Minister Blok stuurt varianten rond verhuurderheffing naar parlement

Minister Blok voor Wonen en Rijksdienst heeft vandaag de brief aan de Tweede en Eerste Kamer gestuurd, waarin hij op hun verzoek verschillende varianten rond de verhuurderheffing voor woningcorporaties en andere verhuurders heeft uitgewerkt. Het gaat om drie varianten waarin een andere grondslag wordt gebruikt en  vier varianten waarin een mogelijke investeringsaftrek is uitgewerkt.

In de brief geeft  minister Blok een analyse van de effecten van de verschillende varianten van de heffing. Randvoorwaarde bij de uitwerking van deze varianten is de door de Woonakkoordpartijen beoogde realisatie van de beoogde opbrengst van de verhuurderheffing van 1,7 miljard euro in 2017.

In plaats van een heffing op basis van de WOZ-waarde zijn er varianten uitgewerkt die uitgaan van: een vaste heffing per woning, een heffing op de feitelijke huursom van een verhuurder en een belastingvrije voet in de heffing per woning.

Darnaast zijn er vier varianten uitgewerkt rond een mogelijke investeringsaftrek binnen de verhuurderheffing. Het gaat dan om investeringen in energiebesparing, nieuwbouw, ingrijpende renovatie en herstructurering in krimpgebieden, de vier grote steden en Rotterdam-Zuid.

De brief geeft een feitelijke overzicht van de (effecten van de) verschillende varianten. Op basis hiervan gaat de minister in gesprek met de Tweede Kamer. De minister verstrekt de informatie aan beide Kamers om de invoering van de verhuurderheffing over 2014 en volgende jaren te kunnen behandelen.