Derde Tweemaandsrapportage Belastingdienst

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

Ons kenmerk: DGB/2009/1595

Betreft: Tweemaandsrapportage Belastingdienst en beantwoording van enkele toezeggingen.

Geachte voorzitter,

Bij brief van 23 mei 2008 heeft de vaste commissie voor Financiën mij verzocht tweemaandelijks een set van gegevens te verstrekken die een indicatie geven van de resultaten van de Belastingdienst.
Bijgevoegd is de derde rapportage. De informatie betreft de periode tot en met 31 december 2008. De uitkomsten zijn waar nodig voorzien van een toelichting.
Deze rapportage verschijnt op een relatief laat moment na afloop van de rapportageperiode, omdat veel aandacht is besteed aan de juistheid van de jaarcijfers, mede in relatie tot de informatie die over enige tijd verstrekt zal worden in het Beheersverslag van de Belastingdienst over 2008.

Bij het opstellen van deze rapportage is rekening gehouden met de opmerkingen die over de eerste tweemaandsrapportage zijn gemaakt tijdens het Algemeen Overleg met de vaste commissie voor Financien op 11 december 2008.

Op 27 januari 2009 is ambtelijk overleg geweest met stafmedewerkers van uw Kamer. Daarin is een groot aantal vragen en verbeterpunten besproken.
Afgesproken is een aansluitingstabel toe te voegen, waaruit blijkt in welk deel van de rapportage de gevraagde gegevens zijn opgenomen.
Voor zover door mij verwezen is naar andere rapportages, zal een overzicht van de vindplaatsen worden verstrekt.
Verder zal waar mogelijk, in plaats van een vergelijking met voorgaande kalenderjaren, een vergelijking met de vergelijkbare periode van het voorgaande kalenderjaar worden opgenomen. Ook zullen, voor zover aanwezig, de (externe) streefwaarden worden opgenomen.

Tijdens het Algemeen Overleg heb ik verder toegezegd om u bij deze rapportage nader te informeren over een aantal onderwerpen.

Het betreft:

  • de wijze waarop burgers die toeslagen ontvangen worden geïnformeerd over de gevolgen van de wijziging van de aftrek van buitengewone uitgaven in de inkomstenbelasting,
  • een nadere uitleg over de redelijkheidstoets in de huurtoeslag,
  • de planning voor het definitief toekennen van Toeslagen 2007.

Bij de beantwoording van de tweede toezegging zal ik tevens ingaan op de door de Minister van WWI gedane toezegging (tijdens de behandeling van de WWI-begroting) om uw Kamer te informeren over de uitkomsten van de redelijkheidstoetsen.

De wijze waarop toeslaggerechtigden worden geïnformeerd over de gevolgen van de wijziging van de aftrek van buitengewone uitgaven in de inkomstenbelasting

De wijziging van de aftrek van buitengewone uitgaven in de inkomstenbelasting heeft gevolgen voor toeslagen die burgers ontvangen. Tijdens de parlementaire behandeling van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) is dit door mij onder de aandacht gebracht. Ook is hier in het Algemeen Overleg van 11 december 2008 uitvoerig bij stil gestaan. In dit laatste overleg heeft uw Kamer gevraagd om over de stand van zaken geïnformeerd te worden.

Met het aannemen eind 2008 van de Wtcg is de aftrek voor buitengewone uitgaven in de inkomstenbelasting beperkt. Hierdoor zal het verzamelinkomen van burgers vanaf 2009 hoger worden. Dit kan voor burgers, mede afhankelijk van hun overige omstandigheden, een lagere toeslag tot gevolg hebben.
Bij het automatisch continueren eind 2008 is het inkomen gebruikt dat de burger als laatste aan de Belastingdienst/Toeslagen heeft doorgegeven. Omdat de wijziging van de aftrek aan het eind van 2008 is aangenomen, zullen niet veel burgers hun inkomen hebben aangepast. Hierdoor zal veelal een te laag inkomen zijn gebruikt, waardoor de toeslag waarschijnlijk op een te hoog bedrag zal zijn vastgesteld.
Het wijzigen van het inkomen is de verantwoordelijkheid van de burger zelf. Dit is onvermijdelijk omdat het actuele inkomen als grondslag in de wet is vastgelegd. Alleen de burger kan weten wat er in 2009 gaat gebeuren. Dit geldt niet alleen ten aanzien van zijn inkomen, maar ook ten aanzien van de aftrek voor buitengewone uitgaven. Die kunnen sterk fluctueren. Het feit dat een burger in 2008 een aftrek voor buitengewone uitgaven had, zegt niets over de vraag of hij die in 2009 ook zal hebben. En de Belastingdienst kent alleen het verleden.

