Schadefonds Geweldsmisdrijven bereikt slechts vijfde van geweldsslachtoffers

Slechts een klein deel van slachtoffers van geweldsmisdrijven klopt aan bij het Schadefonds Geweldsmisdrijven. Uit eigen onderzoek van het fonds blijkt dat jaarlijks 28.000 slachtoffers een beroep zouden willen en kunnen doen op de wettelijke regelingen voor een financiële tegemoetkoming. In werkelijkheid doet maar een vijfde van de slachtoffers dit.

Het Schadefonds probeert daarom zijn bekendheid verder te vergroten bij de organisaties die direct contact hebben met slachtoffers, zoals Slachtofferhulp Nederland, de politie, GGZ-instellingen en de Steunpunten Huiselijk Geweld. Zo kunnen meer slachtoffers gewezen worden op de mogelijkheden van het Schadefonds.

Uit eerder onderzoek van het Schadefonds bleek al dat veel slachtoffers van geweldsmisdrijven het fonds niet kennen. In het vervolgonderzoek is gekeken naar redenen waarom slachtoffers geen beroep doen op het Schadefonds.

De belangrijkste verklaring is dat 72 procent van de jaarlijkse slachtoffers van geweldsmisdrijven het Schadefonds niet kent. Verder blijkt dat ook het aantal verwijzingen door Slachtofferhulp Nederland nog kan stijgen. Overigens werkt het Schadefonds al jaren nauw samen met Slachtofferhulp en komt de helft van de jaarlijkse aanvragen via deze organisatie binnen.

Over het Schadefonds Geweldsmisdrijven

Het Schadefonds Geweldsmisdrijven geeft een financiële tegemoetkoming aan mensen die slachtoffer zijn van een geweldsmisdrijf met ernstig letsel. Dit is bijvoorbeeld diefstal met geweld, straatroof, bedreiging met een wapen, mishandeling, verkrachting, maar ook huiselijk geweld, stalking of incest.

Het gaat om eenmalige uitkeringen, als tegemoetkoming voor geestelijk leed dat slachtoffers is aangedaan (smartengeld) en voor bijvoorbeeld medische kosten of verlies van inkomen. Op de website van het Schadefonds kunt u nagaan of u in aanmerking komt voor een tegemoetkoming (zie onderstaande link).