Medische problemen van kinderen moeten uitgangspunt zijn bij bekostiging

In Nederland zijn ongeveer 1.000 ernstig zieke kinderen, die na behandeling in het ziekenhuis verpleegkundige hulp nodig hebben. Het gaat om kinderen met ernstige medische problemen zoals stofwisselingsziekten, progressief neurologische aandoeningen en epilepsie. In een advies aan minister Klink van Volksgezondheid, Welzijn en Sport geeft de Commissie Bekostiging Intensieve Kindzorg aan dat de medische problematiek van het kind bij de bekostiging het uitgangspunt moet zijn.

 

De commissie legt de grens bij kinderen met problematiek, die een levensbedreigend karakter heeft en waarbij een behoefte bestaat aan verpleegkundige handelingen. Deze kinderen krijgen nu hulp via drie vormen van zorg: kinderhospices, verpleegkundig kinderdagverblijven en verpleegkundige kinderthuiszorg. De commissie vindt dat de indicatie onder verantwoordelijkheid van de kinderarts plaats moet vinden. De ziekenhuisverplaatste zorg / verpleging wordt nu via een tijdelijke regeling betaald via de AWBZ, maar moet volgens de commissie uit de Zorgverzekeringswet worden bekostigd.

 

De bestaande bekostigingsvormen zijn naar inzicht van de commissie niet goed in staat om aan de zorgvraag te voldoen. De commissie adviseert om – in afwachting van persoonsvolgende bekostiging - een exclusieve bekostigingsvorm voor de zorg vorm te geven voor een periode van vier jaar in bijvoorbeeld de Wet Bijzondere Medische Verrichtingen (WBMV). In die periode kan gewerkt worden aan een structule regeling.

 

Minister Klink zei bij de in ontvangsname van het rapport in kinderhospice Pallieterburght in Capelle aan den IJssel dat de financiering vanuit de WBMV hem aanspreekt.

Besluitvorming hierover moet overgelaten worden aan een nieuw Kabinet. De tijdelijke financiering uit de AWBZ blijft tot die tijd gehandhaafd.