Eerste Kamer steunt aanpak huwelijksdwang

De Eerste Kamer heeft ingestemd met een wetsvoorstel van minister Opstelten en staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie dat de aanpak van huwelijksdwang versterkt. Het wetsvoorstel treedt op 1 juli 2013 in werking.

De verschillende onderdelen uit het wetsvoorstel verruimen de mogelijkheden tot strafrechtelijke aanpak van huwelijksdwang. De maximumstraf die voor huwelijksdwang kan worden opgelegd wordt verhoogd van 9 maanden naar twee jaar gevangenisstraf. Met deze forse verhoging geeft het kabinet aan huwelijksdwang als een ernstig misdrijf aan te merken dat in de Nederlandse samenleving niet wordt getolereerd.

Huwelijksdwang speelt zich meestal af in de beslotenheid van de familiekring en wordt soms gepleegd in het land van herkomst. Slachtoffers bevinden zich in een geïsoleerde positie en durven of willen geen aangifte doen uit schaamte, loyaliteit met de familie of uit vrees voor geweld. Soms zijn het kinderen die tijdens een vakantie in het land van herkomst worden achtergelaten en daar worden gedwongen een huwelijk aan te gaan. De gevolgen van huwelijksdwang zijn groot en ingrijpend, daarom is meer bescherming nodig.

Straks kunnen zowel Nederlanders als vreemdelingen met een vaste woon- en verblijfplaats in Nederland worden vervolgd als zij zich in het buitenland schuldig maken aan huwelijksdwang. Ook wordt het mogelijk in Nederland personen te vervolgen die in het buitenland een Nederlander of een Nederlands ingezetene hebben gedwongen een huwelijk aan te gaan. Deze maatregelen worden gerealiseerd door uitbreiding van de zogeheten extraterritoriale rechtsmacht. De mogelijkheden om in het buitenland gepleegde huwelijksdwang te vervolgen zijn nu beperkt.

Ook biedt het wetsvoorstel meer bescherming aan kinderen als zij slachtoffer worden van huwelijksdwang. Dit gebeurt door verlenging van de verjaringstermijn. Nu geldt nog een periode van zes jaar vanaf het moment dat het misdrijf is gepleegd, straks gaat de verjaringstermijn in wanneer het slachtoffer achttien jaar is geworden. Deze ruimere verjaringstermijn geeft het minderjarige slachtoffer van huwelijksdwang meer tijd om als volwassene na te denken over het gedwongen huwelijk en zich bewust te worden van de mogelijkheid van het doen van aangifte. Vaak beseffen kinderen pas op latere leeftijd de volle omvang van wat hen is aangedaan. Voor zedenmisdrijven en vrouwelijk genitale verminking geldt al dat de verjaringstermijn ingaat vanaf achttien jaar.

Straks kan bovendien voorlopige hechtenis worden opgelegd voor huwelijksdwang om bijvoorbeeld escalatie te voorkomen en de veiligheid van het slachtoffer te garanderen. Niet zelden is huwelijksdwang verweven met eergerelateerd geweld. Ook krijgt het Openbaar Ministerie de mogelijkheid extra opsporingsbevoegdheden in te zetten, zoals het opvragen van verkeersgegevens (telefoon of internet). Dit kan de opheldering van het misdrijf vergemakkelijken.

Het wetsvoorstel verruimt ook de mogelijkheden om in het buitenland gepleegde polygamie en vrouwelijke genitale verminking in Nederland te vervolgen. Polygamie en vrouwelijke genitale verminking zijn in Nederland verboden. Vreemdelingen die hier een vaste woon- en verblijfplaats hebben en in het buitenland een polygaam huwelijk sluiten, kunnen straks in Nederland worden aangepakt. Ook kunnen straks in Nederland personen worden vervolgd die zich in het buitenland hebben schuldig gemaakt aan vrouwelijke genitale verminking van een meisje dat de Nederlandse nationaliteit heeft of in Nederland haar vaste woon- of verblijfplaats heeft.