Hoewel het de verantwoordelijkheid van de burgers zelf is, moet de burger wel weten dat de aftrek is gewijzigd en dat dat gevolgen heeft voor zijn toeslag. De Belastingdienst is in december 2008 een aantal acties gestart om burgers bewust te maken van de mogelijke toeslaggevolgen van de wijziging in de regeling voor buitengewone uitgaven en hen op te roepen om hun inkomen te wijzigen. Hierdoor moet zoveel als mogelijk voorkomen worden dat burgers in 2010 toeslagen terug moeten gaan betalen. Om dit te bereiken zijn de volgende acties in gang gezet.

In december 2008 rond de stemming over de Wtcg in de Eerste Kamer zijn de campagne-uitingen aangepast. Hierin zijn burgers opgeroepen inkomenswijzigingen door te geven. Daarnaast is geadverteerd in huis-aan-huis-bladen en is er een samenwerking met VWS (www.veranderingenindezorg.nl).
Verder hebben alle huishoudens die een aftrek buitengewone uitgave vermeldden in hun aangifte inkomstenbelasting 2007 (dit is de laatst bekende aangifte) en in 2009 een toeslag ontvangen een brief gekregen waarin zij geattendeerd worden op de mogelijke gevolgen voor hun toeslag.
In totaal zijn ongeveer 2,2 miljoen brieven verzonden. Overigens is het de verwachting dat ongeveer 40% van deze huishoudens niet geraakt wordt door de wijziging in de aftrek van de buitengewone uitgaven. Dit komt omdat zij na correctie van hun inkomen waarschijnlijk toch recht blijven houden op een maximale toeslag. De overige 60% wordt in meer of mindere mate geraakt.

Verder worden burgers op verschillende manieren ondersteund om de wijziging te berekenen en door te geven. Op internet (www.toeslagen.nl) is via de proefberekening uit te rekenen wat het effect van de wijziging in de buitengewone uitgaven is op het inkomen en de toeslag. Ook is er een eenvoudig webformulier waarmee burgers een wijziging van het inkomen kunnen doorgeven.
Burgers kunnen daarnaast ook de Belastingtelefoon bellen. Burgers kunnen daar hun inkomenswijziging doorgeven of verder op weg geholpen worden. De Belastingtelefoon is voor die gelegenheid in februari en maart 2009 op vrijdagavonden en zaterdagen extra geopend. Verder kunnen burgers bij de balies terecht. Ook zijn intermediairs (o.a. FNV, CNV en Hulp- en informatiepunten) geïnformeerd en kunnen zij burgers helpen.

Al deze acties gaan uit van de eigen verantwoordelijkheid van de burger. Zoals ook als uitgangspunt te vinden is in de Algemene wet inkomensafhankelijke bijdragen.
In het Algemeen overleg van 11 december 2008 heb ik echter aangegeven dat een groep van ongeveer 50.000 burgers extra hulp behoeven. Het gaat dan met name om burgers die 65 jaar of ouder zijn en/of hoge buitengewone uitgaven hadden in 2007.
Om die te helpen heeft de Belastingdienst/Toeslagen deze burgers eind februari 2009 een tweede meer indringende brief gezonden. Hierin wordt aangegeven dat zij hun huurtoeslag geheel of gedeeltelijk kwijtraken. Deze burgers wordt geadviseerd bij de belastingbalie of een intermediair langs te gaan. Voor deze burgers wordt dan niet alleen de huurtoeslag rechtgezet, maar ook de andere toeslagen worden zonodig aangepast. Afhankelijk van de reacties zullen deze burgers ook op andere wijzen worden benaderd, bijvoorbeeld telefonisch.
Daarnaast wordt bij de hulp bij aangifte-campagne extra aandacht besteed aan de wijziging van de aftrek buitengewone uitgaven in relatie tot toeslagen. Burgers die bij de balies van de Belastingdienst langskomen en hun inkomen nog niet hebben gemuteerd zullen geholpen worden.

