Aziatische boktor in Winterswijk

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft in de gemeente Winterswijk een boom aangetroffen waarin aantastingen door de Aziatische Boktor (Anoplophora glabripennis) en ook vliegende exemplaren zijn aangetroffen. Dat schrijft staatssecretaris Henk Bleker van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) in een brief aan de Tweede Kamer.

Deze boktor kan aanzienlijke schade aanrichten aan loofbomen en struiken en vormt daarmee een grote bedreiging voor de groene ruimte. Daarnaast vormt de boktor een risico voor de teelt en handel in boomkwekerijproducten. Op grond van de Europese Fytorichtlijn bestaat de verplichting om bij een vondst van deze boktor maatregelen te treffen gericht op uitroeiing.

Situatie

Een bewoner van Winterswijk heeft zich maandag 9 juli 2012 bij de NVWA gemeld met het vermoeden dat zij een boktor in haar tuin had aangetroffen. De NVWA heeft op 10 juli 2012 vastgesteld dat het hier om een Aziatische boktor gaat. Ook heeft de NVWA een boom aangetroffen langs de weg met aantastingen door de Aziatische boktor en ook vliegende kevers. Er zijn inmiddels, met hulp van de bewoners, 7 boktorren gevangen. De aangetaste boom is direct omgezaagd en afgevoerd naar het laboratorium van de NVWA voor verder onderzoek.

Maatregelen

Staatssecretaris Bleker heeft besloten de volgende maatregelen voor uitroeiing van de boktor te nemen:

  1.  Er zal de komende dagen (tot 15 juli) in het kerngebied met een straal van 100 meter rondom de aangetaste boom door de NVWA een inventarisatie worden gedaan in alle bomen en struiken en een inspectie op boktorsymptomen. In principe worden alle loofbomen en struiken binnen die straal verwijderd.
  2. Het instellen van een gebied met een straal van 500 meter rond de vondst, waarin beperkingen gelden voor de afvoer van snoeihout afkomstig van houtige gewassen (waardplanten)
  3. Het voorkomen dat mogelijk besmette waardplanten in de handel worden gebracht in een straal van 1000 meter rond de vondst
  4. Inspectie van alle waardplanten in particuliere tuinen en openbaar groen in een straal van 500 meter rondom de vondst om de verspreiding van de boktor te bepalen. En een inspectie van alle waardplanten in het openbaar groen in een straal van 500-1000 meter van de vondst. Binnen dit gebied zal eventueel besmet materiaal alleen onder controle van de NVWA mogen worden afgevoerd en vernietigd.
  5. Het uitvoeren van een jaarlijkse survey van de waardplanten in het betrokken gebied.