Antwoorden op kamervragen van Van Gerven, De Roos en Langkamp over een patiëntenstop voor zwangeren met pathologie als ook barende vrouwen

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

CZ-K-U-2948432 17 september 2009
Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de Kamerleden Van Gerven, De Roos en Langkamp (SP) over een patiëntenstop voor zwangeren met pathologie als ook barende vrouwen met acute problematiek in de ziekenhuizen te Goes en Vlissingen (2009Z14464).

Hoogachtend,

de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. A. Klink
Antwoorden op kamervragen van de Kamerleden Van Gerven, De Roos en Langkamp over een patiëntenstop voor zwangeren met pathologie als ook barende vrouwen met acute problematiek in de ziekenhuizen te Goes en Vlissingen (2009Z14464).

Vraag 1

Is het waar dat er op 26 juni 2009 een volledige opnamestop is geweest in de ziekenhuizen Goes en Vlissingen voor zwangeren met pathologie als ook barende vrouwen met acute problematiek in de ziekenhuizen te Goes en Vlissingen en dat mensen het advies hebben gekregen maar naar Terneuzen te gaan? 1) Zo ja, is de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) hiervan op de hoogte gesteld?

Antwoord 1

Vanaf 16.00 uur tot 24.00 uur is er een opnamestop geweest voor alle zwangeren die begeleid moesten worden in de tweede lijn. Voor deze groep zwangeren was geregeld dat zij in Ziekenhuis ZorgSaam in Terneuzen en Ziekenhuis Lievensberg in Bergen op Zoom opgevangen konden worden. Er heeft zich overigens tijdens de opnamestop geen zwangere gemeld, dientengevolge heeft de opnamestop geen gevolgen gehad voor deze groep zwangeren.
De Inspectie voor de Gezondheidszorg is van de opnamestop vooraf niet op de hoogte gesteld. Het bestuur van de ziekenhuizen heeft laten weten in het vervolg bij het overwegen van een dergelijke maatregel de IGZ tijdig op de hoogte te stellen.

Vraag 2

Zo ja, wat was de reden van deze volledige opnamestop? Heeft dit te maken met het hoge ziekteverzuim op de afdelingen? Hoe hoog is het ziekteverzuimpercentage? Wijkt dit af van het landelijk gemiddelde? Zo ja, wat is hiervan de reden?

Antwoord 2

Op 26 juni 2009 bleek er sprake te zijn van een onverwacht hoog aanbod van zeer zieke zwangeren in de tweede lijn die allen veel zorg nodig hadden. Als gevolg van vakantie in combinatie met het op 26 juni 2009 onverwacht uitvallen van gediplomeerde O & G verpleegkundigen, als gevolg van ziekte, ontstond er ook tegelijkertijd een onverwacht tijdelijk tekort aan gediplomeerde O & G verpleegkundigen. De ziekenhuizen in Goes en Walcheren hebben toen besloten om, in het kader van de patiëntveiligheid en om de kwaliteit van de zorg te kunnen garanderen voor de zwangeren die zich voor 16.00 uur al hadden aangemeld, een opnamestop in te stellen voor de zwangere vrouwen van 16.00 uur tot 24.00 uur en gedurende deze periode opvang te regelen voor deze groep zwangeren in de ziekenhuizen in Bergen op Zoom en Terneuzen.
De hoogte van het ziekteverzuimpercentage bedroeg in juni in het Stichting Oosterscheldeziekenhuizen (SOZ) 5,3 % en in het Ziekenhuis Walcheren (ZW) 7,1 % exclusief zwangeren. Het ziekteverzuimpercentage is dalende, in juli bedroeg het 4,7 % in het SOZ en 5,2 % in ZW exclusief zwangeren. Het landelijk gemiddelde cijfer bedraagt 4,7 % (CBS, 1e kwartaal 2009).

Vraag 3

Wat is het oordeel van de IGZ met betrekking tot de veiligheid van de patiënten? Is deze in het geding geweest? Welke stappen heeft het ziekenhuis ondernomen om de veiligheid in spoedsituaties voor zwangeren te kunnen garanderen?

Antwoord 3

Het ziekenhuis heeft, teneinde de veiligheid van zwangeren te garanderen, voorafgaande aan de opnamestop overleg gehad en afspraken gemaakt met de ambulancedienst, de meldkamer, de eerstelijns verloskundigen en de ziekenhuizen in Terneuzen en Bergen op Zoom.
Tijdens de opnamestop is de veiligheid van de patiënten naar het oordeel van de IGZ niet in het geding geweest.

Vraag 4

Wat is uw oordeel over bovenstaande in relatie tot het 45 minuten bereikbaarheidscriterium voor acute zorg?

Antwoord 4

De onverwacht ontstane situatie op 26 juni 2009 is door de ziekenhuizen snel en adequaat opgelost door alle partijen in de keten van acute zorg (zowel in de eerste als in de tweede lijn) te betrekken en in te zetten teneinde een oplossing te vinden voor het probleem. Hierbij zijn geen risico’s genomen ten aanzien van de kwaliteit van zorg en de veiligheid van de patiënt, zo heeft de IGZ ook geoordeeld.
Ik sta achter de voorzorgsmaatregelen die door de ziekenhuizen in deze situatie zijn genomen om de kwaliteit te blijven garanderen. Ondanks dat de voorzorgsmaatregelen ongewenste consequenties hebben voor de bereikbaarheid, vind ik het belang van kwalitatief goede en verantwoorde zorg groter.

Vraag 5

Welke inspanningen heeft het kabinet zich inmiddels getroost om met de door de Kamer met algemene stemmen aangenomen motie van de leden Van der Vlies, Van Gerven en Sap voor het behoud van een volwaardig ziekenhuis inclusief verloskunde op Walcheren ten uitvoer te brengen? 2) Welke stappen heeft het ziekenhuis inmiddels ondernomen om aan de wens van de Kamer en de bevolking tegemoet te komen?

Antwoord 5

Ik heb u bij brief van 25 augustus 2009, kenmerk DMC-CB-U-2939496, onder andere geïnformeerd over de uitvoering van de moties van de leden Van der Vlies, Van Gerven en Sap. Op mijn verzoek rapporteren de Zeeuwse ziekenhuizen mij regelmatig over de stand van zaken met betrekking tot de fusie en monitort het CSZ actief de ontwikkelingen bij de Zeeuwse ziekenhuizen. Ik heb de ziekenhuizen gevraagd mij voor het einde van dit jaar inzicht te verschaffen in de fusieplannen en de functieverdeling over de verschillende locaties. Uit de fusieplannen moet blijken of een volwaardig ziekenhuis op Walcheren haalbaar is. Tijdens eerdere debatten met uw Kamer is uitgebreid gesproken over het besluit van de ziekenhuizen om per 1 januari 2009 de verloskunde te concentreren in Goes. Om de kwaliteit van de zorg en de veiligheid voor de patiënt in de toekomst zeker te stellen heeft de IGZ in haar advies aan de ziekenhuizen het besluit tot concentratie gesteund.
Het RIVM-onderzoek, waar de motie Sap op is gebaseerd, kan pas plaatsvinden nadat duidelijk is op welke wijze de functies over de verschillende locaties worden verdeeld.

Uiteraard zal ik uw Kamer in de loop van dit jaar nader over de ontwikkelingen en de stand van zaken informeren.

1) Melding, onderhands aan bewindspersoon verstrekt
2) Kamerstuk 27 295