Wekelijks gesprek RTLZ | 11 december 2012

Minister Dijsselbloem in gesprek met Frits Wester over zijn eerste weken als minister, de Nederlandse economie en Europa.

INLEIDENDE MUZIEK

FRITS WESTER: Welkom bij het wekelijks gesprek met de minister van Financiën.
We zijn even weggeweest vanwege de verkiezingen en de formatie maar we gaan vandaag beginnen met een nieuwe reeks met de nieuwe minister van Financiën, Jeroen Dijsselbloem.
Meneer Dijsselbloem, welkom. Ruim vijf weken minister van Financiën hoe bevalt het?
MINISTER DIJSSELBLOEM: Goed, het is meteen in het diepe.
Het is vanaf dag één op pad hier in de Kamer, het departement en veel in Brussel.
WESTER: Veel in Brussel. Is dat wennen voor u?
DIJSSELBLOEM: Dat is wennen. Ik heb ooit bij het Europees Parlement gewerkt maar dat is lang geleden en dit is een totaal andere rol, een andere setting en de agenda in Brussel is op dit moment bomvol de euro, Griekenland, bankentoezicht, toekomst van Europa, dus het is aanpoten.
WESTER: Nu stond uw voorganger, De Jager, bekend als iemand die vrij stevig onderhandelde in Brussel bijvoorbeeld als het ging om het houden aan de begrotingsregels.
Gaat u diezelfde lijn voortzetten of bent u wat soepeler?
Nee, zeker op het punt van de begrotingsdiscipline moeten we echt als Nederland diezelfde lijn stug volhouden en voor Jan Kees de Jager hebben zijn voorgangers dat ook gedaan.
Dus we hebben nu alweer tegen de begroting 2012 en 2013 van de Europese Gemeenschap moeten stemmen omdat daar weer allerlei overschrijdingen in zitten en in 2013 een stijging die wij nu niet gerechtvaardigd vinden.
WESTER: Daar zijn ze in Nederland terecht tegen maar er zijn ook begrotingsregels waar Nederland zich zelf aan moet houden.
Gisteren kwam De Nederlandsche Bank met de nieuwe prognoses die zagen er niet vrolijk uit.
Het regeerakkoord, de inkt is net droog, het kabinet wil 16 miljard ombuigen om zo ook dat houdbaarheidstekort te halen nog geen begrotingsevenwicht in 2017 maar ook wel onder die Europese norm van drie procent te komen.
En nu zegt De Nederlandsche Bank: Dat gaan we niet redden volgend jaar.
Die vooruitzichten van De Nederlandsche Bank zijn niet helemaal verrassend.
De cijfers wijzen allemaal die kant op, maar zoals gezegd we hebben de plannen net vastgesteld de begroting wordt nog behandeld op dit moment.
We hebben een goede traditie ontwikkeld in Nederland eigenlijk sinds Gerrit Zalm, om niet elk kwartaal wanneer er nieuwe ramingen zijn, meteen de begroting te gaan bijstellen.
Dus dat gaan we hier ook niet doen.
In het voorjaar komen er nieuwe ramingen van het CPB.
Dat is een vast moment voor elke minister van Financiën om dan te kijken waar we staan en wat er nodig is en wat er kan en zo gaan we het ook volgend jaar doen.
WESTER: Maar stel dat we volgend jaar weer door de grens gaan van die drie procent in de cijfers van het Centraal Planbureau.
Gaat het kabinet dan toch extra maatregelen nemen om onder die drie procent te blijven?
Ik ga er niet veel op vooruitlopen omdat we dan moeten gaan gokken op waar we terecht gaan komen wat de definitieve prognoses van het CPB worden.
Dus we gaan het begin volgend jaar gewoon bekijken als we die cijfers hebben dan kijken we ook wat er nodig is en wat er mogelijk is en dan komen we in het voorjaar, zoals altijd zo nodig met aanvullende voorstellen.
Maar zo nodig aanvullende voorstellen, als we door die drie procent-grens heen gaan?
We gaan het zien. We weten het niet. We weten niet waar we op uitkomen.
