Schriftelijke informatie n.a.v. AO zorgzwaartebekostiging 30 juni

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

DLZ/SFI-U-2942784

13 juli 2009

Geachte voorzitter,

Inleiding

Tijdens het AO zorgzwaartebekostiging op 20 juni 2009 heb ik toegezegd om een aantal gestelde vragen schriftelijk weken te beantwoorden. Met het toezenden van deze brief kom ik deze toezegging na.

Extreme zorgzwaarte

De heer De Vries heeft naar aanleiding van mijn brief aan de NZa van 16 juni 2009 over de voorlopige contracteerruimte een vraag gesteld over de beschikbare bedragen voor extreme zorgzwaarte.
In de brief wordt gesproken over een bedrag van euro 79 miljoen voor extreme zorgzwaarte, ziekte van Huntington en ademhalingsondersteuning en daarbovenop een bedrag van euro 91,5 miljoen. Totaal is daarmee euro 170,5 miljoen beschikbaar. De euro 91,5 miljoen is beschikbaar gekomen doordat bij de berekening van de ZZP-prijzen binnen de sector gehandicaptenzorg 2% is gereserveerd voor extreme zorgzwaarte (euro 76,5 miljoen) en daarnaast ook de zorg op maat middelen vervallen bij de invoering van de zorgzwaartebekostiging (euro 15 miljoen) en worden toegevoegd aan de beschikbare middelen voor extreme zorgzwaarte.
In de voortgangsrapportage zorgzwaartebekostiging wordt niet gesproken over een totaal bedrag van euro 170,5 miljoen voor extreme zorgzwaarte, maar van een budget van ongeveer euro 160 miljoen. De extra middelen voor cliënten met de ziekte van Huntington en cliënten met chronische ademhalingsondersteuning zijn daarbij buiten beschouwing gelaten omdat deze strikt genomen niet onder de beleidsregel “extreme zorgzwaarte” vallen maar via aparte regelingen tot bekostiging leiden.

Aantal cliënten met Volledig Pakket Thuis (VPT)

Mevrouw van Miltenburg heeft mij gevraagd om inzicht te geven in het aantal VPT’s dat is afgesproken. In antwoord daarop kan ik u melden dat in de productieafspraken voor 2009 tussen zorgkantoren en zorgaanbieders de volgende afspraken zijn gemaakt voor het leveren van een VPT:
Verpleging en verzorging: 440 cliënten
Gehandicaptenzorg: 240 cliënten
Geestelijke Gezondheidszorg: 30 cliënten

Aantal op- en afbouwers

In heb toegezegd in een volgende voortgangsrapportage meer gegevens te verstrekken over de aantallen cliënten in de instellingen die erop vooruit- en op achteruitgaan. Een punt van verwarring wil ik met deze brief wegnemen. Tijdens het AO werd de vraag gesteld waarom er zoveel meer instellingen waren die erop vooruitgaan dan instellingen die erop achteruitgaan. In mijn voortgangsrapportage heb ik aangegeven dat dit voor de sector Verpleging en Verzorging en voor de Gehandicaptenzorg wordt veroorzaakt door de extra middelen voor kwaliteitszorg die structureel aan de ZZP-budgetten zijn toegevoegd. De prijzen van de hogere ZZP’s zijn structureel verhoogd met de beschikbare middelen.
Voor de GGZ zijn geen extra middelen aan de ZZP-budgetten toegevoegd waardoor in die sector geldt dat het aantal groeiers en het aantal afbouwers ongeveer in evenwicht is.

2% onderhandelingsruimte op de ZZP-prijzen

Naar aanleiding van een vraag van de heer De Vries over de herallocatiepercentages bij de invoering van de zorgzwaartebekostiging in de GGZ en de relatie daarvan met de 2% onderhandelingsruimte op de ZZP-prijzen met ingang van 2010, heb ik toegezegd dat ik op de 2% onderhandelingsruimte bij de begrotingsbehandeling zou terugkomen.
Ik vind het correct om u te melden dat in de beleidsregels van de NZa voor het jaar 2010 2% onderhandelingsruimte op de ZZP-prijzen is opgenomen. Deze werkwijze komt overeen met hetgeen ik de NZa heb opgedragen in mijn aanwijzing van 31 oktober 2008 over de invoering van de zorgzwaartebekostiging en geldt voor elk van de AWBZ-sectoren. Deze 2% onderhandelingsruimte is tot stand gekomen na consultering van alle betrokken partijen (onder andere cliëntenorganisaties, brancheorganisaties van aanbieders en Zorgverzekeraars Nederland). De 2% onderhandelingsruimte op de prijzen biedt de zorgkantoren de mogelijkheid om bij de zorginkoop te sturen op kwaliteit, maar biedt anderzijds ook de zorginstellingen meer zekerheid dan de maximumtarieven die in het verleden golden.
De NZa stelt medio juli 2009 de beleidregels ten behoeve van 2010 vast. Op basis van die vastgestelde beleidregels zullen de zorgkantoren en zorginstellingen starten met het maken van de productieafspraken. De productieafspraken voor 2010 zijn op 1 november 2009 afgerond. Ik zal u - op basis van deze gemaakte afspraken - melden hoe de zorgkantoren en de zorgaanbieders zijn omgegaan met de 2% onderhandelingsruimte.

Hoogachtend,
de Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

mw. dr. J. Bussemaker