Het KIM-symposium ‘het zekere voor het onzekere’

Alleen de uitgesproken tekst geldt.

Carl, meneer Zalm, dames en heren,

Onzekerheid is een deel van het leven. Wie in januari 2008 had gezegd dat de benzineprijs een jaar later 1 euro 29 zou kosten in plaats van bijna 1 euro 55, hadden we voor gek verklaard. Wie bij de kandidaatstelling van Obama in 2007 zei dat deze man de volgende Amerikaanse president zou worden, kreeg ook weinig gehoor.
Dat betekent niet dat we dom waren, of zijn. Het betekent dat onze kennis niet absoluut is, dat we niet alle ontwikkelingen kunnen voorspellen. We hebben in het leven nu eenmaal niet alles in de hand.

Er zijn verschillende vormen van onzekerheid en manieren om er mee om te gaan. Ik zet het even wat zwart-wit neer.
· We weten niet genoeg, dus we gaan stug door met steeds meer onderzoek en bouwen nog complexere modellen.
· We zijn het niet eens over de waarde van beschikbare informatie. Dan praten we net zo lang door tot we het allemaal wel eens zijn.
· We accepteren onzekerheid gewoon als fact of life. We doen geen onderzoek meer en we gaan door met het nemen van besluiten.

Het zal u niet verbazen: dit zijn alle drie slechte opties. Maar het tegenovergestelde van die opties kan óók niet. Níet onderzoeken, níet met elkaar praten, géén beslissingen nemen. Onzekerheid mag ons niet lam slaan. Zoals zo vaak in het leven: het is zoeken naar evenwicht.

Waar heeft VenW nu precies mee te maken als we het hebben over onderzoek, voorspellingen en onzekerheid?

We werken bijna standaard met een langetermijnhorizon aan grote, risicovolle projecten. Projecten die per definitie zijn omgeven met allerlei onzekerheden. Wat gaat er gebeuren met de kredietcrisis, welke innovaties liggen in het verschiet? Wat zal Barack Obama de wereld brengen? Al die politiek-bestuurlijke, internationale, demografische, economische en sociale ontwikkelingen werken in op ons beleid. Daar komt bij dat we ver van tevoren inschattingen moeten maken om goede, toekomstvaste besluiten te kunnen nemen.

Een onzekere factor die meer en meer óns beleid bepaalt is het klimaat. De mate van verandering blijft onderwerp van discussie. Ondertussen nemen we besluiten over hoe hoog de dijken worden, hoe hoog het waterpeil van het IJsselmeer wordt, hoe we de binnenvaart behoeden voor (te) laag water en de mobiliteit op gang blijft.

Als we eenmaal keuzes hebben gemaakt, dan houden we in de verdere besluitvorming en in de uitvoering de vinger stevig aan de pols. Er kunnen zich nieuwe risico’s en onzekerheden voordoen en bestaande kunnen van gedaante veranderen. Daarom is risicomanagement voor ons werk zo belangrijk.

Ik zal een aantal concrete voorbeelden geven. De commissie Elverding boog zich voor VenW over versnelling van de besluitvorming over infrastructurele projecten. Hij wees op de risicomijdende cultuur binnen VenW. Het ministerie hangt in de ogen van Elverding te sterk aan volledigheid en mijdt risico’s. Dat leidt tot steeds meer onderzoek, wat weer tot vertraging leidt. Terwijl het lang niet altijd meer kennis of zekerheid oplevert. Dat is niet wat we moeten willen. Het leidt ook niet tot betere besluiten.

Daar zit de spanning: zowel snelheid als zorgvuldigheid is gewenst. En dat kan volgens mij ook. Zo biedt Elverding ons een hele set mogelijkheden, zoals rekenregels om de luchtkwaliteit goed onder controle te houden. Zónder dat projecten daardoor onmogelijk worden. Zo willen we meer gaan meten, na de oplevering van een project, en dan gerichte maatregelen nemen.

De commissie Veerman heeft ons geholpen inzicht te krijgen over de wetenschappelijke klimaatscenario’s in relatie tot zeespiegelstijging en onze waterhuishouding. Zo krijgen we een goede basis voor toekomstvaste besluiten.

Bij Veerman is voor het KiM geen grote rol weggelegd, wel voor ons KNMI. Maar Elverding levert u het nodige belangrijke werk op. U gaat Elverding namelijk vertalen naar het Overzicht Effecten Infrastructuur (OEI). Voor luchtvaart en mobiliteit over de weg en het OV levert het KiM ons belangrijk materiaal, dat onze besluitvorming stimuleert en ondersteunt.

