Toespraak minister Opstelten bij uitreiking herinneringsmedailles aan medewerkers politie en Koninklijke Marechaussee op missie in het buitenland

Toespraak van minister Opstelten (VenJ) bij de uitreiking van herinneringsmedailles aan medewerkers van de politie en Koninklijke Marechaussee op missie in het buitenland, Den Haag 7 november 2013.

Commandant der Strijdkrachten, generaal Middendorp,

Dames en heren,

Welkom hier in de Nieuwe Kerk, voor de traditionele uitreiking van de Herinneringsmedailles. Goed u allen weer behouden terug te zien in Nederland, nadat u afgelopen jaar hebt deelgenomen aan een van de vredesmissies. In Kosovo, in Afghanistan, dan wel in Zuid-Soedan hebt u een belangrijke bijdrage geleverd aan de opbouw van de rechtstaat. Een bijdrage die internationaal gewaardeerd en geprezen wordt. Daar mag u met recht trots op zijn! Generaal Middendorp en ik zijn dat in ieder geval. Het is dan ook met het grootste genoegen dat wij u zo meteen de Nederlandse Herinneringsmedailles Vredesoperaties gaan uitreiken!

Zo’n ceremonie als vandaag, met zo goed als alle hoofdrolspelers - inclusief het thuisfront - bijeen, is natuurlijk een mooi moment voor reflectie: waarom doen we dat eigenlijk, ver van huis en haard deelnemen aan internationale vredesmissies?

De basis daarvoor is gelegen in onze Grondwet. Artikel 90 van de Grondwet stelt dat de Nederlandse regering tot taak heeft de ontwikkeling van de internationale rechtsorde te bevorderen. Deelname aan een vredesmissie – u weet er alles van - is bij uitstek een activiteit die bijdraagt aan de opbouw, of het herstel van de rechtsorde. Tenslotte gaat het vrijwel altijd om landen die door langdurige gewelddadige conflicten ernstig zijn ontwricht. Met uw brede én specialistische kennis en expertise, levert u, politiemensen, samen met uw collega’s van de KMar, een belangrijke bijdrage aan de wederopbouw van de rechtstaat.

En dat is lang niet altijd makkelijk – verre van dat zelfs. De drie missies waar u, zoals u hier zit, het afgelopen jaar aan hebt deelgenomen – Afghanistan, Zuid-Soedan en Kosovo - kennen alle drie hun eigen, specifieke moeilijkheden en gevaren:

  • Neem Afghanistan, waar nog steeds met enige regelmaat aanslagen plaatsvinden. Soms wel héél dicht bij de compound – zoals vorig jaar mei, toen een zware autobom ontplofte bij de ingang van Green Village. Die aanslag kostte twee mensen het leven, terwijl er nog eens 16 gewond raakten. Gelukkig – kun je dan zeggen – niet bij het Nederlandse contingent, maar dan nog: zo’n aanslag heeft een enorme impact op alle betrokkenen! Toch hebt u de rust en kalmte bewaard en gedisciplineerd gedaan wat nodig was. Dat verdient respect en bewondering. Inmiddels zit het werk in Kunduz voor u er op. De missie daar is inmiddels afgesloten. En met succes, want de door u opgezette trainingen gaan dóór! Met dit verschil dat u ze niet meer zelf uitvoert, maar ze laat uitvoeren. En niet alleen in Kunduz – maar in heel Afghanistan. Dat is een mooi succes! Dank zij de hoogwaardige aandacht voor de keten als geheel, heeft bovendien niet alleen de Afghaanse politie een kwaliteitsimpuls gekregen; ook alle overige partners in de justitieketen hebben er baat bij gehad.
  • Dan Zuid-Soedan. Ook niet de makkelijkste missie. Ze vergde veel van uw improvisatietalent, omdat er – zeker in het begin - nauwelijks faciliteiten voorhanden waren. Maar ach, les geven onder een boom, in de schaduw heeft ook zo z’n charmes... Hoe dan ook: u hebt niet alleen veel indruk gemaakt op de lokale bevolking, ook de VN was zeer tevreden over uw inzet. Zelfs in die mate dat ze hebben gevraagd – en dat is echt een uitzondering – of u nog een half jaar langer kon blijven. Ook dat hebt u gedaan. U hebt in die periode onder andere nuttige projecten opgezet op het terrein van gender en politievrouwen, en het plannen van Long Distance Patrols.
  • Tot slot Kosovo – een land met complexe verhoudingen tussen de bevolkingsgroepen, die de opbouw van een goed functionerende rechtstaat ernstig bemoeilijken. Ook daar was de organisatie – in dit geval de Europese politiemissie Eulex – zó enthousiast over de Nederlandse bijdrage dat een aantal collega’s, eveneens vandaag hier aanwezig, met klem werd verzocht om nog een jaar te blijven. Maar nu zitten ook voor hen de taken – vooral op het terrein van monitoring, mentorbegeleiding en advisering – er op. De missie zelf gaat, ook hier, overigens nog door. Want al is er vooral in het zuiden van Kosovo veel bereikt, op verschillende terreinen moet nog het nodige gebeuren. Onder meer om de corruptie en georganiseerde misdaad met succes tegen te gaan.

