Antwoord op kamervragen over de beloning van de directeur van de Staatsloterij

De voorzitter van de Tweede Kamer van de Staten -Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

Datum: 25 september 2009
Betreft: kamervragen over de beloning van de directeur van de Staatsloterij

Geachte voorzitter,

Bijgaand zend ik u de antwoorden op de kamervragen van de heer Haverkamp inzake de beloning van de directeur van de Staatsloterij.

Hoogachtend,

de minister van Financiën,

Wouter Bos

2009Z14747

Vragen van het lid Haverkamp (CDA) aan de minister van Financiën over het artikel “Jackpot voor directeur Staatsloterij”. (Ingezonden 14 augustus 2009)

1
Bent u bekend met het artikel “Jackpot voor directeur Staatsloterij” 1)

Ja

2
Kunt u aangeven of de procedure voor het vaststellen van het salaris van de statutair bestuurder correct is weergegeven in het jaarverslag?

In het jaarverslag wordt beschreven op welke wijze in grote lijnen het lange termijn variabele deel van de bezoldiging van de directeur van de staatsloterij wordt bepaald. Dit is correct weergegeven. Naast de ontwikkeling van het marktaandeel en de implementatie van het nieuwe loterijsysteem, zijn ook de focus op integriteit via een corporate social responsibility programma en certificering door de internationale loterijorganisatie bepalende criteria. Opgemerkt wordt dat de opgave in het jaarverslag aan alle wettelijke vereisten voldoet.

3
Indien de procedure correct is weergeven, kunt u dan motiveren waarom u akkoord bent gegaan met dit bezoldigingsbeleid? Indien de procedure niet correct is weergeven, kunt u dan aangeven wat de procedure wel is, en waarom u akkoord bent gegaan met een jaarverslag waarin eerdergenoemde procedure beschreven is?

Bij de benoeming in 2004 noopte de situatie bij de Staatsloterij tot ingrijpen en tot de benoeming van een zeer capabele en bovendien direct beschikbare persoon. Dit leidde tot een hogere bezoldiging dan gebruikelijk voor SENS.

Voor SENS gold in 2007, ten tijde van de herbenoeming, het algemene kader voor beloningsbeleid zoals onder andere verwoord in de Jaarverslagen Beheer Staatsdeelnemingen 2004 en 2005, waarnaar is verwezen in een brief aan de Raad van Commissarissen van SENS uit maart 2007. Conform de statuten stelt de minister van Financiën het bezoldigingsbeleid vast op voorstel van de Raad van Commissarissen. De Raad van Commissarissen stelt het salaris en de overige voorwaarden van de directie vast op basis van dit beleid. De Raad van Commissarissen is op basis van de in 2004 gemaakte uitzondering en de eerder vermeldde uitgangspunten voor het beloningsbeleid, de bezoldiging met de huidige directeur van SENS overeengekomen.

Op dit moment vinden gesprekken plaats met de Raad van Commissarissen over aanpassing van het bezoldigingsbeleid. Het is dan ook de verwachting dat in de komende maanden een nieuw bezoldigingsbeleid wordt opgesteld conform het beoordelingskader voor beloningsbeleid bij staatsdeelnemingen dat aan u is gepresenteerd, waarbij ik voor de Staatsloterij een behoorlijke matiging voorzie. De bezoldiging van de nieuw te benoemen directeur zal conform dit nieuwe bezoldigingsbeleid zijn.

4
Herinnert u zich dat de Kamer op basis van door u verzonden brieven meerdere keren met u van gedachten heeft gewisseld over de hoogte van salarissen, waarbij u verantwoordelijk bent voor de vaststelling? Zo ja, waarom is noch in deze brieven noch in het debat door u over deze situatie gesproken?

In mijn brief van 24 oktober jongstleden heb ik een nieuw beoordelingskader voor beloningsbeleid bij staatsdeelnemingen gepresenteerd (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 28479, nr. 39). Daarbij heb ik ook een indeling van deelnemingen binnen dat kader aan u voorgesteld. Hierin is de Staatsloterij expliciet benoemd (onderaan pagina 2 van het Kamerstuk). Voorts heb ik in die brief geschreven dat vooral de beloningen bij de deelnemingen in de categorie waarin de Staatsloterij is ingedeeld moeten worden gematigd. Op pagina 3 van die brief maakte ik de verwachte matiging expliciet door het noemen van een minimaal en een maximaal te verwachten matiging. Ook daar wordt de Staatsloterij expliciet benoemd, met een matiging tussen de 6% en 53%. Mijns inziens heb ik dus wel degelijk in de door u bedoelde brieven kenbaar gemaakt dat de bestuurdersbeloning bij de Staatsloterij (fors) zal worden gematigd.

