninklijke schouwburg hier in Den Haag. We ontvangen u vandaag in stijl. In een theater dat ooit als paleis is gebouwd voor één van de leden van de Koninklijke familie. En waar in de foyer gewijde grond ligt. Een parket uit het paleis van Koningin Juliana. Voor u liepen er maar liefst tien verschillende premiers over die vloer. En straks komt ook onze huidige minister-president, Mark Rutte, langs.

Ik wil maar zeggen, vele groten gingen u voor.

En zo hoort het ook, want u bent de top van het Nederlandse onderwijs. U heeft zich maanden, nee, misschien wel jaren ingespannen om uw leerlingen onderwijs van het hoogste niveau te geven. En u bent hier omdat u van uzelf weet dat u kwaliteit in huis hebt. Omdat u daar ook graag de erkenning voor krijgt.

En terecht.

Maar in het onderwijs is het nog lang niet vanzelfsprekend dat we excellente scholen in de schijnwerpers zetten. We doen het pas voor het derde jaar. Terwijl we in de sport, de wetenschap, de cultuur, uitblinkers met plezier op het podium hijsen. Hun succes vieren met een prijs, een huldiging een medaille, of een daverend applaus. Dan zijn we met z’n allen trots op onze helden.

Kent u dat gevoel van bewondering? Dat je soms denkt, hoe doen ze het toch? Zou ik dat niet ook kunnen?

Ik zal u wat verklappen. Ik wilde vroeger kok worden. En keek als jongetje erg op naar de grote chefs. 

En toen ik achttien was, had ik al mijn geld bij elkaar gespaard om een keer te eten in een echt sterrenrestaurant in Parijs. Ik leende de auto van mijn moeder om met mijn toenmalige vriendinnetje die kant op te gaan. We sliepen op een camping – want geld voor een hotel zat er niet in. En die avond trokken we onze mooiste kleren aan om een bezoek te brengen aan ‘Le Tastevin’. Een prachtige gelegenheid in een klein kasteeltje in Maisons Laffitte – een plaatsje net buiten Parijs.

Het was een magische avond. Alles klopte. Het eten, de bediening. Prachtige gerechten. Opgediend als kleine schilderijtjes. Op zo’n avond loopt alles op rolletjes. Het oogt zo simpel.

Maar je komt er pas achter hoe moeilijk het is, als je het zelf eens probeert. Ik ben uiteindelijk geen kok geworden. Het is helaas allemaal een beetje anders uitgepakt. Maar ik probeer het als amateur nog wel eens in eigen keuken. Als vrienden langskomen of als we met z’n tweeën wat te vieren hebben. Dan probeer ik wel eens zo’n gerecht van een van de grote meesters. Ik bestudeer het recept. Meet alles precies af. Doe mijn uiterste best. En dan blijkt die eenvoud bedrieglijk. Mijn gerecht komt niet in de buurt van de verfijndheid en sublieme smaak die de topkoks teweeg brengen.

En dat is ook niet zo gek. Om een excellente kok te worden, gaat het niet alleen om het recept en de verhoudingen tussen ingrediënten. Was het maar zo simpel. Het gaat ook om talent. En meer nog om ervaring en hard werken. Oefenen. Steeds weer opnieuw. Kennis en vaardigheden opdoen. Nieuwe combinaties vinden. Het ontwikkelen van een eigen stijl. Het is vakmanschap van de bovenste plank. En misschien komt er ook wel een heel klein beetje magie bij kijken. Op dat moment stijgen sommige koks boven de rest uit.

En precies dat zie ik ook terug bij de scholen hier in de zaal.

Jullie werken hard, zijn elke dag bezig met wat er goed gaat, en met wat er beter kan. En jullie hebben een duidelijk idee over hoe jullie onderwijs eruit moet zien. Of je nou werkt op een technasium, in het speciaal onderwijs of op een montessori-school, jullie zetten een stip op de horizon en werken daarnaartoe.

Met een duidelijke visie en het vermogen steeds kritisch naar jezelf te kijken, kan élke school beter worden. Het zijn de grondstoffen van goed onderwijs.

En zoals in een goede keuken alleen met de beste brigade wordt gewerkt, zo kweken jullie ook de beste leraren. Goede onderwijzers en docenten, die hun collega’s helpen zichzelf te verbeteren. Excellente scholen zijn bij uitstek lerende organisaties. Het zit ze in de genen.

Maar excellentie zit hem ook in de finesses. In de gouden combinatie van eigenzinnige mensen met lef en doorzettingsvermogen die van goed, excellent willen maken. Die de hand van de meester tonen. Die ervoor kiezen de beste te willen zijn en daar als team dag-in-dag-uit keihard aan willen werken.

Dames en heren,

Ik heb het over u.

Excellentie is geen toeval.

Op uw school wordt gestreefd naar het hoogst haalbare. Elke dag opnieuw. Op uw eigen, onderscheidende manier.

Ik hoop dat u vandaag uw succes viert. Maar meer nog hoop ik dat u morgen anderen vertelt over uw vakmanschap. Zodat ook andere scholen hun onderwijs verbeteren, en kinderen zich er de koning in de klas voelen. Ze hun eigen talent kunnen ontdekken en ontwikkelen.

Want dat is waar excellent onderwijs voor staat. En ik hoop dat elke leerling dat genoegen in de toekomst nog vaak mag proeven.

Dank u wel.