Maar we hebben echt een goede traditie en daar moeten we ons ook echt aan houden om niet elk kwartaal, er zijn veel ramingen veel prognoses in Nederland van verschillende instituten om niet elke keer te gaan bijsturen. Dat hebben we in het verleden wel gedaan dan kregen we een heel rommelig begrotingsbeleid, een beetje paniekvoetbal.
Ik zou er erg tegen zijn om dat weer op te pakken.
Dus we hebben nu het beleid neergezet. We weten dat het zorgelijk is dat de economie er slecht voor staat.
We kunnen ook niet uitsluiten dat er meer nodig is maar we gaan het begin volgend jaar bekijken.
WESTER: Begin volgend jaar bekijken, maar nu zeggen de oppositiepartijen CDA, D66: Let even op, ga nu alvast nadenken over maatregelen want als je erdoorheen schiet moet je niet weer wekenlang in zo'n Catshuis gaan vergaderen.
Denk er nu alvast over na, als het nodig is en daarbij hoort natuurlijk wel de wens: drie procent, ja of nee?
Ja, nadenken zeker. Nadenken moet zeker niet stilstaan, dus dat doen we ook je kijkt altijd vooruit: wat zou er kunnen?
Overigens ook: wat is er nodig om de economie in rustig vaarwater te brengen en het vertrouwen te herstellen? Dat lijkt me ook een belangrijke prioriteit.
Dus dat doen we. Ik heb van die partijen ook niet direct voorstellen gehoord om wel te gaan bezuinigen.
Ook zij weten dat we een bepaald begrotingsbeleid voeren waarbij we twee keer per jaar kijken waar we staan, en dat gaan we doen dus dat betekent: in het vroege voorjaar komen we terug.
Nu zegt het bedrijfsleven, die signalen zijn ook vast in uw richting gekomen, van als we volgend jaar door die drie procent heen schieten doe even niks extra's, want we kunnen het niet meer hebben.
Of het moet zijn in eigen vlees van de overheid maar geen extra lasten of bezuinigingen.
Bent u gevoelig voor die argumenten?
Er zijn argumenten voor en tegen.
Ook Centraal Planbureau-directeur Teulings zegt: Je moet het niet doen.
De Nederlandsche Bank heeft gisteren gezegd: Je zou moeten kijken wat er kan en wat er nodig is in 2013 maar in ieder geval in 2014. Dus die leggen het accent ook in 2014.
Ik vind echt dat ik eerst wil weten: wat is er eigenlijk nodig?
Waar staan we nu? Hoe gaat het met de economie?
Daarvoor komen er nog decemberramingen en dan komen er in februari, maart ramingen en dan gaan we dat echt beslissen.
WESTER: Van welke school bent u zelf? Vasthouden aan die drie procent?
Of: als het nodig is, dan even gewoon een jaar eroverheen?
Ik denk dat het eenvoudige schema je bezuinigt en dat is slecht voor de economie of je doet het niet en dat is goed voor de economie dat het zo eenvoudig niet is.
Wij hebben nu een pakket neergelegd voor de komende jaren van 16 miljard met eigenlijk een heel klein negatief effect op de economie.
Gelukkig, want we staan er al slecht voor.
Maar dat laat wel zien dat, als je je pakket verstandig invoert, invult met goede hervormingen, waar Nederland al lang op zit te wachten dat je het eigenlijk kan doen met zo min mogelijk economische schade.
En beide zal nodig zijn. We moeten Nederland hervormen op tal van terreinen die te lang zijn blijven liggen en we moeten die begroting in een verstandig tempo op orde brengen.
Die twee ga ik echt zo goed mogelijk bij elkaar houden, want het is niet of-of.
WESTER: Maar nu was een van de eisen van Brussel dat Nederland de woningmarkt zou hervormen, dat gebeurt deels in dat regeerakkoord dat Nederland de arbeidsmarkt zou hervormen gebeurt ook deels in het regeerakkoord.
Dus je zou je toch kunnen voorstellen de situatie van: Brussel met een aantal dingen zijn we echt goed op streek dat kunnen ze zien, en geef ons wat ruimte in één jaar als we een keer over die drie procent heen schieten.
U weet dat de langetermijn-houdbaarheid, hoe staan we er op langere termijn voor kunnen we dan onze eigen broek ophouden ziet er gewoon goed uit met dit pakket. Wij hebben echt zelfs een overschot.