Onzekerheid betekent voor Verkeer en Waterstaat in wezen het niet voor handen hebben van voldoende of juiste beslisinformatie. Daarin is het Kennisinstituut voor Mobiliteit een heel belangrijke schakel. We kunnen met onderzoek en goed denkwerk onzekerheden verkleinen. Maar het KiM kan en wil ons vanuit wetenschappelijk oogpunt niet altijd de zekerheid bieden die we nodig hebben.

Zo ben ik bijvoorbeeld geen voorstander van het altijd voor ‘de zekerheid’ gebruik maken van bandbreedtes. Soms werkt het goed, zoals bij verkeersprognoses. Maar als het KiM altijd bandbreedtes wil presenteren dan komen wetenschap en beleid verder van elkaar af te staan. En dat is niet wat we willen. Natuurlijk erken ik de spanning tussen wetenschap en beleid. Maar we moeten voorkomen dat die spanning zo groot wordt – of de kloof zo wijd – dat wij als beleidsmakers in feite met lege handen staan. Daarom moeten we durven nadenken over slimme oplossingen die recht doen aan de wetenschappelijke criteria, maar óók aan datgene wat nodig is in de beleidspraktijk.

Wat we doen met de marges in het beleid varieert sterk. Vaak moeten we gewoon met de bandbreedte werken, maar ik roep de wetenschap op om een ‘best guess’ toe te voegen. Het KiM weet zoveel! De durf om vanuit die kennis aan te geven wat het meest waarschijnlijk is, is voor ons heel belangrijk. We hebben die ‘best guess’ nodig, om een punt op de horizon te zetten.

Die best guess is niet altijd het gemiddelde of de mediaan. Soms is dat het maximum. Kijk naar de adviezen van de Deltacommissie. De klimaatscenario’s zijn onzeker. Met veiligheid kun je niet marchanderen, dus adviseerde de commissie de veiligheid met een factor 10 te verhogen. Dat hebben we niet hard overgenomen, maar het is precies dat punt op de horizon. Bij het uitvoeringsprogramma van de deltawet en de financiering hiervan in 2010 kunnen we al beginnen met bijstellen. We gaan dus voor het hoogste beschermingsniveau mét een adaptieve strategie.

Bij de vernieuwde aanleg van de A4 bij Leiderdorp is het andersom. Daar gaan we in eerste instantie uit van het minimum. Wel met een optie om te groeien, maar we beginnen met een paar rijstroken die onder de HSL doorlopen. De ruimte onder het kunstwerk kunnen we niet zomaar aanpassen. Die is al gereserveerd. Als we vanwege de economische groei meer rijstroken nodig hebben, dan hoeft daar geen bottleneck te ontstaan en hoeven we ook niet iets te herbouwen. Dat bespaart geld en is flexibel. Als we nú niet weten wat we dán nodig hebben, dan kunnen we dus ook later kiezen. Op deze manier maken we ons beleid robuust voor de toekomst.

Dames en heren,
De oplossing van onzekerheid ligt om te beginnen in vertrouwen. Vertrouwen in het gegeven dat de marges binnen redelijkheid het best haalbare is voor nu en in het vertrouwen dat we kunnen aanpassen.
Onlangs heeft het rijksstrategieberaad een symposium over ‘vertrouwen’ gehouden. Daar kwam Shell met scenario’s waarin wereldwijd het vertrouwen in overheden zou kunnen dalen. Door een kredietcrisis, door oorlog, door klimaatverandering. Gelukkig stelde het Centraal Cultureel Planbureau juist dat uit onderzoek is gebleken dat het vertrouwen in de overheid, dus ook in ons, erg robuust is. En zo denk ik er ook over; het vertrouwen zal groeien als wij de juiste aanpak kiezen, betrouwbaar zijn en helder communiceren. We kunnen veel bereiken, ook met onzekere marges.

We blijven een kennisgedreven ministerie, en kennis biedt ondanks marges meer zekerheid dan geen kennis. Ik verwacht daarom ook van het KIM:
· betrouwbare, gezaghebbende trendanalyses
· realistische en werkbare scenario's
· bandbreedtes, maar durf aan te geven wat de beste of slimste richting is.
· Benoem de onzekerheden
· kortom: geef ons de kennis die nodig is om een besluit te nemen.

Carl, ik heb wat tegenwicht willen bieden aan jouw noodpakketten. Als we goed omgaan met bandbreedtes, dan zullen noodscenario’s ook achterwege blijven. Je weet ook niet wat de rest van de middag gaat brengen, maar door voldoende ruimte te laten voor discussie zal dat ook goed komen. Mijn beste gok is dat we samen de discussie een flinke start hebben gegeven.

Ik wens jullie veel plezier en succes.