U zult begrijpen: dit is slechts een beperkte greep uit alle activiteiten en resultaten. Ik moet zeggen dat ik erg onder de indruk ben van wat u allemaal hebt bereikt. En niet alleen ik: ook internationaal is er veel waardering voor de Nederlandse bijdrage aan de geïntegreerde civiel-militaire vredesmissies. Vandaar ook dat onze mensen telkens weer worden gevraagd. Zo neemt Nederland sinds september van dit jaar ook deel aan de EU Monitoring Mission in Georgië. Die politie- en KMar-collega’s zijn op dit moment uiteraard nog hard aan het werk. Die zetten we volgend jaar weer in het zonnetje. En om het plaatje compleet te maken: ook in het kielzog van de voornamelijk militaire missie naar Mali gaat een tiental politietrainers en 20 marechaussees mee. Zij gaan daar hun bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de rechtsstaat.

Dames en heren, ik wil u nog iets vertellen over de toekomst van de missies. Zoals u, zelfs bij langdurig verblijf in het buitenland, niet kan zijn ontgaan, is op 1 januari van dit jaar de Nationale Politie officieel van start gegaan. Die Nationale Politie brengt een hoop verbeteringen met zich mee – zo ook op het terrein van de uitzendingen. Zo zijn we op dit moment bezig nieuw beleid te ontwikkelen en de gang van zaken rond uitzendingen te professionaliseren. Nieuw is bijvoorbeeld dat we ons bij werving en selectie voortaan op alle politiemensen gaan richten, in plaats van op een relatief beperkte groep. Dit werving- en selectieproces zal plaatsvinden binnen de reguliere HRM-structuur. De bedoeling is dat we die nieuwe ontwikkelingen al bij de eerstkomende missie in de praktijk gaan brengen, bij wijze van pilot. Op basis van die eerste ervaringen, zullen we de nieuwe procedures vervolgens finetunen en verder verbeteren. Kortom: ook waar het gaat om de procedures rond uitzendingen, leidt de Nationale Politie tot verbetering!

Ook inhoudelijk blijven de missies overigens in beweging. Zo zal elke toekomstige missie – waar mogelijk – ook een concrete bijdrage moeten leveren aan de verbetering van de positie van vrouwen en kinderen in fragiele staten. Dit thema, voortvloeiend uit VN-resolutie 1325 over equal gender rights, zal nadrukkelijk aan de orde komen in voorlichting en trainingen. Zo gaan we politiemensen in fragiele staten leren hoe ze op een goede, zorgvuldige manier moeten omgaan met – en opvolging geven aan - aangiften door vrouwen. Maar ook: de politiekorpsen in die landen stimuleren om méér vrouwen binnen te halen. Ook daarmee verwachten we een goede bijdrage te kunnen leveren aan de gender-resolutie.

Dames en heren, de resultaten waar ik het eerder in mijn

inleiding over had zijn niet alleen indrukwekkend, u hebt ze bovendien bereikt onder moeilijke, risicovolle - ja: soms ronduit gevaarlijke - omstandigheden. Dat is heftig – niet alleen voor u, maar ook voor uw familie en vrienden in Nederland.

Ook het thuisfront verdient dan ook van harte onze steun! Ik vind het geweldig dat het thuisfrontcomité van de KMar ook voortdurend klaarstaat voor de collega’s van de Nationale Politie! Alle lof daarvoor! Dit onderstreept de uitstekende samenwerking tussen “blauw” en “groen”, zoals die ook in de missies zelf - én bij de voorbereidingen - gestalte krijgt!

Over de KMar-bijdrage aan de missies zal de Commandant der Strijdkrachten zo meteen meer vertellen. Aansluitend gaan we dan over tot het grote moment: de uitreiking van de Herinneringsmedailles. Ik zie dat ook dit jaar weer veel politie- en KMar-collega’s zijn die hun kinderen hebben meegebracht. Dat doet me deugd: ook voor jullie hebben wij straks immers een mooie attentie! Iets wat jullie met trots aan je vriendjes en vriendinnetjes kunt laten zien: een blijvende herinnering aan het fantastische werk dat jullie vader of moeder heeft geleverd in het buitenland!

Ik geef nu graag het woord aan de Commandant der Strijdkrachten, generaal Middendorp.