5000 extra maatschappelijke stageplaatsen

Staatssecretaris Marja van Bijsterveldt (Onderwijs) en minister Gerda Verburg (Landbouw) hebben afspraken gemaakt met stageaanbieders uit de voedsel- en groensector over 5000 extra maatschappelijke stageplaatsen.

Dit betekent dat de maatschappelijke stage in deze sectoren grootscheeps op gang gaat komen. In 2007 werd een akkoord bereikt met vooral groene organisaties voor meer dan 7500 stageplaatsen. De 5000 plaatsen komen hier bovenop.

De partijen die vandaag hun medewerking toezegden zijn divers. Het gaat om het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL); de Federatie Nederlandse Levensmiddelenindustrie (FNLI); de Nederlandse Brood- en banketbakkers Ondernemersvereniging (NBOV ); Van Harte Resto; de Stichting Kinderboerderijen Nederland (SKBN) en de Zorginstelling Livio. Eerder al verbond een coalitie van natuurbeheerorganisaties - Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, Landschapsbeheer Nederland, IVN en Geldersch Landschap - zich aan de groene maatschappelijke stage, evenals LTO-Nederland en de gemeente Amsterdam.

Vanaf 2011 wordt het voor alle leerlingen in het voortgezet onderwijs verplicht een maatschappelijke stage te lopen. Afgelopen jaren heeft staatssecretaris Van Bijsterveldt met uiteenlopende organisaties als Het Nederlandse Rode Kruis, Youth for Christ, de MO-Groep, De Zonnebloem en Erfgoed Nederland afspraken gemaakt over maatschappelijke stageplaatsen. In totaal hebben deze partijen ruim 65.000 maatschappelijke stageplekken toegezegd. Zij verwacht dan ook dat er in 2011 voldoende beschikbare stageplekken beschikbaar zijn. De voedsel- en groensector levert daaraan een substantiële bijdrage. Staatssecretaris Marja van Bijsterveldt: 'Dankzij deze extra plekken kunnen middelbare scholieren een maatschappelijke bijdrage leveren én kennismaken met de groene sector. Dat is dubbel winst. De maatschappelijke stage is goud voor de samenleving'.