Geen tussentijdse toetsing levenslange gevangenisstraf

Levenslange gevangenisstraffen mogen alleen in uitzonderlijke gevallen worden beëindigd of omgezet in een tijdelijke gevangenisstraf. Gratieverzoeken van levenslanggestraften moeten daarom per geval worden bekeken. Een periodieke herbeoordeling van de levenslange celstraf na 15, 20 of 25 jaar doet geen recht aan de individuele omstandigheden van de levenslanggestrafte.

Dat schrijven minister Hirsch Ballin en staatssecretaris Albayrak van Justitie vandaag in een brief aan de Tweede Kamer. De bewindslieden reageren hiermee op een advies van de Raad voor de Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) om de levenslange gevangenisstraf voortaan tussentijds te toetsen. Volgens de bewindslieden kan in zijn algemeenheid niet worden gezegd dat een levenslanggestrafte na 15, 20 of 25 jaar geen gevaar meer vormt voor de samenleving.

Gratieverlening is een veel bruikbaarder instrument voor de individuele beoordeling van levenslanggestraften. In de brief verwijzen de bewindslieden ook naar een recente uitspraak van de Hoge Raad. Die oordeelde in juni dat het Nederlandse beleid niet in strijd is met Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Een voorziening voor de verkorting van de levenslange gevangenisstraf hoeft niet te bestaan uit een periodieke herbeoordeling. Door de mogelijkheid van gratie bestaat er voor de veroordeelde uitzicht op vrijlating.

Op dit moment zijn 28 personen onherroepelijk veroordeeld tot een levenslange celstraf en is van zeven personen de veroordeling tot levenslang nog niet onherroepelijk.

Samenplaatsen

In hun brief schrijven de bewindslieden dat zij het gewenst vinden levenslang gestraften samen te plaatsen. Zij sluiten daarmee aan bij het advies van de RSJ, die het samenplaatsen op aparte afdelingen heeft aanbevolen. Eind 2009 zal de Dienst Justitiële Inrichtingen onder de groep levenslanggestraften de behoefte daaraan inventariseren en beoordelen waar het mogelijk is om voor hen afdelingen te creëren, gericht op langdurig verblijf. Voor iedere levenslang gestrafte zal een persoonlijk detentieplan worden opgesteld.

Volgprocedure

Omdat lange gevangenisstraffen de lichamelijke en psychische gezondheid van gedetineerden kunnen beïnvloeden, willen de minister en staatssecretaris van Justitie een procedure invoeren die aan levenslang gestraften de gelegenheid biedt zich te laten onderzoeken. Levenslang gestraften zouden deze mogelijkheid ten minste eens in de vijf jaar moeten krijgen. Het rapport dat op basis van dit onderzoek wordt uitgebracht, kan van invloed zijn op de verdere tenuitvoerlegging van de straf. Ook kan de gedetineerde het rapport benutten voor het indienen van een gratieverzoek.