3,8 miljoen voor nieuwe producten uit biomassa

Twintig ondernemers hebben praktische producten ontwikkeld uit biomassa. Het gaat dan bijvoorbeeld om groene scooters uit hennep, allerlei producten uit algen, bermgras e.d. als vulmateriaal voor verpakkingen. Deze producten konden verder ontwikkeld worden met financiële steun van het ministerie van LNV. Minister Verburg benadrukt in haar speech het belang van de overgang naar een economie die niet afhankelijk meer is van fossiele brandstoffen en huldigt de initiatieven van het midden- en kleinbedrijf om tot praktische producten te komen. Daarnaast kondigt de minister een derde ronde aan waar nog meer ondernemers initiatieven kunnen aandragen voor agrologistiek en biomassa. Minister Verburg stelt daarvoor 3,8 miljoen euro ter beschikking.

Spreekpunten van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, G. Verburg, bij de afsluiting van de SBIR workshop op 11 juni 2009 in Den Haag.

Dames en heren,

We raken er al een beetje aan gewend. Groene grondstoffen beginnen er bij te horen. Je kunt er niet zomaar vanuitgaan dat plastics, coatings, verfstoffen, composieten, een fossiele basis hebben. En dat is goed nieuws.

Ik heb ook voor u goed nieuws. Twee keer zelfs. Om te beginnen weten we uit onderzoek van de Wageningen Universiteit dat in de EU-markt nog een enorme technische potentie ligt voor biobased chemicaliën en materialen. Omgerekend naar potentiële omzet gaat het naar schatting om 80 miljard euro. Er zijn dus veel kansen!

Het tweede nieuws is: u staat aan de wieg van die ontwikkeling. U bent er bij. Ik feliciteer u graag van harte met uw deelname aan de eerste fase van het Small Business Innovation Research programma biobased economy.

Door onderzoek te doen naar nieuwe groene producten, draagt u ook nog eens bij aan iets groters. Aan de groene revolutie, de omwenteling naar de zogeheten biobased economy. Die ontwikkeling is gunstig voor ons allemaal. En daarom zeer gewenst.

Ik heb mij afgevraagd waarom u zo succesvol bent. Uit een analyse van SenterNovem blijkt dat de meeste van u samenwerken met mensen buiten het bedrijf. U maakt dus niet alleen nieuwe producten, u smeedt ook nieuwe netwerken. We zien samenwerking ontstaan tussen sectoren die voorheen op zichzelf stonden. Tussen de agrarische en de chemische sector, tussen industriële bedrijven en kennisleveranciers. Om maar eens een dwarsverband te noemen.

Nieuwe allianties zijn niet zelden het kenmerk van innovatie. Als kabinet draaien we dat ook graag een beetje om. We willen er als overheid voor zorgen dat er zo veel mogelijk niet-vanzelfsprekende allianties ontstaan. Iedereen moet kunnen aanhaken, dus zowel het MKB als de industrie. Zo gaat er een innovatieve wind waaien. Ik zie dat in de analyse ook terug. Het is een goed teken dat veel MKB'ers samenwerken met grote industriële partijen uit chemische en agrische sector.

En juist onze samenwerkingcultuur is internationaal gezien natuurlijk een ijzersterke troef. We kunnen een gedeelte van het technisch potentieel van 80 miljard euro naar ons toe trekken. We kunnen én innoveren én onze producten naar de markt te brengen. Daar gebruik ik het MKB innovatieprogramma voor.

Dat MKB innovatieprogramma is onderdeel van een groter programma groene grondstoffen. We hebben beide programma's opgesteld om de omwenteling naar een groene economie mede mogelijk te maken. Hier gaat het vooral om bioraffinage. Consortia kunnen bioraffinage technologieën ontwikkelen en zo het verdere gebruik van biomassa opwaarderen.

Samenwerken zit dus in onze cultuur en in het beleid. Daar komt bij, en nu som ik nog wat troeven op, dat we in ons land ook een goede kennisinfrastructuur hebben. En sterk zijn in logistiek: op agrarisch gebied is Nederland nummer twee in de wereld. We hebben bovendien een sterk ontwikkelde chemische sector. Dan heb je het dus over kansen. Ontwikkelkansen voor de groene economie en kansen om onze internationale concurrentiepositie te versterken.

Daarbij is het belangrijk om de groene economie zoveel mogelijk in zijn samenhang te bekijken. Kranten staan bol van goede berichten over biobrandstoffen, maar juist ook bio chemicaliën en biomaterialen zijn interessant.

Ik hoop, samen met u en met alle andere innovatieve ondernemers in Nederland, een omgeving te creëren waarin investeringen mogelijk zijn. Het gaat mij niet alleen om de productie en verwerking in eigen land, maar óók om in- en export. Import van duurzame biomassa bijvoorbeeld. Die geïmporteerde biomassa moeten we aan duurzame ketens verbinden. Dus als u een soja- of een aardappelbasis voor uw product gebruikt, dan kunnen het maar beter duurzame sojabonen of aardappels zijn. Afnemers zullen dat willen weten. Zij stellen steeds vaker de duurzaamheidsvraag.

Dames en heren,

Ondanks economische recessie worden er duurzame investeringen gepleegd. Dat geeft al iets aan. Toch moeten we er actief voor gaan zorgen dat zulke investeringen blijven doorgaan.

Daarom heeft het kabinet een extra bedrag van 3,5 miljoen euro beschikbaar gesteld voor een nieuwe Small Business Innovation Research-tender. Dit keer gericht op combinaties van agrologistiek en biomassa.

Omdat, het kan niet vaak genoeg gezegd, duurzame ketens alleen zullen ontstaan als u groene grondstoffen breed en optimaal gebruikt. Gebruik is essentieel. Of het nu gaat om groene energie, of om hoogwaardige chemicaliën en materialen. Om hoofd- of reststromen. Want óók als het om dat laatste gaat, zijn de mogelijkheden eindeloos. Haal ik óók en steeds weer uit onderzoeken. U kunt dan denken aan resten uit de voedingsmiddelenindustrie, of afvalhout uit de land en bosbouw.

Ik hoop eind van deze zomer deze tender open te kunnen stellen. Dit is dan de derde tender op rij binnen 3 jaar.

Ik ben daarom bijzonder benieuwd naar de ontwikkelingen waar u mee bezig bent en hoop daar zometeen tijdens de informatiemarkt meer van te zien.

Dames en heren,

In deze zaal zit een groot aantal helden van de groene economie. Pioniers van het eerste uur. U mag daar trots op zijn. Ik ben dat ook. Zonder u als pioniers kwam er natuurlijk niets van al deze ontwikkelingen terecht.

Naast u wil ik de mensen van SenterNovem danken die deze middag en de tenders hebben gerealiseerd.

Dan gaan we nu over tot het uitreiken van de certificaten voor deelname aan de eerste fase van dit innovatieprogramma.