Huizinga verstrekt vergunningen voor windturbineparken op zee

Staatssecretaris Huizinga van Verkeer en Waterstaat heeft twee definitieve vergunningen voor windturbineparken op zee verstrekt. Initiatiefnemer Airtricity krijgt hiermee toestemming voor het bouwen van de parken ‘West Rijn’ op 40 kilometer buiten de kust van Hoek van Holland en ‘Breeveertien’ II op 65 kilometer van de kust van IJmuiden.

West Rijn omvat maximaal 72 windturbines van 3,6 MW. Breeveertien II bestaat uit maximaal 79 turbines, ook van 3,6 MW. In totaal gaan deze parken 544 MW opleveren, waarmee zo’n 544.000 huishoudens van energie kunnen worden voorzien.

Eerder dit jaar verstrekte staatssecretaris Huizinga negen ontwerpvergunningen voor windturbineparken op zee. Rijkswaterstaat beoordeelde de aanvragen op een veilig, doelmatig en rendabel gebruik. Hierbij wordt gekeken of de plannen geen negatief effect hebben op de scheepvaartveiligheid of de natuur. Belanghebbenden kregen na het verstrekken van de ontwerpvergunningen 6 weken de tijd om zienswijzen op in te dienen. Van de negen ontwerpvergunningen zijn dit de eerste twee vergunningen die definitief worden verstrekt.

De bedrijven die een definitieve vergunning krijgen kunnen subsidie aanvragen bij het ministerie van Economische Zaken. In totaal is er voor 950 Megawatt subsidie beschikbaar. Uiterlijk in april 2010 wordt duidelijk welke van de vergunde windparken op zee subsidie krijgen. Tot en met 20 oktober 2009 kunnen belanghebbenden nog in beroep gaan tegen de vergunningen. Maar Airtricity kan met deze vergunningen, ongeacht eventuele beroepszaken, wel al meedoen aan deze subsidietender.

De op 1 september 2009 afgegeven vergunningen zijn het resultaat van het draaiboek dat in juni 2008 door staatssecretaris Huizinga is gepresenteerd. Hierin staat hoe tot 2010 omgegaan wordt met het verlenen van vergunningen en subsidies bij reeds ingediende initiatieven voor windturbineparken op de Noordzee. De ambitie is om nog deze kabinetsperiode vergunningen en subsidie te verlenen voor 950 MW.

Voor 2020 streeft de overheid naar 6000 MW aan windenergie op de Noordzee. Om dit te bereiken werkt het ministerie van Verkeer en Waterstaat in samenwerking met de ministeries van Economische Zaken, VROM en Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit een ontwikkelingsperspectief voor de lange termijn uit voor de Noordzee. Onderdeel hiervan is het aanwijzen van gebieden op de Noordzee waar windturbineparken kunnen worden gebouwd. De vergunningaanvraag en de subsidieaanvraag worden dan gecombineerd behandeld.