De redelijkheidstoets in de huurtoeslag

Tijdens het AO van 11 december 2008 heb ik toegezegd een toelichting te geven op de redelijkheidstoets. Verder heeft de Minister van WWI tijdens de behandeling van de WWI-begroting toegezegd uw Kamer te informeren over de aantallen in de steekproef.
Tijdens het AO van 11 december 2008 is gesuggereerd dat de redelijkheidstoets door VROM voor bijna alle huren werd uitgevoerd. Vanaf 1 juli 2004 is VROM echter afgestapt van een integrale controle om over te gaan op een meer doelmatige aanpak van het gerelateerde misbruik en oneigenlijk gebruik. Vanaf die tijd werd gebruik gemaakt van een filter waarmee de selectie geconcentreerd werd op risicogebieden. Daarnaast werden steekproefsgewijs ook willekeurige huren ter controle aan de huurcommissie gestuurd. Deze methode is in eerste instantie door Belastingdienst/Toeslagen overgenomen. Na ruim een jaar ervaring met dit filter bleek de methodiek heel arbeidsintensief voor zowel Belastingdienst/Toeslagen als de huurcommissie, terwijl de opbrengsten gemeten naar aangepaste huren gering waren. Er bestonden kortom twijfels over de trefzekerheid. Van de huren die op deze wijze werden geselecteerd bleek na uitvoering van de redelijkheidstoets door de huurcommissie slechts 10 tot 12% van de huren aangepast te moeten worden omdat deze de maximaal redelijke huur overstegen.

Belastingdienst/Toeslagen heeft vervolgens per 2008 het filter voor de redelijkheidstoets aangepast naar een risicogerichte selectie om de trefzekerheid te verhogen. De eerste resultaten van de 2.000 huren die in 2008 voor toetsing naar de huurcommissie zijn gestuurd laten een verdubbeling (20%) zien van het aantal correcties van de huurtoeslag op basis van de uitspraak van de huurcommissie. Deze cijfers betreffen de eerste resultaten van deze nieuwe methodiek die nog verder zal worden beoordeeld en waar nodig verfijnd. Overigens kreeg en krijgt Belastingdienst/Toeslagen naast uitspraken over bovengenoemde selectie van de huurcommissie ook alle uitspraken waaruit een te hoge huur bleek te zijn overeengekomen, vergeleken met de maximaal toegestane huur volgens het woningwaarderingsstelsel. Deze uitspraken zijn het resultaat van procedures die door huurders zélf bij de huurcommissie zijn begonnen. Als deze huur onderdeel uitmaakt van een aanvraag om huurtoeslag dan past Belastingdienst/Toeslagen de huurtoeslag daarop aan. Daarvoor is dus geen extra actie van de huurtoeslaggerechtigde nodig. Deze laatste categorie betreft ruim 700 aanpassingen per jaar.

Planning definitief toekennen van Toeslagen 2007

Tijdens het AO van 11 december 2008 is toegezegd de planning van definitief toekennen van de toeslagen over 2007 nader toe te lichten. Voor de definitieve toekenning van de huur- en de zorgtoeslag over 2007 geldt dat naar verwachting in april 2009 alle toeslagen zullen zijn toegekend, behalve die toeslagen waar actie van burgers is vereist. Dit kan zijn omdat zij nog geen aangifte van inkomstenbelasting hebben gedaan of omdat burgers in het kader van toezicht nog nadere uitleg moeten geven.
Voor de kinderopvangtoeslag 2007 geldt een andere planning gezien de actie die is ingezet om 350.000 burgers te vragen hun jaaropgaaf van de kinderopvanginstelling of gastouderbureau te sturen. De definitieve toekenning van deze toeslag is nu gestart voor die burgers die de jaaropgaven hebben ingestuurd. De verwachting is dat in juli 2009 ook voor de kinderopvangtoeslag alle definitieve toekenningen 2007 zullen zijn afgerond voor zover geen actie van burgers is vereist.

De stand van zaken per 9 maart 2009 is dat:

  • Ruim 900.000 van de bijna 1,3 miljoen huurtoeslagen zijn definitief toegekend;
  • Bijna 4,5 miljoen van bijna 5,4 miljoen zorgtoeslagen zijn definitief toegekend;
  • Voor de kinderopvangtoeslag geldt dat de productie weer is opgestart.

Hoogachtend,

mr. drs. J.C. de Jager
de staatssecretaris van Financiën