Criminaliteitscijfer voor niet-westerse allochtonen blijft hoog

Als indicator voor criminaliteit onder niet–westerse allochtone wordt het aantal verdachten gehanteerd. Over het algemeen is het aantal geregistreerde daders onder niet-westerse allochtonen beduidend hoger dan onder de autochtonen: het criminaliteitscijfer is voor de eerste groep drie keer zo hoog. Er is ook geen significante daling te signaleren in het aandeel verdachten onder de niet-westerse allochtonen tussen 2004 en 2007. Wanneer voor het effect van verschillen in diverse demografische en sociaal-economische achtergrondkenmerken wordt gecorrigeerd, blijkt de samenhang tussen herkomst en geregistreerde misdrijven minder sterk, maar blijft toch sprake van een duidelijke oververtegenwoordiging van de grootste niet-westers allochtone bevolkingsgroepen onder de geregistreerde daders.

Als je naar de groepen afzonderlijk kijkt, dan blijkt dat Antillianen/Arubanen het hoogste scoren met 782 verdachten op 10.000 in 2007 (bijna zes maal hoger dan autochtonen) wat betreft het aantal verdachten. Marokkanen nemen de tweede plaats in met 631 verdachten, gevolgd door Surinamers met 522 verdachten. Het aantal Turkse verdachten bedroeg 385 op de 10.000 in 2007. Dat is aanzienlijk lager maar nog steeds driemaal hoger dan onder autochtonen.

Bron