25 grote faciliteiten voor toponderzoek vastgesteld

De komende jaren investeert het kabinet extra in wetenschappelijk toponderzoek. Op voorstel van minister Plasterk is de ministerraad akkoord gegaan met de vaststelling van 25 grootschalige onderzoeksfaciliteiten.

Dat zijn bijvoorbeeld radiotelescopen, onderzoeksschepen, deeltjesversnellers zoals bij CERN, maar ook datacollecties voor sociaal-economisch onderzoek, biologische collecties of medische biobanken.

Naar het oordeel van de Commissie Van Velzen zijn de bouw en exploitatie van deze 25 grootschalige onderzoeksfaciliteiten van groot strategisch belang voor onderzoek en wetenschap en daarmee voor de Nederlandse kenniseconomie.

Grootschalige faciliteiten maken grensverleggend onderzoek mogelijk en kunnen door hun schaalgrootte niet door een individuele universiteit of instelling gefinancierd worden. Samenwerking binnen Nederland of Europa is hiervoor noodzakelijk.

Conform het advies van de commissie heeft minister Plasterk een speciaal budget ingesteld voor de financiering van grootschalige onderzoeksfaciliteiten. Daarmee is een start gemaakt door vanaf 2008 structureel hiervoor een bedrag aan de NWO-begroting toe te voegen, oplopend tot 20 miljoen euro per jaar vanaf 2011.

Eerder al is het kabinet akkoord gegaan om met voorrang vijf van deze onderzoeksfaciliteiten te financieren, om de sterke positie van de betrokken onderzoeksinstituten in Europa vast te houden. Minister Plasterk investeert hierin 63 miljoen euro via NWO. Het gaat om onderzoeksfaciliteiten op het gebied van astrofysica (KM3NET), biomedisch onderzoek (BBMRI), sociaal wetenschappelijk onderzoek (ESSurvey), astronomie (E-ELT) en taalkunde (CLARIN).