Daar is de Commissie ook van onder de indruk.
We kunnen de Commissie ook laten zien dat we een aantal van hun aanbevelingen pak die woningmarkt aan, doe iets aan de arbeidsmarkt, let op je pensioenen dat we die oppakken. Maar dan nog, er gelden ook gewoon begrotingsafspraken.
En die gelden in alle landen, dus in principe ook in Nederland.
Dus ook hiervoor geldt, dat geldt ook voor de Commissie de Commissie beoordeelt in februari hoe de landen ervoor staan individueel, op basis van hun eigen plannen maar ook op basis van de raming die zij hanteren voor de hele eurozone en de Europese Unie.
Wij zijn niet het enige land dat op dit moment in de problemen zit maar ook de Commissie gaat in februari echt haar oordeel vellen.
Die houdt nu ook haar kruit droog.
WESTER: Proef ik daaruit dat u aan die drie procent wilt vasthouden maximaal tekort, of toch niet? Want het is niet helemaal helder.
Nee, maar die helderheid verschaf ik ook pas begin volgend jaar als ik dan weet...
WESTER: Maar als het niet helder is, betekent het dat u nadenkt over een overschrijding van die drie procent, anders zou het helder zijn.
Mijn uitgangspunt is het regeerakkoord en het regeerakkoord is gebaseerd op de Europese afspraken.
De Europese afspraken, daar is veel over gediscussieerd zitten ook mitsen en maren aan.
Het allerbelangrijkste is dat wij die hervormingen voor onze rekening nemen dat we de houdbaarheid op orde brengen en tegelijkertijd richting dat begrotingsevenwicht gaan.
En dat blijft onze ambitie. We moeten in 2017 zo dicht mogelijk naar die min een half, dat is in Europese definities een begrotingsevenwicht.
Dat zullen we niet helemaal halen, maar het moet onze ambitie blijven om zo veel mogelijk in die richting te gaan.
WESTER: Ik proef in de Partij van de Arbeid-fractie iets in tegenstelling tot in de VVD-fractie, van: één jaartje kan het wel wat rustiger aan, we gaan niet extra bezuinigen, die 3,2 komen we best mee weg.
Ik weet niet waar die 3,2 vandaan komt, dus daar begint mijn probleem al welk cijfer hebben we het eigenlijk over?
Ik heb beide fractiewoordvoerders horen zeggen dat zij vinden dat we niet op dit moment op basis van een decemberraming van De Nederlandsche Bank moeten zeggen: Er moet meer gebeuren.
Daarvoor hebben we een vast moment en daar ga ik ook echt aan vasthouden en hopelijk ook de fracties met mij.
En dat is In maart gaan we definitief die knoop doorhakken op basis van de ramingen die we dan hebben. Zo ligt het.
We gaan het er zeker nog vaak over hebben de komende weken want volgende week komen er nieuwe cijfers zeg maar, de wintercijfers, de kerncijfers van het Centraal Planbureau.
Nog even heel kort, die salarissen van Knot en Gerritsen De Nederlandsche Bank en de Mededingingsautoriteit die moeten terug naar 180.000 euro.
Daar gaat u ze aan houden of wordt voor deze mensen een uitzondering gemaakt?
Voor deze mensen is een uitzondering gemaakt onder de wet.
Dat betekent dat de minister van Financiën die in overleg met de Raad van Toezicht beslist over hun salarissen daar een besluit over moet nemen. Dat hebben we nog niet genomen.
Dus daar ga ik eerst met De Nederlandsche Bank over praten en dan breng ik dat in de ministerraad en dan bent u de eerste die het weet.
Maar er moet een besluit over vallen, het is geen automatisme ze vallen niet onder de Wet Normering Topinkomens waar bijvoorbeeld de hele publieke sector onder komt.
WESTER: Aan dat laatste houd ik u, dat u het hier als eerste vertelt.
Mag ik u danken voor het eerste gesprek en graag tot volgende week bij het wekelijks gesprek met de minister van Financiën.
U dank voor het kijken. Graag tot volgende week, 15.20 uur, RTLZ.

AFSLUITENDE MUZIEK