5
Zijn er op dit moment nog meer organisaties waarvoor u het bezoldigingsbeleid vaststelt, waarover nog niet met de Kamer is gesproken? Zo ja, om welke organisaties gaat het?

Alle staatsdeelnemingen met volwaardige bedrijfsactiviteiten waarvan ik het beloningsbeleid vaststel zijn in bovengenoemde brief genoemd, met uitzondering van een enkele staatsdeelneming die slechts bestaat uit een ‘lege’ holding (bijvoorbeeld NOB), die in zogenoemd ‘afbeheer’ is (bijvoorbeeld Haven Vlissingen) of waarvan de Staat uit strategisch oogpunt (nog) slechts een heel klein deel van de aandelen in bezit heeft (bijvoorbeeld Thales met 1% van de aandelen). Over het beloningsbeleid bij de toezichthouders is reeds in een ander kader meermalen met uw Kamer gesproken.

6
Kunt u een overzicht geven van alle organisaties waarvoor u het bezoldigingsbeleid vaststelt, en per organisatie aangeven in welke van de “de drie boxen” deze organisatie volgens u valt?

In de in het antwoord op vraag 4 genoemde brief heb ik reeds een overzicht gegeven van de staatsdeelnemingen met volwaardige bedrijfsactiviteiten waarbij ik het beloningsbeleid vaststel alsmede hun plaats binnen het beoordelingskader.

7
Heeft u ervan kennisgenomen dat in het artikel wordt aangegeven dat betrokkene benoemd is voordat er sprake was van een “Dijkstalnorm”? Heeft er tussen de benoeming in 2004 en 13 augustus 2009 een herbenoeming plaatsgevonden? Zo ja, is toen door u aandacht gevraagd voor de Dijkstalnorm? Zo nee, waarom niet? Als u er wel aandacht voor heeft gevraagd bent u dan tevreden over de wijze waarop met uw suggesties is omgegaan? Kunt u dit toelichten?

De commissie-Dijkstal heeft niet geadviseerd om de Staatsloterij tot de semipublieke sector te rekenen en heeft dus ook niet geadviseerd om de norm van (130% van) het ministersalaris op de directeur van de Staatsloterij toe te passen. Bij de herbenoeming van de directeur eind 2007 speelde die norm dan ook geen rol. In reactie op het advies van de commissie-Dijkstal inzake topbeloningen in de semipublieke sector (Tweede Kamer, vergaderjaar 2007-2008, 28479, nr. 36) heeft het kabinet in juli 2008 echter aangekondigd dat de beloningen bij alle staatsdeelnemingen zullen worden genormeerd via een eigen methodiek, ook al rekende de commissie-Dijkstal de staatsdeelnemingen als categorie niet tot de semipublieke sector. Met de in antwoord op vraag 4 genoemde brief is die methodiek uiteen gezet, alsmede de consequenties daarvan voor de Staatsloterij.

8
Welke stappen gaat u in het concrete geval van de Staatsloterij zetten om er zorg voor de dragen dat de statutair bestuurder beloond wordt volgens de criteria die met de Kamer zijn besproken? Zal bij de volgende contractverlening dit een onderwerp van gesprek zijn? Kan worden meegedeeld wanneer deze gesprekken zullen plaatsvinden?

Conform het beleid worden bestaande contracten gerespecteerd, ook indien deze worden verlengd conform de overeenkomst. Op het moment dat het contract met de huidige directeur afloopt zal conform het op basis van het nieuwe beoordelingskader vast te stellen beoordelingsbeleid een nieuwe arbeidsovereenkomst worden afgesloten. Het contract van de huidige directeur van SENS loopt af eind 2010.

1) De Telegraaf, 13 augustus 2009

2) Jaarverslag 2008